Het Nederlands Auschwitz Comité heeft opnieuw een tegenslag te verduren gekregen nu een klein groepje omwonenden rond de locatie waar het Holocaust Namenmonument moet komen, opnieuw bezwaar maakt tegen de komst.
Na een duidelijke uitspraak van de bestuursrechter op 9 juli, die alle bezwaren van het groepje van tafel veegde, leek de strijd voor de komst van het Namenmonument na jaren definitief gestreden. Dinsdag 20 augustus was de laatste dag voor de bezwaarmakers om tegen die voor hen duidelijke juridische nederlaag in hoger beroep te gaan. En dat deden ze, precies op die dag. Nu krijgen ze vier weken de tijd om hun beroep nader toe te lichten, waarna weer tegenargumenten moeten worden geformuleerd en opnieuw de gang naar de rechter gemaakt moet worden. Maar de uitspraak van de bestuursrechter op 9 juli was zo duidelijk, dat de kans dat deze groep omwonenden in hoger beroep toch nog gelijk krijgt, vrijwel nihil is.
Na de uitspraak van de rechter liet de gemeente Amsterdam weten dat er op 1 augustus zou worden begonnen met het kappen van de bomen die in het plantsoen staan. In het Namenmonument zelf wordt een aantal bomen teruggeplaatst en er zullen ter compensatie rond de vijftig bomen extra in de buurt worden geplant. De bomen die plaats moesten maken voor het monument zijn inmiddels door de gemeente gekapt. “We hebben de volledige steun van burgemeester en wethouders voor de bouw van dit monument,” zegt Jacques Grishaver, voorzitter van het Nederlandse Auschwitz Comité en initiatiefnemer van het project. Alles stond in de startblokken om op 1 oktober met de daadwerkelijke bouw te beginnen.
Rechtsgeldige bouwvergunning
Nu zal er aankomende week overleg worden gepleegd of de bouw op die datum toch nog gewoon doorgaat, of dat opnieuw moet worden gewacht op de behandeling van het hoger beroep. Duidelijk is dat die behandeling voor 1 oktober niet realistisch is, die wordt eerder verwacht in het voorjaar van volgend jaar. Er ligt een rechtsgeldige bouwvergunning. Als nu zou worden beslist om, hangende het hoger beroep, de werkzaamheden stil te leggen, betekent dat volgens Grishaver een vertraging van tenminste een half tot driekwart jaar: “En dan zijn er nog minder overlevenden van de Shoa over die de onthulling zullen kunnen meemaken.”
Met het initiatief voor een Namenmonument op een locatie in de oude Amsterdamse Jodenbuurt werd al in 2006 gestart. Maar al die jaren woedde er een verbeten strijd tussen het Comité en de gemeente enerzijds, en buurtbewoners anderzijds. Een plan om het monument in het Wertheimpark te laten verrijzen werd getorpedeerd door omwonenden en de weduwe van Jan Wolkers, de kunstenaar die het Nooit meer Auschwitz-monument in het Wertheimpark creëerde. Zij vreesde dat het monument van haar man in de schaduw van het Namenmonument zou komen te staan, en zo minder aandacht zou trekken. Daarna vond grondig onderzoek plaats naar locaties in de buurt die ook in aanmerking zouden komen voor de Namenwand. Uiteindelijk werd gekozen voor het Weesperplantsoen, waar nu het gehate Monument van Joodse Erkentelijkheid staat. Over de vraag of dát monument, ‘een schandvlek in de geschiedenis’ genoemd, ergens anders in de buurt een nieuwe plaats moet krijgen, is veel discussie gaande.
Architect kon opnieuw beginnen
Maar ook een kleine groep omwonenden rond de locatie voor de Namenwand in het Weesperplantsoen maakte bezwaar, onder wie een kunstenaarsechtpaar dat een beter plan dacht te hebben dan dit ontwerp van de wereldberoemde architect Daniel Libeskind. Libeskind had ook al een ontwerp voor het eerdere plan in het Wertheimpark gecreëerd, maar na de afwijzing van die locatie kon hij opnieuw beginnen.
De kans dat de omwonenden toch nog hun zin krijgen en dat er opnieuw naar een andere locatie moet worden gezocht, is uiterst klein. Maar de bouw traineren, dat kunnen ze wel.