Het Grondwettelijk Hof, de hoogste bestuursrechter van België, heeft eind vorige week geoordeeld dat het verbod op onverdoofd ritueel slachten in Vlaanderen en Wallonië niet in strijd is met de grondwet.
Eind vorig jaar deed het Hof van Justitie van de Europese Unie dezelfde uitspraak. Met die uitspraak verwierp de rechtbank argumenten van Joodse en islamitische organisaties. Zij vinden dat de wet inbreuk maakt op hun religieuze rechten door hen te verplichten om dieren te verdoven voor het slachten. Voor de sjechita, de koosjere slacht, is het niet toegestaan het dier te verdoven.
De EU heeft al langer een verbod voor het slachten zonder voorbedwelming, maar maakt een uitzondering voor de religieuze slacht. Wel mogen landen deze regel zelf aanpassen, wat België heeft gedaan.
Het Belgische Hof zegt dat dierenwelzijn een ethische waarde is waaraan steeds meer belang wordt gehecht in de samenleving. “Het verbod op onverdoofd slachten heeft dus een legitiem doel,” aldus de rechter.
Joodse organisaties in Vlaanderen en Wallonië hebben woest gereageerd op de uitspraak. Volgens hen worden Joden hierdoor gediscrimineerd en achtergesteld. Mogelijk wordt de zaak voorgelegd aan het Europees Hof voor de Rechten van de Mens.