Met meerderheid van stemmen hebben de leden van de Nederlands- Israëlitische Gemeente Stedendriehoek (NIG Stedendriehoek) besloten om de Apeldoornse synagoge in de verkoop te zetten. Joods Apeldoorn berust in deze ‘onontkoombare’ stap. In Amsterdam kan er wel voor miljoenen een synagoge worden opgeknapt maar voor deze sjoel is blijkbaar geen eurocent!’ schreef afgelopen week een deelnemer aan een internetdiscussie op hetjoodsforum over de geplande verkoop van de synagoge in Apeldoorn. „Ik begrijp die reactie, maar wij nemen niemand iets kwalijk, ook de gemeente Apeldoorn niet,” zegt voorzitter Rob Lezer van de NIG Stedendriehoek. „Als kerkgenootschap moeten we voor onze eigen spullen zorgen. Wat hier gebeurt is treurig maar onontkoombaar. Bovendien draagt de gemeente al samen met de provincie Gelderland ruim zestienduizend euro bij aan het opknappen van de achterzijde van de sjoel, zodat de toegangsdeuren goed sluiten. Halverwege deze maand is dat klaar.”
Slechte staat
In november besloten de gemeenteleden met meerderheid van stemmen om afscheid te nemen van hun synagogegebouw aan de Paslaan. Het gemeentelijke monument verkeert vooral aan de buitenkant al jaren in zeer slechte staat. Om het gebouw, dat dateert uit 1960, op te knappen is er ruim 100.000 euro nodig. „En dat hebben we gewoon niet,” vertelt de in Deventer woonachtige Lezer. „De sjoel wordt nog maar zelden gebruikt. De laatste dienst was 5 à 6 jaar geleden. We houden hier nog weleens vergaderingen, organiseren een leuk feestje voor de leden en bouwen een soeka voor Soekot, maar dat is het dan ook wel,” schetst de gepensioneerd textielhandelaar. Hij schat het aantal NIK-leden in Apeldoorn tussen de 12 en 15. De NIG Stedendriehoek, een fusie uit 1992 van de Joodse gemeenten in Apeldoorn, Zutphen en Deventer, telt 52 leden. De sjoel in Deventer werd eerder al verkocht.
Passende bestemming
„Het is voor onze sterk vergrijsde gemeenschap gewoon niet meer op te brengen om twee sjoels en drie begraafplaatsen te onderhouden. Omdat het een gemeentelijk monument is, wordt het synagogegebouw gelukkig niet gesloopt,” vertelt Lezer. „We hopen natuurlijk dat de verkoop zoveel geld oplevert dat we van de rente mooie dingen kunnen doen. In de vergadering hebben we wel afgesproken dat het gebouw een passende bestemming moet krijgen. Dat kan bijvoorbeeld iets cultureels zijn maar het kan ook een woonhuis worden.” Inmiddels hebben zich enkele gegadigden gemeld, maar een prijs is nog niet bepaald.
Geschiedenis
De huidige synagoge werd gebouwd op de plek waar de uit 1890 daterende sjoel stond, die in 1941 in brand werd gestoken. In datzelfde jaar werden in Apeldoorn 1549 Joden geregistreerd, waaronder een groot aantal vluchtelingen en patiënten en verplegend personeel van de psychiatrische instelling Het Apeldoornse Bosch. Ongeveer 150 Joden keerden terug na de oorlog. „Met de verkoop van de synagoge gaat een belangrijk stuk geschiedenis verloren,” zegt Marijke Rom (57) van de LJG Gelderland en geboren en getogen Apeldoornse. Zij benadrukt dat het gebouw ook werd gebruikt voor lezingen van onder andere Crescas. „Dit is een heel groot verlies voor Joods Apeldoorn, zowel voor de orthodoxen als de liberalen, maar het is onontkoombaar.” Waar het NIK in Gelderland blijft krimpen, groeide LJG Gelderland de afgelopen tijd licht met vijf leden. Belangrijke aanjager in dat kader is de opening van de sjoel in Dieren in 2010, waarover het NIW eerder uitgebreid verslag deed.
Joodse avondjes
De gemeente telt nu 78 gezinnen, met tien individuele leden in Apeldoorn, vertelt Rom. „Maar er worden ook Joodse avondjes georganiseerd waar mensen met uiteenlopende Joodse achtergrond bij elkaar komen. Dat komt voort uit gespreksgroepen van het Joods Maatschappelijk Werk in Apeldoorn. Zo vierden we afgelopen Chanoeka bij ons thuis in heel prettige sfeer. Mensen van NIK en LJG maar ook mensen die nergens bij zijn aangesloten schuiven dan aan, in totaal zo’n twintig man. Zo blijft er toch nog Joods leven in Apeldoorn bestaan.” De NIG Stedendriehoek stuurde inmiddels een brief aan het NIK, de orthodoxe koepelorganisatie, waarin zij offi cieel meedelen de Apeldoornse sjoel te willen verkopen. „Het NIK heeft nog niet een vastomlijnd standpunt,” reageert NIK-secretaris Ruben Vis. „We kunnen altijd zeggen: ho, ho dat gaat niet door. Maar het is helder dat het niet mogelijk is om een gebouw te behouden waarin geen diensten worden gehouden. Binnenkort komen we met een antwoord.”