Tijdens Chanoeka spreken we over het kruikje met het zegel van de hogepriester en over de Makkabeeën die de Tempel veroverden op de hellenisten. Een nadere blik op het feest van het licht.
Door: Albert Ringer
6 dingen om te weten over Chanoeka:
- Chanoeka is geen kinderfeest
Geen van de feesten in de Joodse kalender zijn bedoeld als kinderfeest. Dat wil niet zeggen dat je ze niet samen met je kinderen viert. Het probleem is dat wij als volwassenen vergeten zijn wat de feesten echt voor ons betekenen en er daarom maar kinderfeesten van hebben gemaakt, dan hoeven we er niet over na te denken. Eigenlijk leren wij onze kinderen dat Chanoeka net zoiets is als Sinterklaas. Kinderen begrijpen best dat zij erin moeten geloven om cadeaus te krijgen. Als ze ouder worden zullen ze ermee stoppen. - Het wonder van acht dagen is nooit gebeurd
Het verhaal over het kruikje met het zegel van de hogepriester duikt pas voor het eerst op in de Talmoed, meer dan een half millennium na de Makkabeeën. We hebben ook beschrijvingen uit de tijd van de Makkabeeën, waarin wij opgeroepen worden de herovering van de Tempel acht dagen lang te vieren, maar daar staat niets in over een wonder. Anders dan die verovering dan. - De Makkabeeën usurpeerden de troon en het hogepriesterschap
De Makkabeeën veroverden de Tempel dus op de hellenisten en namen het koningschap van Juda en het hogepriesterschap over. Dat was in die tijd zelf omstreden. In Tenach lezen wij over koningen uit het huis van David met daarnaast een hogepriester, een koheen uit de familie van Tsadok. Wat Tenach beschrijft is een soort verdeling van machten. De Makkabeeën waren wel kohaniem, maar kwamen niet uit de familie van Tsadok, ze waren, zeg maar, een priesterfamilie van het platteland. De combinatie van het koningschap en hogepriesterschap in één persoon is altijd omstreden geweest, mede omdat de Hasmoneeën (de koningen uit de familie van de Makkabeeën), noch uit het huis van David, noch uit het huis van Tsadok kwamen. - De Makkabeeën en Harmonieën waren net zozeer hellenisten
Om het nog erger te maken, wij praten zo makkelijk over die stoute hellenisten die het jodendom verboden. Maar in heel veel opzichten zijn het juist de Makkabeeën en de Hasmoneeën die hellenistische elementen in het jodendom brachten. Neem hun namen alleen al: Johannus Hyrkanus, Aristobolus, Antigonus, Alexander Janneüs, niet per se de namen die wij zouden kiezen voor onze Joodse kinderen. Maar niet alleen de Hasmoneeën waren liefhebbers van hellenistische verworvenheden. Het rabbijnse jodendom, ons jodendom, is onvoorstelbaar zonder hellenisme. Om maar eens iets te noemen, de logica van Talmoed en midrasj is een adaptie van het Griekse retorische systeem. Handen wassen aan tafel hebben we van de hellenisten overgenomen. De manier waarop wij Pesach vieren heeft heel weinig te maken met Pesach zoals het in de Tora wordt beschreven, maar alles met het symposium, het hellenistische feestmaal. De houding van onze traditie ten opzichte van hellenisme is het best te vergelijken met de houding van veel mensen ten opzichte van de Verenigde Staten: de hele wereld haat de Amerikanen, drinkt cola en eet bij McDonalds. - De Makkabeeën zijn geen protocharedi-Joden
Als je op internet zoekt, kom je het Chanoekaverhaal vaak tegen als een soort verzet tegen de moderne tijd. Alsof de hellenisten aanhangers van de verlichting zijn en de Makkabeeën heel erg vrome joden, compleet met sjtreimels en sjeitels. De Makkabeeën zijn de vrome Joden die zich verzetten tegen het kwaad van buitenaf. De les is: als je de boze moderne buitenwereld maar buiten de deur houdt, doe je Gods wil. Het is ieders recht om de oude verhalen te moderniseren, maar de meesten van ons herkennen onszelf niet in dit verhaal. Wij willen een volwaardig Joods leven waarin wij de goede kanten van de moderne tijd integreren. - Het echte wonder is dat we er nog steeds zijn
Is er dan niets te vieren met Chanoeka? Jazeker wel. En het is ook nog een heel groot wonder. Het grote wonder is dat we er nog steeds zijn. Het jodendom van onze dagen is echt heel anders dan dat van Mosjé of koning David, maar wij staan wel in diezelfde stroom. Juist doordat wij onze traditie levend hebben gehouden en altijd de dialoog hebben gevoerd met onszelf en met de buitenwereld, zijn wij de behoeders van een jodendom dat antwoorden geeft op de vragen van vandaag. Daarom moeten we die lichtjes brandend houden. Zelf, en zo mogelijk samen met onze kinderen.
Abonneer op het NIW
Abonneer nu!