Abonneer op het NIW

Het opinietijdschrift en cultureel magazine in één, voor iedereen geïnteresseerd in de Joodse wereld. Abonneer nu »

Nieuws

NRC reageert op ‘hoax’-affaire

Inzake de affaire rond de Palestijnse activiste Nada Kiswanson, die in 2016 Israëlische instanties ervan beschuldigde haar te bedreigen en waarvan het OM zonder resultaat het onderzoek heeft afgesloten, vroeg het NIW de schrijfster van het interview, Leonie van Nierop, een aantal kritische vragen te beantwoorden. Van Nierop reageerde.

Redactie 08 juli 2019, 00:00
NRC reageert op ‘hoax’-affaire

Het was Opiniez-schrijver Uri van As die de zaak vanaf 2016 op de voet bleef volgen en kortgeleden van het Openbaar Ministerie de mededeling kreeg dat het geen verdachte had kunnen vinden in deze zaak. Nadat Van As dit op de site Opiniez had bekendgemaakt, wijdde ook het NIW een artikel aan de affaire. Wij stelden een aantal vragen aan Van Nierop, de NRC Handelsblad-journaliste van wier hand het oorspronkelijke interview uit 2016 met Kiswanson was. Onder meer over de zorgvuldigheid waarmee zij te werk was gegaan en of ze, nu het OM geen verdachte kon aanwijzen, wellicht anders op haar artikel terugkeek. Daarbij werden ook vraagtekens gezet bij het niet openbaar maken van bewijzen, zoals intimiderende ‘glimmende folders’ die in de buurt van haar woning zouden zijn verspreid, evenals de dreigmails waarvan volgens Kiswanson sprake van was.

Na de publicaties op Opiniez en in het NIW, verscheen op 26 juni een artikel in NRC waarin ook deze krant in een neutraal bericht kenbaar maakte dat het OM het onderzoek had afgesloten. Diezelfde dag stuurde Van Nierop, terug van haar vakantie, een antwoord aan het NIW, dat wij hieronder integraal publiceren.
“Ik sta nog steeds achter mijn artikelen over de bedreigingen aan het adres van mevrouw Kiswanson. Ook het Internationaal Strafhof en het Openbaar Ministerie en de politie en Amnesty International en persbureau Reuters en de ministeries van Veiligheid en Justitie en van Buitenlandse Zaken en de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid namen de bedreigingen serieus. Niet voor niets begon het OM een strafrechtelijk onderzoek dat drie jaar heeft geduurd. Dat dat geen verdachte heeft opgeleverd wil niet zeggen dat de bedreigingen niet hebben plaatsgevonden. In 2016 kreeg Kiswanson al van de politie te horen dat sommige telefoontjes niet tot het einde toe te traceren waren – en dat het daarom zou lijken op het werk van een grote inlichtingendienst. Ik verwachtte toen al niet dat er een identificeerbare verdachte uit het onderzoek zou komen – en vind ook achteraf niet dat we terughoudender hadden moeten berichten. Mijn enige terughoudendheid betreft het publiceren van bewijsmateriaal – daar het OM ons verzocht dat niet te publiceren omdat dat copycatgedrag in de hand zou kunnen werken. Ik heb uiteraard verschillende fysieke bewijzen met eigen ogen gezien en gecontroleerd. Verder begreep ik bij terugkeer van mijn vakantie deze week (waardoor ik niet eerder op uw vragen kon reageren) dat een collega van mij de zaak heeft opgepakt en nu werkt aan een bericht. Het OM heeft ons niet op de hoogte gebracht van het sluiten van de zaak. Desgevraagd heeft het OM dit wel bevestigd, en daarbij verklaard dat ‘het geen reden
heeft gehad om aan de aangifte van mevrouw te twijfelen.’”

‘Omgekeerde wereld’
Wat in deze reactie bevreemdt, is dat aan de ene kant wordt gekeken naar een ‘grote inlichtingendienst’, maar tegelijkertijd gevreesd zou worden voor copycatgedrag. Van As reageerde op zijn website op het NRC-bericht van 26 juni als volgt:
“De toon en afzender van het bericht maken duidelijk dat NRC de rol van aanjager in de kwestie Kiswanson heeft verruild voor die van ‘neutrale’ beschouwer. De spectaculaire spionnenserie van Van Nierop c.s. wordt in de nieuwe benadering van de krant gereduceerd tot zomaar een verhaal dat de Al-Haq-juriste op een dag vertelde aan NRC. En nu het OM-onderzoek afgesloten is en er geen verdachten zijn gevonden, wil deze juriste de krant niet meer te woord staan, meldt NRC.” Ook NRC-ombudsman Sjoerd de Jong mengde zich in de discussie. Dat deed hij op 28 juni. Hij vond dat de artikelenserie over Kiswanson uit 2016 volledig gerechtvaardigd was. “Had de krant dit nieuws dan minder groot moeten brengen? Meer slagen om de arm moeten houden? Je kunt daar best over twisten, feit is dat de verslaggever bevestiging vroeg bij politie en justitie en dat de zaak hoog werd opgenomen, tot op ministerieel niveau. Feit is ook dat de jurist beveiliging had gekregen. Ja, dan heb je nieuws.”
Volgens Van As draait De Jong hiermee de zaak om. Het was immers NRC die de zaak in 2016 aanhangig maakte, “waarná pas onderzoek werd gestart, en niet, zoals hij suggereert dat ‘de zaak zo hoog werd opgenomen, tot op ministerieel niveau’ dat NRC de zaak wel moest brengen.” Overigens sprak ombudsman De Jong zich al in een eerder stadium over de zaak uit. Op 2 september 2016 schreef hij: “Het relaas van Kiswanson is waar mogelijk gecheckt, dát zij wordt gestalkt (maar niet door wie) wordt ondersteund door documenten, inclusief de ‘glimmende brochure’ die volgens haar in haar buurt was verspreid en waarin zij als een moslimknuffelaar wordt neergezet. Die had de krant er wat mij betreft ook (deels) bij kunnen laten zien.”
Dat is echter tot op de dag van vandaag niet gebeurd. Het is zelfs niet duidelijk of de bewuste ‘glimmende folders’ ergens op de burelen van de NRC liggen.

Abonneer op het NIW

Abonneer nu!
Tags dit artikel heeft geen tags
Opmerkingen (0)
Plaats opmerking

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *