Abonneer op het NIW

Het opinietijdschrift en cultureel magazine in één, voor iedereen geïnteresseerd in de Joodse wereld. Abonneer nu »

Nieuws

Scheef

Administrator 26 oktober 2018, 00:00
Scheef

Daar lag hij dan, de brief van het arrondissementsparket Amsterdam. De behandeling van mijn aangifte, eind oktober 2015, wegens haat zaaien en aanzetten tot geweld. U mag me op Twitter beledigen, uitschelden, een zionistische fascist noemen of een Joodse hoer, u gaat uw gang maar. Het levert u hooguit een block van mijn kant op. Tijdlijnhygiëne noem ik het.

Waar ik in oktober 2015 bij de politie om aanklopte, was een ernstiger geval. Er werd een prijs op mijn hoofd gezet en voor mij en een aantal anderen stond de brandstapel klaar. Uiteindelijk kwam de zaak in 2017 voor. De advocaat van de verdediging probeerde ervan te maken dat ik een moslimhater was, want waarom had ik zijn cliënt wél, maar antisemiet Jeroen de Kreek niet aangeklaagd? (Toen ik CIDI-directeur was zijn we jarenlang met die zaak bezig geweest, totdat de rechter hem ontoerekeningsvatbaar verklaarde.) Was het misschien omdat het dit keer om een moslim ging? Maar degene die de berichten had geplaatst was anoniem, dus ik wist in eerste instantie niets van de achtergrond van de bedreiger. Toch deed die suggestie zijn werk. De rechtbank verwees de zaak terug naar de rechter-commissaris, want men vond dat het ‘maatschappelijk debat’ waarin deze tweets waren geplaatst moest worden onderzocht. Op verzoek van de recherche probeerde ik met een vriend (dank, Ruud van Gessel) vervolgens oude posts en reacties boven water te krijgen, een hele uitzoekerij. Daarna opnieuw lang stilte. Totdat Telegraaf-journaliste Saskia Belleman een paar weken geleden, ook op Twitter, het Openbaar Ministerie vroeg hoe het ermee stond.

En nu ligt er dus een brief. Op 8 november komt de zaak opnieuw voor. Ik zou hierover niet begonnen zijn – want de zaak ligt onder de rechter – als moslima Shirin Musa, met wie het NIW twee weken geleden een interview publiceerde, niet al in december moet voorkomen voor opmerkingen die zij afgelopen augustus op Twitter maakte over een hindoestaanse man die is vervolgd voor het verkrachten van een minderjarige en door diverse vrouwen wordt beschuldigd van seksuele intimidatie. Shirin wordt smaad en laster ten laste gelegd. Zij moest op het politiebureau foto’s zonder hoofddoek laten maken. Terwijl ze niets verkeerd heeft gezegd, want haar Twitterwoorden waren feitelijk juist.

Geacht Openbaar Ministerie, heet dit niet hartstikke scheef?

Abonneer op het NIW

Abonneer nu!
Tags dit artikel heeft geen tags
Opmerkingen (0)
Plaats opmerking

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *