Israël is bereid zijn eigen kans op vrede met Syrië op het spel te zetten om de Druzische minderheid in dat land te bewaren voor een genocide. Vandaag voerde de IDF een luchtaanval uit op het hoofdkwartier van het leger van het Syrisch-islamistische regime in Damascus als waarschuwing en om de aanval op de Druzen in Sweida te beëindigen.
Als enige land ter wereld lijkt Israël daarmee bereid te handelen om een groter bloedbad in Sweida te voorkomen. De islamistische milities van de Syrische president Ahmed al-Sharaa, alias Al Qaida-terroristenleider Abu Mohammed al-Golani, proberen het streven naar autonomie van de Druzen, die zij beschouwen als afvalligen van de islam, met grof geweld de kop in te drukken.
Verschrikkelijke beelden van bloedbaden onder Druzische burgers doen de ronde op sociale media. Leden van jihadistische milities van het nieuwe regime in Damascus scheren de snorren van Druzische mannen af. Die zijn een belangrijk symbool binnen de Druzische cultuur en de beelden doen denken aan de nazi’s die in Duitsland in de jaren 30 de baarden van religieuze Joden afschoren.
De IDF voert luchtaanvallen op jihadistische milities die de Druzen in Sweida naar het leven staan
Omdat Israël zelf een belangrijke en loyale Druzische minderheid binnen de grenzen heeft, is Jeruzalem bereid alles te doen om haar geloofsbroeders in Syrië te beschermen. De IDF voert luchtaanvallen op militaire doelen van de jihadistische milities die in opdracht van Al-Sharaa de Druzen in Sweida naar het leven staan.
“Mijn Druzische broeders, burgers van Israël – the situatie in Sweida, in het zuidwesten van Syrië, is zeer ernstig,” zo richtte Benjamin Netanyahu zich rechtstreeks tot de Druzen. “De IDF voert operaties uit, de luchtmacht voert operaties uit, en andere eenheden (waarschijnlijk bedoelt Netanyahu commando’s, red.) voeren operaties uit. Wij handelen om onze Druzische broeders te redden en de milities van het regime (in Damascus, red.) te elimineren.”
De Israëlische regering zet haar eigen kansen op een formele vrede met Syrië op het spel.
Tegelijkertijd riep de Israëlische premier de Druzen in zijn land op in de Joodse staat te blijven. Gisteren en vandaag voerden de Druzen in Israël protestacties uit en dreigden zij de grens over te gaan om in Syrië tegen de jihadi’s te vechten. “Ik heb één verzoek,” zei Netanyahu. “Jullie zijn burgers van Israël. Ga niet de grens over. Jullie riskeren jullie levens – jullie kunnen gedood of ontvoerd worden – en belemmeren daarmee de operaties van de IDF. Dus vraag ik jullie: ga terug naar huis. Laat de IDF zijn werk doen.”
Daarmee zet de Israëlische regering haar eigen kansen op een formele vrede met Syrië, waarmee het al sinds de onafhankelijkheid in 1948 in staat van oorlog verkeert, op het spel. Recent leken die kansen juist te groeien, omdat Ahmed al-Sharaa in een poging Washington te paaien had laten weten vrede met Israël te willen. Bovendien hebben Jeruzalem en Damascus in Iran een gezamenlijke vijand. Maar het belang van de Druzische minderheid weegt in Israël zwaarder dan opportunistisch-diplomatieke ovewergingen, zo blijkt nu.
De NOS schermt met niet nader genoemde ‘critici’ in een nieuwe poging Israël in een kwaad daglicht te plaatsen
In plaats van dit toe te juichen, probeert de anti-israëlische pers in Nederland de IDF-pogingen de Druzen te beschermen, te framen als een poging territorium in Syrië te vergaren. Hiervoor levert met name de NOS geen enkel bewijs. Correspondente Nasrah Habiballah schermt met niet nader genoemde ‘critici’ in een nieuwe poging Israël in een kwaad daglicht te plaatsen. Maar zelfs zij en haar collega’s in de Nederlandse pers kunnen niet ontkennen dat Israël het enige land ter wereld is dat op dit moment serieuze pogingen onderneemt om een nieuwe genocide op een minderheid door moslimfundamentalisten te voorkomen.
Eerder trof de Yezidis en ook de Koerden eenzelfde lot, zonder dat het Westen een vinger uitstak. Blijkbaar zijn hun levens minder waard dan die van Palestijnen, want er zijn geen Rode Lijn-demonstraties gepland voor de Druzen en de linkse partijen in de Tweede Kamer, universiteiten, ngo’s, kerken en moskeeën houden zich ditmaal opvallend stil.