Abonneer op het NIW

Het opinietijdschrift en cultureel magazine in één, voor iedereen geïnteresseerd in de Joodse wereld. Abonneer nu »

Dagboek

Dat zo’n figuur mijn familie moet gaan herdenken

Opperrabbijn Jacobs schrijft op verzoek van het Joods Cultureel Kwartier dagelijks in zijn dagboek over maatschappelijke en religieuze zaken. In deze coronatijden worden extra uitdagingen gesteld aan zijn taak. Het NIW en CIP publiceren deze stukken dagelijks.

Opperrabbijn Binyomin Jacobs 21 januari 2021, 14:00
Dat zo’n figuur mijn familie moet gaan herdenken

Het is inmiddels woensdag 23:15 uur. Ik ben net thuis. Een lezing gegeven in Gorinchem. Uiteraard zonder zichtbaar publiek, maar wel in een professionele studio en enige honderden die thuis zaten te kijken en naar verwacht vele duizenden die nog naar de uitzending op een later tijdstip zullen kijken. Ik ben er ondertussen wel aan gewend. Als ik dadelijk weer voor zichtbare mensen mag spreken zal het nog wennen worden om voor echte toehoorders een lezing te houden. Een lezing met in het midden een kwartier pauze met thee. Publiek dat mij gewoon in het echt kan zien en ik die de aanwezigen kan aankijken. Nu moet u weten dat ik gewoon was om van de gezichten af te lezen of ik dieper op de materie moest ingaan, of het tijd werd voor een parabel of een grap om de mensen bij de les te houden. Omdat ik nu begin te beseffen dat we eind deze week nog nauwelijks naar buiten mogen (goed voor m’n conditie? Niet dus.) heb ik vandaag mijn snel-wandeling van een uur gehouden in plaats van de gewoonlijke 25 minuten.

Ondertussen blijven de condoleances binnenkomen per e-mail, op facebook (zo is me verteld, want ikzelf kom niet op facebook) en de telefoon staat nauwelijks stil. Zoveel warme en mooie woorden. Ook een e-mail die me adviseerde om me te bekeren. Was goed bedoeld, maar het voorstel heb ik resoluut afgewezen zonder enige vorm van overweging. Mocht de schrijfster van die ellenlange e-mail dit dagboek lezen, dan hoort ze bij deze dat ik niet gecharmeerd was van haar poging tot bekering en ik ook niet de moeite heb genomen om op haar e-mail te reageren. Bekering is voor ons Joden een beladen onderwerp dat nog steeds leeft. ‘En’, zo hoor ik u denken, ‘je bent toch zo goed met de Christenen voor Israel?’ Lieve mensen: zij doen niet aan bekering! Ik ken hun drijfveren, ik weet hun achtergrond, ik ben op de hoogte van hun statuten en ben in bijna dagelijks contact met ze. Samen vechten we voor Israel en tegen antizionisme. Bekeren? Zij hebben vele geloofsgenoten die hun pro-Israel optreden sterk afkeuren en hun euvel duiden dat zij niet aan zending onder Joden doen. Want ze doen wel aan bekering, maar dat is een andere bekering. Zij proberen de kerken te bekeren om hun anti-Israel houding te wijzigen in een pro-Israel benadering!

Waarom ik dat nu aankaart? Niet vanwege die sukkelige brief van die mevrouw, maar omdat de Jewish Agency de samenwerking met een Canadese christelijke organisatie, genaamd Return Ministries, is gestaakt omdat er een gerucht de ronde deed dat ze proberen te bekeren. De voorzitter van die organisatie is een Messias belijdende Jood. En hoewel ieder mens voor zichzelf verantwoordelijk is en mag doen wat hij niet laten kan, is dit wel storend. Een bekeerde Jood die Joden naar Israël wil brengen? Zelf dus zijn Jodendom overboord heeft gegooid, maar niet zijn mede-Joden wil bekeren? Voor mij een contradictio interminis! En dus begrijp ik de Jewish Agency volledig.

En terwijl die mevrouw me dus probeert weg te troggelen bij het Jodendom las ik vandaag in het gezaghebbende Brits dagblad the Guardian dat uit een recent onderzoek blijkt dat vele Britse Joden bang zijn om met tekenen van hun religie, zoals een keppel en een davidster, zich in het openbaar te vertonen. Opkomend antisemitisme, dat steeds meer het ‘normaal’ wordt! Laat die bekerende mevrouw daaraan haar tijd besteden en mij met rust laten. Deze bekeringspoging koppelen aan het overlijden van onze zoon ervaar ik als onfris, want dat deed ze!

Ondertussen blijkt uit de gigantische hoeveelheid steunbetuigingen, resultaat van mijn dagboek, dat ik een breed lezerspubliek heb opgebouwd. Kennelijk ben ik niet de enige die dat weet. Want, en nu komt het, ik ben vandaag vanuit vier verschillende kanten benaderd met het verzoek om aandacht te besteden in mijn dagboek aan de keuze van de spreker bij de jaarlijkse Nationale Dodenherdenking op 4 mei. De keuze van het Comité 4 en 5 mei is zowaar gevallen op een figuur die bij diverse gelegenheden zich antisemitisch zou hebben uitgelaten. De Jewish Telegraph Association (JTA), die doorgaans goed geïnformeerd en secuur is, heeft er een heel artikel aan gewijd en de uitspraken die de spreker gedaan zou hebben, liegen er niet om. Ik ben er zeker van dat ook het NIW van deze week er onderbouwd aandacht aan zal besteden. Onbegrijpelijk dat deze Abdelkader Benali, die niets heeft met de jaren ’40-’45, bij dezelfde herdenking gaat spreken waar vorig jaar onze koning Willem Alexander op briljante wijze precies dat heeft verwoord waarop speciaal Joods Nederland al zolang zat te wachten. Wat was dat een bemoediging! En nu komt deze figuur…? Ik snap het niet, ik heb het gevoel dat 4 mei mij wordt ontnomen, maar ik hoop dat ik alles verkeerd begrepen heb, de JTA verkeerde informatie heeft gekregen en de verschillende e-mails met quotes die verre van Jood-vriendelijk zijn, gewoonweg op een misverstand berusten en nooit zijn geuit. Maar mocht onverhoopt alles wel kloppen: Dat zo’n figuur mijn familie moet gaan herdenken……ik snap het gewoonweg niet.

Dit is een persoonlijk dagboek van de opperrabbijn en valt buiten de verantwoordelijkheid van de redactie.

Abonneer op het NIW

Abonneer nu!
Tags dit artikel heeft geen tags
Opmerkingen (0)
Plaats opmerking

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *