Het is bijna Pesach, maar ik moet toegeven dat ik geen vrome vierder ben. Buiten de geliefde matselunch met oude kaas of bruine basterdsuiker gaat mijn leven zijn gangetje. Maar ja, nu kwam er een uitnodiging om met Pesach bij iemand te komen eten die het wél allemaal netjes doet. “Ik neem het toetje wel mee,” hoorde ik mezelf zeggen. Oeps, neem ik het toetje mee? Zonder bloem en middelen die het gebeuren laten rijzen?
Driftig ging ik op zoek naar het pesachtoetje der pesachtoetjes. Die zijn er natuurlijk wel. Denk aan brownies met matsemeel of kokosmakronen. Allemaal lekker, maar wel al honderd keer voorbijgekomen. Mijn schoonzusje kwam met een reddend appje. Of ik het recept van mijn chocoladetaart voor haar had, want die was laatst zo in de smaak gevallen. Terwijl ik het recept voor haar intikte, kwam de ingeving als donderslag bij heldere hemel: deze taart is gewoon al kosher le Pesach.
Er is geen grammetje bloem te bekennen en de luchtigheid komt uit de geslagen eieren. Door de espresso en het zeezout is het daarbij niet mierzoet en omdat het geheel behoorlijk machtig is, zijn er heel wat mensen met één taart te voeden. En het beste: er komt zelfs geen kruimel matsemeel aan te pas. Want zeg nou zelf, na drie kilo matses is het tijd voor wat afwisseling.
Voor 8 à 10 personen
– 40 gr boter
– 200 gr pure chocolade (minstens 70% cacao), in stukken
– 6 grote eieren, eigeel en eiwit gescheiden
– 250 gr kristalsuiker
– 20 gr espresso oploskoffie
– 1 tl grof zeezout
– 1 tl vanille-extract
– springvorm
Bereiding
- Verwarm de oven voor op 180 °C. Knip een stuk bakpapier op maat voor de bodem van uw springvorm en vet de randen in.
- Zet een hittebestendige kom op een pannetje kokend water en smelt hierin de chocolade met de boter au bain-marie. Gebruik voor een parveversie van deze taart een plantaardig alternatief voor boter, zoals margarine zonder zuivel. Zet het vuur uit zodra de boter en de chocolade gesmolten zijn. Haal de schaal van het hete water en laat het mengsel een beetje afkoelen.
- Klop in een kom de eierdooiers en de helft van de suiker met een handmixer. Klop tot het mengsel dik en bleek is, ongeveer drie minuten. Voeg het espressopoeder en een goede snuf zout toe en klop nog een minuut. Voeg nu de gesmolten chocolade en de vanille toe aan het eimengsel. Let op: zorg ervoor dat de chocolade voldoende is afgekoeld, maar nog wel vloeibaar, anders schiften de eieren. Klop nog 1 minuut goed door.
- Klop in een kom (let op dat deze vetvrij is en de gardes van je handmixer schoon) de eiwitten op middelhoge snelheid tot ze schuimig zijn. Voeg geleidelijk de resterende suiker toe. Klop tot er stijve pieken ontstaan. Dit kan zeker vijf minuten duren, soms langer. Wees geduldig.
- Zodra het eiwit stijf is, spatelt u het door het chocolade-eimengsel. Doe dit in drie keer en vouw het eiwit met een spatel door het beslag heen. Gebruik hiervoor dus niet de handmixer, die slaat de lucht uit de eieren. Zorg ervoor dat het eiwit goed gemengd is met de chocolade.
- Giet het beslag in de springvorm en sprenkel naar smaak grof zeezout op de bovenkant. Bak de taart 40 tot 45 minuten in de oven. Laat daarna volledig afkoelen in de vorm.
- De bovenkant zakt na het bakken in, zodat er een gebarsten structuur ontstaat. Niet schrikken, dit is juist de bedoeling. Serveer de taartpunten met een beetje poedersuiker, een dot slagroom en vers fruit.
Heeft u dit artikel met plezier gelezen? Met een abonnement op het NIW krijgt u toegang tot columns, opinies, analyses, nieuws – en achtergrondverhalen. Kies hier wat het beste bij u past.