Abonneer op het NIW

Het opinietijdschrift en cultureel magazine in één, voor iedereen geïnteresseerd in de Joodse wereld. Abonneer nu »

Buitenland

Het echte verhaal: Hitler en de moefti

Redactie 01 november 2015, 00:00
Het echte verhaal: Hitler en de moefti

Netanyahu zorgde voor wereldwijde opwinding met zijn opmerkingen dat Hitler het idee voor het uitroeien van de Joden van de Palestijnse leider grootmoefti Haj Amin al-Hoesseini had. Maar hoe zit het nu werkelijk?

Haj Amin al-Hoesseini, 1929

Haj Amin al-Hoesseini, 1929

Auteur: Ruben Gischler

In een toespraak voor het Zionistisch Congres kwam de Israëlische premier Netanyahu met een letterlijke weergave van het gesprek tussen de grootmoefti en Hitler tijdens hun beruchte ontmoeting in november 1941 in Berlijn. Waar Netanyahu de inhoud vandaan heeft weet niemand. Natuurlijk vielen de internationale media over elkaar heen om Netanyahu van Holocaustontkenning te beschuldigen en velen vroegen zich af wat hem bezielde. Gevolg was wel dat kranten gedwongen waren een klein geschiedenislesje te geven waarbij zij er niet onderuit kwamen om ook zijdelings het naziverleden van de vader der Palestijnse natie aan te stippen.

Angela Merkel liet snel publiekelijk weten dat de verantwoordelijkheid voor de Holocaust puur en alleen bij de Duitsers ligt. Velen waren er als de kippen bij om te verklaren dat de grootmoefti helemaal geen antisemiet was, alleen maar een antizionist en dat zijn collaboratie met de nazi’s een kwestie was van ‘de vijand van mijn vijand is mijn vriend’. Hij zou een tragisch fi guur zijn, een slachtoff er zelfs, en wat was eigenlijk het probleem als ook een aantal zionisten contact met de nazi’s hadden gezocht? Bovendien, waarom zouden wij het over iemand hebben die al geruime tijd onder de grond ligt en helemaal geen rol van betekenis speelt voor de Palestijnen van nu?

Moeilijk bespreekbaar
Deze reacties laten vooral zien dat de aantoonbare invloed van het nazisme op de huidige radicale politieke stromingen in het Midden-Oosten nog steeds moeilijk bespreekbaar zijn. Angela Merkel claimt liever het absolute alleenrecht van de Duitsers op de Holocaust dan het verband tussen nazisme en Palestijns en islamitisch radicalisme ter sprake te brengen. In de ophef rondom Netanyahu’s uitspraak wordt te makkelijk voorbijgegaan aan de historische rol die de grootmoefti hierin speelde. Het valt niet te ontkennen dat Haj Amin al-Hoesseini in belangrijke mate de emigratie naar Palestina onmogelijk heeft gemaakt, met alle rampzalige gevolgen van dien. Daarnaast is het extremistische gedachtengoed van de grootmoefti en zijn Arabische geestverwanten, waarin traditioneel islamitisch antisemitisme wordt gecombineerd met nazisme, in de gehele islamitische wereld van blijvende invloed geweest. Vandaag de dag zijn daarvan sporen te vinden in zowel de nationalistische ideologie van het Baathregime van Assad als het islamitisch extremisme van IS.

Het gedachtengoed van de grootmoefti, waarin traditioneel islamitisch antisemitisme wordt gecombineerd met nazisme, is van blijvende invloed geweest

Normbepalend 
Waarschijnlijk is er geen plek ter wereld waarin antisemitisme zo algemeen aanvaard en normbepalend is als de islamitische wereld. Dat is niet alleen de islamitische samenlevingen aan te rekenen maar ook de westerse mogendheden die Jodenhaat in de islamitische wereld als natuurverschijnsel tolereren en niet of amper weerspreken.

Al tijdens de Tweede Wereldoorlog hadden geallieerden voldoende belastend materiaal tegen de grootmoefti verzameld om hem als oorlogscrimineel te vervolgen, maar zij hebben hem om politiek strategische redenen laten ontsnappen. Ik kom daar later nog op terug. Hierdoor heeft hij zich nooit voor een tribunaal hoeven te verantwoorden waardoor de Palestijnen nooit de kans hebben gekregen om af te rekenen met het oorlogsverleden van hun vader des vaderlands. Wie weet had zich dan wel een Palestijns leiderschap kunnen ontwikkelen van duidelijk andere signatuur. Want die alternatieven waren er zeker, voor zover die niet door de grootmoefti en zijn medestanders waren uitgeschakeld.

Experimenten met deportaties
Terug naar de ontmoeting met Hitler. Veel is inmiddels geschreven over het feit dat Hitler helemaal geen grootmoefti nodig had om tot de conclusie te komen alle Joden uit te roeien. Hoewel de beruchte Wannsee-conferentie nog moest plaatsvinden vonden er in Oost-Europa al massamoorden plaats. Wie de laatste film van Claude Lanzmann heeft gezien weet dat de nazi’s al in 1939 uitvoerig experimenteerden met het deporteren van tienduizenden Joden uit Oostenrijk, Tsjechië, Duitsland en Polen naar de onherbergzame moerasgebieden tussen Nisko en Lublin in Polen. Dat simpelweg met het doel om ze volgens het voorbeeld van de Armeense genocide te laten verrekken. Maar de grootmoefti zelf had inmiddels ook een hele geschiedenis van antisemitisme en het ophitsen van de massa’s tot pogroms in Palestina, waarbij Joodse bezittingen werden geplunderd en diverse Joden werden vermoord.

Amin al-Hoesseini en Hitler, 28 november 1941

Amin al-Hoesseini en Hitler, 28 november 1941

Een paar maanden voordat hij op audiëntie ging bij de Führer was de grootmoefti uit Bagdad gevlucht. Daar was hij betrokken bij de coup van een groep pro-nazi offi cieren onder leiding van Rashid Ali al-Gailani. Voordat de Britten deze opstand in juni 1941 neersloegen, ontaardde het in een tweedaagse pogrom onder de Joden van Bagdad, bekend onder de naam Farhoed (‘gewelddadige onteigening’). Door de ophitsing van de moefti en zijn Iraakse vrienden, vielen daarbij honderden doden. Voor de duizenden jaar oude Joodse gemeenschap in Irak betekende dit het begin van het einde.

Bondgenootschap
Er is niet snel een buitenlandse bondgenoot van Hitler te verzinnen die van huis uit zo gemotiveerd antisemitisch was als de grootmoefti. Zoals het offi cieel beleden antisemitisme van Mussert en Mussolini meer het gevolg was van hun bondgenootschap met de nazi’s, zo was het antisemitisme van Haj Amin al-Hoesseini juist de reden voor een bondgenootschap met de nazi’s. Vanaf de machtsovername van de nazi’s in Duitsland zocht de grootmoefti contact via de diplomatieke vertegenwoordiging van het Derde Rijk in Palestina. Na het uitbreken van de Arabische opstand tegen de Britten en de Joodse gemeenschap in 1936 intensiveerden die contacten en rapporteerden Duitse diplomaten over de onvrede die de Joodse emigratie naar Palestina onder hun Arabische vrienden teweegbracht. Toen een jaar later de Engelse Peelcommissie naar aanleiding van de opstand een verdeling van Palestina in een klein Joods gedeelte en een groot Arabisch gedeelte voorstelde, werd dat door de grootmoefti afgewezen.

Concentratie Joodse macht
Nazi-Duitsland sprak zich toen openlijk uit tegen een mogelijke ona! ankelijke Joodse staat in Palestina. Op een dergelijke concentratie van Joodse macht zaten zij niet te wachten en in een daarop verschenen rondschrijven aan hun diplomaten staat dat zelfs in het geval er zich niemand van het Joodse ras meer op Duitse grond bevindt, ook dan het Joodse vraagstuk nog steeds niet voor Duitsland is opgelost. In hetzelfde jaar publiceerde de grootmoefti een manifest voor alle moslims ter wereld waarin hij waarschuwde tegen het jodendom. Het is een bloemlezing van alle anti-Joodse argumenten die je in de islamitische bronnen kunt vinden en het wordt afgesloten met een oproep van de grootmoefti dat de moslims vooral niet moeten rusten voordat hun landen vrij zijn van de Joden. Die raad is duidelijk ter harte genomen want van de ooit omvangrijke Joodse gemeenschappen in de Islamitische wereld is bijna niets meer over. In 1938 is de tekst in het Duits vertaald en van aanvullend commentaar voorzien onder de titel Islam, Judentum und Bolschewismus. Tijdens de Tweede Wereldoorlog zou deze oproep verplichte kost worden voor de rekruten van het door de grootmoefti opgerichte SS-bataljon van moslims. Tot op de dag van vandaag is het pamfl et de inspiratiebron voor antisemitische retoriek in de Arabische wereld.

Chamberlain: ‘If we must off end one side let us off end the Jews rather than the Arabs’

Arme Arabieren
De inzet van de grootmoefti en zijn Arabische geestverwanten hebben er ongetwijfeld aan bijgedragen dat de nazi’s vanaf die tijd openlijk hun betrokkenheid toonden met de Arabieren in Palestina. Wat in deze discussie vaak over het hoofd wordt gezien is een uitspraak van Hitler zelf van 12 september, 1938, tijdens zijn slottoespraak op de tiende en laatst gehouden partijdag in Neurenberg. De Anschluss had al plaatsgevonden en nazi-Duitsland maakte zich op voor de annexatie van Sudetenland. In die toespraak zegt Hitler dat hij niet zal toelaten dat door bemoeienissen van anderen Duitsland in een tweede Palestina wordt veranderd.

De oproep Islam, Judentum und Bolschewismus

De oproep Islam, Judentum und Bolschewismus

Gevolgd door zijn verzuchting: ‘en die arme Arabieren, zij zijn weerloos en verlaten’. In een brief aan Adolf Hitler toonde de grootmoefti zich bijzonder in zijn nopjes over de wijze waarop de Führer in diverse ‘prachtige toespraken’ de Palestijnse kwestie aansneed. In dezelfde brief verzocht hij Duitse assistentie bij het oplossen van het Joodse vraagstuk in de Arabische landen.

Mobiliseren Arabische leiders
Voor het oplossen van dat vraagstuk richtte de grootmoefti zich niet alleen tot de nazi’s. Ondanks het feit dat hij uit Palestina moest vluchten en gezocht werd vanwege de Arabische opstand had de moefti bij de Britten vlak voor de oorlog meer succes in het stoppen van de Joodse emigratie. Vanuit zijn ballingsoord wist hij alle Arabische leiders te mobiliseren tegen het verdelingsplan voor Palestina van de Peelcommissie. De Britten kwamen daarop in 1939 met het White Paper. Om het kamp van de grootmoefti tevreden te stellen werd daarin een emigratiestop voor Joden afgekondigd. Hiermee haalde Groot-Brittannië in feite een streep door het Joods Nationaal Tehuis in Palestina waartoe het zich internationaal had verplicht. ‘If we must off end one side let us off end the Jews rather than the Arabs’, zei de toenmalige Britse premier Chamberlain over deze desastreuze beslissing van de Britse regering. De allerlaatste vluchtbestemming voor de Europese Joden was hiermee al in 1939 afgesneden.

Welkom klankbord
Voor Adolf Hitler was Haj Amin al-Hoesseini een welkom klankbord. Volgens de notulen van die ontmoeting op 18 november 1941, stemde de grootmoefti volledig in met ‘de totale vernietiging van het Judeo-Communistische rijk in Europa’. Daarbij beloofde Hitler de grootmoefti stellig dat in geval van een overwinning in het Midden-Oosten, het Derde Rijk uitsluitend geïnteresseerd zou zijn in de vernietiging van het daar aanwezige Joodse element en in niets anders. De grootmoefti vond het alleen spijtig dat hij er niet in slaagde om het een en ander aan toezeggingen op papier te krijgen. Het onderhoud en alle mondelinge toezeggingen en wederzijds begrip voor het vernietigen van Joodse aanwezigheid had in die zin weinig betekenis, omdat een half jaar later de kans op een Duitse overwinning in Rusland, Noord Afrika en het Midden-Oosten, voorgoed verkeken was.

Wat Haj Amin al-Hoesseini voor de rest uitspookte tijdens zijn verblijf in nazi-Duitsland is genoegzaam bekend. Zelf bevestigt hij in zijn memoires zijn volledige medeweten van de Holocaust tijdens de oorlog, waarvan Himmler in eigen persoon hem de details toevertrouwde. Hij schept zelfs op over hoe hij bij Hitler en andere topnazi’s met succes heeft gepleit om de Europese Joden niet naar Palestina te laten ontkomen. Aantoonbaar is zijn directe bemoeienis met het verhinderen van enkele incidentele Joodse kindertransporten vanuit Hongarije, Roemenië en Bulgarije naar Palestina die op stapel stonden en die de nazi’s wilden ruilen tegen Duitse gevangenen in Britse handen. Door ingrijpen van de moefti ging de gevangenenruil niet door en werden de vele duizenden Joden alsnog naar Auschwitz gestuurd.

Belastend materiaal
Dat de grootmoefti uiteindelijk met zijn naziactiviteiten en medeplichtigheid aan de Endlösung, is weggekomen hebben we te danken aan de Britten. Volgens onlangs gedeclassifi ceerde documenten van de CIA, die in 2009 zijn besproken in een uitgave van de National Archives, Hitler’s Shadow, was er ten tijde van de oorlog zoveel bewijs tegen de moeftie verzameld dat er voldoende grond was om hem als oorlogsmisdadiger te vervolgen. Hoewel de Fransen hem vlak na de oorlog in Parijs onder huisarrest plaatsten, kwam daar niets van terecht. De Britten waren bang dat het Franse voornemen om de moefti te vervolgen onrust in Palestina zou veroorzaken en gingen zelfs zover de Fransen te dreigen met opstand in hun kolonies in Noord-Afrika. In diezelfde tijd zou het hoofd van de Britse politie in Palestina, Arthur Giles, tegen de Amerikaanse militaire attaché in Beiroet hebben gezegd dat de moefti de enige persoon was die de Palestijnen kon verenigen en ‘who could cool off the zionists’. Het toont aan dat de Britten op z’n minst pragmatisch stonden tegenover een hernieuwde rol van de moefti in Palestina. Een en ander heeft ertoe geleid dat de Amerikaanse regering abrupt stopte met het naar buiten brengen van belastend materiaal over de moefti. Om geen onnodige onrust te veroorzaken onder haar eigen moslimbevolking verwijderde Joegoslavië hem stilletjes van een lijst met gezochte oorlogsmisdadigers en zonder enige verklaring lieten de Fransen hem in mei 1946 opeens gaan.

Haj Amin al-Hoesseini is uitgegroeid tot het symbool van antisemitisme in de huidige islamitische wereld

Symbool van antisemitisme
De moefti is onder een valse naam en naar verluidt kort daarna aan boord van een Brits of Amerikaans legervliegtuig via Beiroet naar Egypte gevlogen, waar hij als held werd ontvangen. De rest is geschiedenis. Als politiek leider van de Palestijnse Arabieren wees hij in 1947 het verdelingsplan van de Verenigde Naties af. In samenspraak met de omliggende Arabische staten gokte hij liever op oorlog en verloor, wat leidde tot de massale vlucht van de Arabische bewoners uit Palestina.

Het SS-bataljon van moslims leest de oproep van de grootmoefti

Het SS-bataljon van moslims leest de oproep van de grootmoefti

Haj Amin al-Hoesseini is uitgegroeid tot het symbool van het antisemitisme in de huidige islamitische wereld. Maar eigenlijk is hij ook symbool van de kwalijke westerse neiging om juist radicale compromisloze bewegingen in het Midden-Oosten te steunen. Dat was al zo in 1921 bij zijn benoeming tot grootmoefti van Jeruzalem. De Britten hebben die benoeming er zeer tegen de zin van de plaatselijke ulama doorgedrukt. Haj Amin al-Hoesseini werd te jong bevonden en beschikte bovendien niet over de vereiste opleiding tot geestelijke. Daarnaast bestond in Jeruzalem oorspronkelijk de functie van grootmoefti niet. Er was slechts een offi cieel aangestelde qadi, religieuze rechter. Alleen bestuurlijke hoofdcentra zoals Istanboel en Caïro hadden een grootmoefti.

Tijdbom
Toen de Britten in 1917 Jeruzalem op de Ottomanen veroverden hebben zij de belangrijkste religieuze positie in Jeruzalem bewust met deze titel opgetuigd om zo het belang van de stad voor moslims te vergroten. Bij het overlijden van zijn voorganger in 1921, stond Haj Amin al bekend als een stokebrand. Een jaar daarvoor was hij uitgeweken naar Syrië omdat hij het brein was achter anti-Joodse rellen bij de Klaagmuur waarbij vijf Joden omkwamen. Onder dubieuze omstandigheden kreeg hij vervolgens gratie en mocht hij terugkeren. Met zijn grootmoeftischap en de speciaal voor hem in het leven geroepen instituten kreeg Haj Amin al-Hoesseini formidabele instrumenten in zijn schoot geworpen waarmee hij zijn machtspositie heeft kunnen opbouwen. Bewust of onbewust hebben de Britten zo een tijdbom geplaatst onder hun verplichting een Joods Nationaal Tehuis in Palestina te realiseren.

Wat was de Palestijnen, Israëli’s en misschien wel een groot deel van de Europese Joden bespaard gebleven als dit allemaal niet was gebeurd? Het zijn deze ongemakkelijke vragen die de rol van Haj Amin al-Hoesseini en zijn erfenis nog steeds zo moeilijk bespreekbaar maken.

Ruben Gischler is arabist, programmamaker en publicist

Abonneer op het NIW

Abonneer nu!
Tags dit artikel heeft geen tags
Opmerkingen (0)
Plaats opmerking

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *