Abonneer op het NIW

Het opinietijdschrift en cultureel magazine in één, voor iedereen geïnteresseerd in de Joodse wereld. Abonneer nu »

Nieuws

Tijd

Redactie 17 november 2014, 00:00
Tijd
2. Ariella Kornmehl_foto Ekko von Schwichow

Foto: Ekko von Schwichow

Als je volgens de Joodse wet een vrouw bent, neem ik je mee naar de opera,’ zei mijn grootmoeder uit Den Haag vol liefde.

Column Ariëlla Kornmehl

Zo introduceerde ze me in de wereld van kunst en muziek, onvergetelijke momenten die ik nog voel, ruik en proef als ik eraan denk. Vanwege die ervaring, nam ik afgelopen maand onze oudste dochter mee naar de opera; nu is ze groot genoeg om deze unieke kunstvorm te bevatten.
De tragiek van La Traviata stemde haar enigszins somber, maar dat het fenomenaal was, drong diep tot haar door. De muziek, de woorden, de kostuums, ze was overrompeld. Op de terugweg liepen we hand in hand over straat, ik vertelde haar over mijn eerste opera- ervaring, met mijn bijzondere grootmoeder waar ik zo gek op was. Ze huppelde een beetje waardoor ik sneller moest lopen terwijl ze uitgebreid wilde weten wat voor een oma ik eigenlijk had. Glunderend vertelde ik over mijn grootouders, waar het veilig en vertrouwd was, waar je mocht doen wat thuis niet altijd mocht en waar je het liefst nooit weg wilde gaan. Als student had ik minder tijd om ze te bezoeken, maar belde ik mijn grootmoeders dagelijks. Niemand, maar dan ook niemand, kon zo gelukkig klinken wanneer ik belde. Die onvoorwaardelijke liefde voelde ik zelfs door de telefoon. Mijn twaalfjarige dochter knikt, ook zij is gezegend met grootouders, ook wel haar ‘lievelingsadresjes’ genoemd.
Dat het een rijkdom is om grootouders te hebben, kun je alleen bevatten als je het fenomeen kent. Ik had de luxe om met vier grootouders op te groeien, als enige kleindochter nog wel. Mijn Amsterdamse grootmoeder bleef het langst bij me, ik fietste zo vaak mogelijk bij haar langs. Dan verwende ze me met koekjes en thee, terwijl op de achtergrond haar klok tikte, die ze al een halve eeuw aan de muur had hangen. De klok die ze tot in de laatste uren van haar leven heeft gehoord. Een klok van de tijd, de tijd die is geweest. Mijn grootouders zijn er niet meer, maar de herinneringen zijn er nog volop. Die mooie tijd raak ik nooit meer kwijt.

Abonneer op het NIW

Abonneer nu!
Tags dit artikel heeft geen tags
Opmerkingen (0)
Plaats opmerking

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *