Is er een inclusiever leger dan het Israëlische? Al voor de IDF bestond, voor de onafankelijkheidsverklaring van 14 mei 1948 dus, dienden Joodse vrouwen in het Mandaatgebied Palestina in de Hagana en zelfs in de elite-eenheid, de Palmach. Lang voordat andere landen vrouwen toestonden in gevechtsfuncties, braken Israëlische vrouwen door het ene na het andere glazen plafond. Al meteen in 1948 waren zij dienstplichtig, in 1950 mocht de eerste vrouw bij de parachutisten, in 1954 was er de eerste vrouwelijke gevechtspiloot.
Tegenwoordig is 85 procent van alle functies in de IDF toegankelijk voor vrouwen. Een grote doorbraak was de oprichting van de gemengde gevechtscompagnie Caracal in 2000. En sinds het begin van deze eeuw werden meer en meer vrouwen gepromoveerd naar de rang van generaal. Vanaf 2019 werd zelfs een gevechtsbataljon van de infanterie door een vrouw geleid, luitenant-kolonel Dana Ben Azra. Een jaar later volgde de artillerie. Ook in 2019 stelde de IAF, de Israëlische luchtmacht, de eerste vrouwelijke squadroncommandant aan. Letterlijk bleek de sky the limit voor Israëlische vrouwen onder de wapenen.
Maar hoe zit dat met de lhbt-gemeenschap? In deze Pridemaand horen en lezen we veel over de Joodse staat als enige veilige haven voor homoseksuelen in het Midden-Oosten, wat Israëlhaters graag afdoen als pinkwashing: een politieke term waarmee wordt geprobeerd iedereen monddood te maken die wijst op de verschillen tussen de positie van de lhbt-gemeenschap in Tel Aviv en die in Ramallah (laat staan Gaza). We hebben allemaal de Queers for Palestine en Queers tegen apartheid gezien, die vanuit het veilige Amsterdam de homohaters van Hamas een duwtje in de rug geven en lhbt’ers in Israël een mes in diezelfde rug planten. Maar zelfs zij zien het verschil tussen het liefdesfeest dat de Pride in Tel Aviv en Jeruzalem is, en het grove politiegeweld waarmee in Istanboel de lhbt-demonstranten uiteengejaagd worden. En Turkije is nog wel NAVO-lid en aspirant-lid van de Europese Unie. Over de situatie van de lhbt’ers in Iran, Saoedi-Arabië of Qatar zullen we het maar niet hebben.

In de top tien
Terug naar de IDF: hoe zit het met de positie van lhbt’ers daar? Net als in andere moderne legers liep de emancipatie van homoseksuelen ver achter bij die van vrouwen. En juist omdat vrouwen al zo vroeg een prominente rol speelden in de defensie van de Joodse staat, lijkt dat verschil misschien groter dan het in werkelijkheid was. Want één ding is duidelijk: ook op het gebied van gelijkheid en inclusiviteit van minderheden op het gebied van seksuele oriëntatie en genderidentiteit is de IDF internationaal gezien een voorloper.
Een onderzoek uit 2014 van de Nederlandse denktank Hague Center for Strategic Studies bevestigt dit beeld. De IDF scoorde 92 van de maximaal haalbare honderd punten en zat daarbij stevig in de mondiale top tien, samen met Nieuw-Zeeland, Australië en een handvol West-Europese legers (waaronder het Nederlandse), en ruim voor bijvoorbeeld het Amerikaanse leger. Niet slecht voor een land met een grote orthodox religieuze minderheid die politiek de afgelopen decennia een dikke vinger in de pap had, en waar tot 1988 seks tussen leden van hetzelfde geslacht bij wet verboden was. Al vijf jaar voor de afschaffing van dit verbod had de IDF zelfstandig besloten dat homoseksualiteit geen reden tot ontslag was. Sinds 1993 staat de dienstplicht open voor alle Joodse, druzische en Circassische Israëli’s, ongeacht hun seksuele geaardheid (Arabieren mogen wel in dienst, maar hoeven niet).
Sindsdien is het snel gegaan met de emancipatie van lhbt’ers in de IDF. Inmiddels is discriminatie op basis van seksuele identiteit of gender in het leger verboden, maar daar blijft het niet bij. De IDF erkent relaties tussen mannen en vrouwen van hetzelfde geslacht. Zij kunnen gebruikmaken van kinderopvang of ouderschapsverlof en kunnen, als beide ouders als reservist worden opgeroepen, uitstel voor een van beiden aanvragen indien ze kinderen hebben. In sommige van deze voorbeelden loopt het leger voor op de rest van de Israëlische overheid. In 2017 werd de eerste openlijk homoseksuele generaal aangesteld bij de Israëlische Generale Staf. En natuurlijk mogen sinds 2003 soldaten meelopen in Prideoptochten.
Transmannen en -vrouwen in de IDF mogen sinds 2013 dienen onder de door hen gekozen genderidentiteit. Ingrepen voor geslachtsverandering worden medisch noodzakelijk geacht en betaald door het leger. De eerste transgender offi cier in de IDF kreeg de operatie voor zijn transitie van vrouw naar man tijdens zijn diensttijd. De militaire autoriteiten doen zelfs mee aan ‘woke’ nieuwe taalbepalingen: in het papierwerk voor rekrutering wordt niet meer gevraagd naar de namen van vader en moeder, maar van ‘ouder 1’ en ‘ouder 2’. Intussen stellen transgenders een leger voor lastige vraagstukken: wat voor uniform wordt gebruikt? Hoe zit het met slaapzalen en gedeelde badkamers? Moeten transpersonen 36 (mannen) of 24 (vrouwen) maanden dienen?
Conservatief
Is dan alles rozengeur en maneschijn voor lhbt’ers in de IDF? Natuurlijk niet. Discriminatie verbieden is één ding, maar van de heersende machocultuur binnen de strijdkrachten kom je niet met een enkele pennenstreek af. Dat geldt zeker niet alleen voor de IDF en hoewel de Israëlische samenleving over het algemeen niet conservatief is, is een behoorlijk deel van de bevolking dat natuurlijk wel. Homofobie onder militairen blijkt ook in Israël een serieus, hardnekkig probleem. Uit een onderzoek in 2011 bleek dat 40 procent van homoseksuele soldaten onder verbaal misbruik over hun geaardheid te lijden had. Eén op de vijf kreeg te maken met seksuele intimidatie en vier procent werd fysiek aangevallen.
In 2016 werd een legerrabbijn ontslagen omdat hij homoseksuele mannen ‘pervers’ had genoemd. Sinds dat jaar heeft de IDF-stafchef een adviseur voor genderzaken, een generaalsfunctie. Het grootste deel van de Israëlische samenleving staat achter het IDF-beleid van gelijke rechten voor lhbt’ers. Een onderzoek uit 2016 toont dat twee derde van de Israeli’s een leger wil met een ‘pluralistisch en open systeem van waarden’. Die openheid betekende in het onderzoek acceptatie van homoseksuele soldaten. 81 procent van de seculiere Israëli’s, ruim de helft van de religieuzen en zelfs nog bijna een derde van de charediem schaarde zich hierachter. Overigens is het opvallend en paradoxaal dat zeven op de tien ultraorthodoxe Israëli’s een mening hebben over de rechten van lhbt’ers in een leger waarmee zij zelf in meerderheid zo weinig mogelijk te maken willen hebben.
De IDF wordt internationaal een voorbeeldfunctie toegedicht en niet alleen in het Midden-Oosten, waar geen enkel ander land homoseksualiteit in de strijdkrachten – of elders in de samenleving – accepteert. Tegenstanders van lhbt-acceptatie in het Amerikaanse leger voeren als argument aan dat homoseksualiteit de slagkracht van de troepen zou ondermijnen. Maar voorstanders wijzen erop dat het Israëlische leger door velen wordt beschouwd als het beste ter wereld, ondanks of misschien juist dankzij de integratie van lhbt-militairen in alle geledingen van de IDF. Geen enkel onderzoek naar de gevechtskracht van de IDF wijst op enig verlies daarvan als gevolg van de gelijkwaardige positie van homoseksuele soldaten.
En wie dat niet wil geloven, kan altijd verder terugkijken in de militaire geschiedenis: naar de onoverwinnelijke Atheense vloot in de slag bij Salamis of de heldenmoed van de Spartanen bij Thermopylae. De oude Grieken hadden geen enkele moeite met homoseksualiteit in hun strijdkrachten, evenmin als de Japanse samoerai. Was de grootste veldheer en veroveraar uit de geschiedenis, Alexander de Grote, niet een enthousiast beoefenaar van de mannenliefde?
Foto: Flash90