Francois Englert, voormalig hoogleraar aan de universiteit van Tel Aviv en Sackler- professor aan de School voor Fysica en Astronomie, is dit jaar samen met de Brit Peter Higgs de winnaar van de Nobelprijs voor natuurkunde. Ze krijgen de prijs voor de voorspelling van het beroemde Higgs-deeltje. Het bestaan ervan werd vorig jaar door experimenten met de Large Hadron Collider bij Genève bevestigd. Higgs was de eerste die in 1964 het bestaan van het deeltje voorspelde, maar Englert en Higgs hebben samen belangrijk theoretisch werk verricht rond het deeltje. In 2004 wonnen ze samen al de Wolf Prijs, in het algemeen als een opstapje naar de Nobelprijs beschouwd. De Belgische Jood Englert is 80 en op de vraag of de prijs niet een beetje laat kwam zei hij: „Ach, ik leef nog, dus het is op tijd.” Het Higgs-deeltje, bijgenaamd het ‘God-deeltje’, is binnen het Standaardmodel van de fysica, dat alles deeltjes met elkaar in een grote structuur onderbrengt, het deeltje dat alle andere deeltjes massa verleent. De Joodse Amerikanen James Rothman van Yale en Randy Schekman van de universiteit van Californië kregen, samen met de Duitser Thomas Südhof, de Nobelprijs voor Fysiologie en Geneeskunde voor onderzoek naar het transport van eiwitten door de cel, in de jaren 70, 80 en 90. We kennen nu alle moleculen die een rol spelen bij het eiwittransport binnen de cel. De drie onderzochten hoe cellen eiwitten en andere moleculen uitscheiden via speciale transportblaasjes. Drie andere Joodse professoren, onder wie twee Israëli’s, wonnen de Nobelprijs voor scheikunde voor ‘meerschalige modellen voor complexe chemische systemen’: Arieh Warshel, (Amerikaan, Los Angeles, vocht in de oorlogen van ’67 en ’73), Michael Levitt (geboren in Zuid-Afrika, gaf les aan het Weizmann Instituut in Rehovot) en Martin Karplus (vluchtte als kind voor de nazi’s uit Oostenrijk). De drie ontwikkelden een computersysteem dat analyseert wat de structuur van proteïnen is en hoe ze werken. Daarmee kan men begrijpen hoe een proteïne zijn taak uitvoert, bijvoorbeeld het verteren van voedsel, en aan de hand van dat systeem zou men ook medicijnen kunnen ontwerpen.