Amnesia International. Antisemites International. Travesty International. En zelfs Amnazi International. De woordspelingen via sociale media op het rapport van wat ooit een gerespecteerde mensenrechtenorganisatie was, liegen er niet om. Natuurlijk komen deze reacties vooral van medestanders die Israël een warm hart toedragen. De andere kant, de groep pro-Palestijnse activisten, juicht de conclusie van Amnesty International van harte toe: de Joodse staat zou genocide plegen in de Gazastrook.
Daarin zit hem direct al het probleem. Er was een tijd – met name voor het einde van de Koude Oorlog, eind 1989 – dat Amnesty pretendeerde onpartijdig te zijn en op te komen voor de rechten van allen die vervolgd werden. Activisten die zich inzetten voor het lot van dissidenten in de Sovjet-Unie waren even welkom als demonstranten die in het geweer kwamen tegen martelingen in Chili. Maar na de val van de Muur is de organisatie zich steeds meer gaan richten op het Israëlisch-Arabische conflict. Zelfs zo dat alle andere conflicten op aarde een bijzaak lijken, die nog slechts terloops worden behandeld. Een ontwikkeling die verdacht veel lijkt op die in de VN, waar de Joodse staat jaar na jaar meer veroordelingen voor de kiezen krijgt dan alle andere landen op aarde bij elkaar.
Die haast obsessieve fixatie op Israël bleek al uit de benoeming van Amnesty’s nieuwe directeur in 2021. In plaats van een mensenrechtenjurist met zelfs maar de schijn van neutraliteit werd gekozen voor Agnès Calamard, een politicologe die voor de omstreden VN-Mensenrechtenraad de liquidatie van de Iraanse superterrorist Qassem Soleimani als ‘onwettig’ veroordeelde. Dat was niet eens de grootste faux pas op haar cv: in 2013 verklaarde Calamard tegenover The New York Times dat Shimon Peres tegen haar gezegd zou hebben dat Israël Jasser Arafat had vermoord. Die complottheorie is al zo vaak ontkracht dat zelfs Amnesty het nodig vond er bij de aanstelling van Calamard in 2021 afstand van te nemen.
Amalek
Dat is de context, nu het rapport zelf. Amnesty’s conclusie dat Israël genocide pleegt in Gaza hoeft hier nauwelijks ontkracht te worden, de feiten spreken voor zichzelf. De bevolking van de Gaza-strook groeit in 2024 met ruim twee procent. Dat het Internationale Strafhof in Den Haag weigert premier Benjamin Netanyahu en ex-minister van Defensie Yoav Gallant volkerenmoord ten laste te leggen, spreekt boekdelen. Als de onderzoekers en juristen van het ICC geen bewijzen van genocide kunnen vinden, kan Amnesty dat opeens wel? De verhouding tussen gedode terroristen en burgers is in Gaza lager dan in welk vergelijkbaar conflict dan ook, constateert zelfs de VN.
De conclusie stond al vast voordat het onderzoek werd begonnen
Op de website van Amnesty Nederland wordt gesproken van 13 duizend kinderen op een totaal van 42 duizend gedode Gazanen, dat is lager dan hun aandeel in de bevolking. Dat zijn overigens cijfers van Hamas, en zelfs die tonen dat met een geschatte 17 tot 20 duizend gedode terroristen Israël juist een meer dan schone oorlog voert. Amnesty Israël nam afstand van het rapport van de internationale moederorganisatie door te concluderen dat eerst de stelling was bedacht en dat er daarna argumenten bij gezocht werden.
Een paar cijfers uit het rapport, of beter gezegd over het rapport. De terreurbeweging Hamas wordt er 322 keer in genoemd. Dat lijkt veel, maar het woord ‘genocide’ komt er met 650 keer ruim tweemaal zo vaak in voor, wat de conclusie van Amnesty Israël onderschrijft. De onderbouwing is vaak lachwekkend. Zo worden liefst zeven pagina’s besteed aan de door Netanyahu gebruikte naam van Amalek – bekend van het Poeriemverhaal – om het motief achter de ‘genocide’ te bewijzen. Amalek, de Bijbelse aartsvijand die Bibi één keer aanhaalde in een speech, komt liefst 51 keer voor in het rapport. Amnesty’s partijdigheid blijkt wanneer dat wordt vergeleken met het woord ‘gijzelaars’, dat slechts 44 keer genoemd wordt.
Definitie
Maar het grootste bezwaar is dat Amnesty speciaal voor dit onderzoek de definitie van genocide heeft herschreven, iets wat de organisatie eerder al deed met de term ‘apartheid’. Vanaf pagina 101 van het rapport verwerpt Amnesty expliciet de definitie van genocide van het Internationaal Gerechtshof in Den Haag. “Amnesty International beschouwt [deze definitie] als een te krappe uitleg van internationale jurisprudentie en een die het vinden van een genocide in de context van een gewapend conflict effectief uitsluit.”
Dit is juridische en feitelijke nonsens, want vrijwel alle geconstateerde genocides hebben plaatsgevonden in precies die context. Niet alleen historisch, denk aan de Tweede Wereldoorlog, maar ook recenter in voormalig Joegoslavië en Soedan. Wat Amnesty hier eigenlijk schrijft, is ‘in dit gewapende conflict’. En dat is niet de bedoeling, de conclusie van genocide stond immers al vast voordat het onderzoek werd begonnen. Het is alsof het Openbaar Ministerie in één bepaald geval oogmerk en voorbedachte rade weglaat in zijn aanklacht, om een ongelukkige automobilist aan wie de officier van justitie een persoonlijke hekel heeft moord in de schoenen te kunnen schuiven.
You feel like a subhuman, ‘Je voelt je een untermensch’, heet het rapport
Ook verwerpt Amnesty de staande jurisprudentie van het hof dat er sprake moet zijn van intent, de vooropgezette bedoeling dat er genocide wordt gepleegd door een staat. Ook die uitleg vindt de ngo niet ruim genoeg en opnieuw lijkt de reden daarvoor dat Amnesty een genocide wil vinden. Let wel: als de bedoeling een volk uit te roeien niet langer onderdeel van de genocidedefinitie is, kan elke oorlog ter wereld onder die definitie vallen. Maar enkel bij die in Gaza gebeurt dat ook daadwerkelijk. We horen vaak het aforisme ‘No Jews, no news’; bij Amnesty lijkt te gelden: ‘No Jews, no genocide’.
Holistisch
Lachwekkend wordt het wanneer het rapport verklaart dat het motief van de genocide holistisch gevonden moet worden, door ‘omstandigheden’, ‘context’, ‘de politieke situatie in Israël zelf’ en ‘apartheid’. Dat laatste is een mooi voorbeeld van de slang die in zijn eigen staart hapt. Blijkbaar is er zo weinig bewijs voor daadwerkelijke genocide dat al deze factoren opeens een rol moeten spelen om op de gewenste conclusie uit te komen. Vandaar de obsessie met Amalek, maar ook de ongekende woordenbrij die enkel lijkt te bestaan om het eigen gelijk aan te tonen. Lees het onderstaande citaat maar eens en probeer er chocola van te maken.

“Holistisch benaderd, wat betekent contextueel en cumulatief, het gehele offensief in ogenschouw nemend, inclusief daden die niet verboden [mijn cursivering] zijn door de Genocideconventie, zoals de verwoesting van culturele en religieuze objecten, en in het licht van herhaaldelijke waarschuwingen van de VN en Israëls eigen bondgenoten en wettelijk bindende opdrachten van het Internationaal Gerechtshof, komt er een ander, verontrustend beeld bovendrijven. Het is dit bredere beeld dat geanalyseerd moet worden voor de bepaling van genocide.”
Bloedsprookje
Je vraagt je af of bij de Shoa, de Armeense genocide, het uitroeien van de Amerikaanse inheemse bevolking, de killing fields in Cambodja, de Culturele Revolutie in China of zelfs de massamoord op Bosnische moslims in Srebrenica dit soort volzinnen nodig waren om volkenmoord aan te tonen. Het antwoord is nee. Dat waren dan ook daadwerkelijk genocides, waar niet uitgebreid en om politieke redenen aan gesleuteld hoefde te worden. Als er geen bewijs is voor genocide – denk aan massagraven, beelden van executies, concentratiekampen, doodseskaders – dan moet de definitie maar zo aangepast worden dat elke dood van elke Palestijn in de oorlog leidt tot de gewenste conclusie.
Bij Amnesty lijkt te gelden: ‘No Jews, no genocide’
Dat blijkt ten slotte ook uit de titel van het bijna driehonderd pagina’s dikke rapport. Die is niet feitelijk en zakelijk, zoals we dat gewend zijn van juridische of wetenschappelijke publicaties. Nee, ook hier moet de conclusie vanaf de eerste regel door de strot van de lezer geduwd worden. You feel like a subhuman, ‘Je voelt je een untermensch’, zo heet het rapport en daarmee is alles gezegd. Het gaat niet om bewijs, maar om een gevoel. Het enige wat het rapport echt bewijst, is dat Amnesty International allang geen mensenrechtenorganisatie meer is, maar een anti-Israëlische lobbyclub. Een organisatie die in een lange traditie staat, die via de Holocaust terugloopt tot het duizend jaar oude bloedsprookje. Dat kaderleden van Amnesty zich bij officiële gelegenheden steeds vaker tooien in kaffiya’s om te laten zien dat zij niet neutraal in het conflict staan, kan voor niemand meer als een verrassing komen.
3 reacties
En de secretary-general van deze organisatie verdient met zijn/haar antisemitische campagnes meer dan 130.000 dollar per jaar en een gouden handdruk van meer dan 500.000 dollar bij het afscheid nemen van de organisatie. Daarvoor, vermeld ik er voor de eerlijkheid bij, moet hij/zij wel om de schijn van onpartijdigheid op te houden af en toe ook iets onaardigs zeggen over anderen, bijvoorbeeld over de VS dat Kuweit redde uit de handen van Saddam Hussein of over Europa dat lieve moslims zou discrimineren na de vele bloedige aanslagen waartegen zij, zoals wij allemaal weten, met grote demonstraties massaal hebben geprotesteerd.
En dan voortdurend -ook in de media- noemen dat Israel weer zoveel slachtoffers heeft gemaakt waaronder ‘veel kinderen’. Altijd weer het aantal kinderen, elke dag weer, want ja die Joden heh? Staan immers bekend als kindereters -bij voorkeur gestookt op een vuurtje. Het is allemaal zo primitief dit soort berichten, zo ongekend Middeleeuws, van het Ministerie van … ja wat eigenlijk, van Volksgezondheid, van Informatie, van Gaza? Hamas? Het wordt zonder omwegen kritiekloos als objectief bericht in de westerse media overgenomen. Daar lijkt het ook bij Amnesty op. Amnesty zegt het, dus is het waar. Maar het is meer het bekende aloude griezelsprookje met een duivelse rol voor die vervloekte Zionisten. Niets nieuws onder de zon dus, inderdaad. Amnesty mag zich schamen.
Ben al decennia donateur van Amnesty en zal dat ook blijven want Amnesty is inderdaad onpartijdig. En ja, ze besteden aandacht aan Israël, net zoals ze aandacht besteden aan andere landen waar de mensenrechten geschonden worden. En hoe zou het toch komen dat er zoveel organisaties zijn die een ‘haast obsessieve aandacht’ voor Israël hebben? Zou die aandacht misschien terecht zijn? Ik heb het rapport met heel veel interesse gelezen. Vond het zeer genuanceerd.