Deel 2: Voor de verheffing van de wereld

In onze serie over Joodse componisten en hun grote betekenis voor de westerse muziekwereld, deze week deel 2: Felix en Fanny Mendelssohn.
Felix Mendelssohn geschilderd door zijn zwager Wilhelm Hensel vlak voor zijn dood in 1847
Felix Mendelssohn geschilderd door zijn zwager Wilhelm Hensel vlak voor zijn dood in 1847

Pas de laatste jaren komt er meer waardering voor Felix Mendelssohn Bartholdy en zijn zuster Fanny. In tegenstelling tot wat Felix werd verweten, was deze bewonderaar van Bach geen oppervlakkige componist, maar een gepassioneerd genie dat tijdens zijn korte leven bovenmenselijk veel tot stand bracht.

Buckingham Palace in Londen, 1844. Achter de vleugel zit een tengere gestalte. Ernaast staat de jonge koningin Victoria. Haar geliefde man Albert luistert. Ze zingt het derde deel van opus 8, een verzameling liederen geschreven door de man achter de concertpiano: componist Felix Mendelssohn Bartholdy. Felix schrijft over die avond dat hij onder de indruk is van Victoria’s stem. Ze zingt het lied loepzuiver, inclusief de hoge g: “Zuiverder dan welke amateur dan ook,” noteert hij. Nadat koningin Victoria de complimenten in ontvangst heeft genomen, biecht de componist op dat niet hij dit lied heeft geschreven, maar zijn vier jaar oudere zus Fanny. Net als hij is ook zij een wonderkind, en ze zal haar hele leven zijn mentrix blijven. De twee houden levenslang een sterke band.

Ook de vriendschap tussen Felix en het Britse koningspaar zal blijvend zijn. De drie spreken onderling altijd in hun moederstaal: het Duits, en de componist bezoekt het land in totaal tien keer.

In de Londense British Library ligt een document met zeven werken van de componist, speciaal voor Victoria. Een daarvan is een quatre-mainscompositie. Het Canto de primavera, oftewel lentelied, heeft een hoofdmelodie en een ondersteunende muzieklijn. Bij nadere beschouwing blijkt de hoofdmelodie zeer eenvoudig. Die was bestemd voor de vorstin. De wijs is bijna met één vinger te spelen, waaruit mag worden geconcludeerd dat Victoria beter zong dan pianospeelde.

Jacob Ludwig Felix Mendelssohn Bartholdy is in het victoriaanse Groot-Brittannië een grote held. Hij wordt er in die tijd gezien als de ultieme Engelse gentleman. Niet slecht voor een buitenlander, een Duitser, een Jood nog wel. Tot op de dag van vandaag zijn de Britten dol op de tengere, bescheiden componist, een van de vroege romantici, die het Britse landschap zo prachtig schilderde in zijn muzikale meesterwerken. In de bezienswaardige BBC-serie The birth of British music zijn na Bach, Händel en Purcell de laatste twee delen gewijd aan Mendelssohn. Zo zien we ontroerende schetsen van de componist, gemaakt tijdens zijn reizen door het land, bewaard gebleven in de Bodleian Library in Oxford. Mendelssohn trekt in 1829, hij is dan twintig jaar oud, van Londen naar York, vervolgens naar het Schotse Edinburgh, het westelijk gelegen Oban en het eiland Staffa. Overal maakt hij tekeningen van, vaak met bomen. Mendelssohn tekent en schildert graag bomen, hij is een begenadigd aquarellist. Hij is zeeziek, maar hij moet en zal de mysterieuze zwarte basaltgrot Fingal’s Cave zien. Die inspireert hem tot de ouverture De Hebriden, waarin hij de stroming en het natuurgeweld van de Schotse kuststreek schetst. Zijn eerste versie zet hij zo minutieus op papier dat een geoefende dirigent er meteen mee aan de slag zou kunnen.

Risjes

Het Schotse natuurgeweld is ver verwijderd van het geciviliseerde Hamburg, waar Felix op 3 februari 1809 ter wereld komt, in een gezin dat je het best kunt omschrijven als Joodse adel. Zijn grootvader is Moses Mendelssohn, de beroemde filosoof uit de haskala, de Joodse verlichting. Vader Abraham is bankier en moeder Lea is verwant aan de familie Salomon-Bartholdy, een roemrijk Joods geslacht. Haar broer Jakob is een bekende diplomaat en kunstliefhebber. Het gezin bestaat na de verhuizing naar Berlijn uit vier kinderen: Fanny is de oudste, daarna komt Felix, later volgen Paul en Rebecka. De kinderen groeien op in weelde. Ze krijgen de beste opvoeding die je kunt bedenken, met muziek-, dans- en filosofielessen, veel lichamelijke oefening en ze bouwen een grote talenkennis op.

Abraham ziet zijn Joodse identiteit al voor de geboorte van zijn kinderen als een last. Hij heeft niets met religie. Felix wordt niet besneden en uit pragmatische overwegingen laat Abraham zijn kinderen in 1816 tijdens een privébijeenkomst thuis in Berlijn protestants dopen. Hij gaat zelfs zo ver op aanraden van Lea’s broer Jakob de familienaam te veranderen in Bartholdy: dat klinkt minder Joods. Later zal blijken dat zowel Fanny als Felix daar niets van willen weten.

Fanny schrijft als zij zich Bartholdy moet noemen: ‘de naam die wij zo haten’

Fanny schrijft zelfs in haar dagboek ‘die naam die wij zo haten’. Het plan van vader mislukt: Felix blijft altijd de naam Mendelssohn gebruiken, zij het regelmatig aangevuld met Bartholdy.

Uit diverse stukken blijkt dat hij trots is op zijn afkomst en die niet wil verloochenen. Musicoloog en Mendelssohnkenner Charles Rosen zegt daarover: “Hij herbevestigde zijn Joods-zijn, tegen zijn vaders wens in, keer op keer.” Hij verwerkt regelmatig oudtestamentische thema’s in zijn muziek, zoals de ontroerende psalm 114 in opus 51: Toen Israël uit Egypte trok. Historicus Thomas Lachmann zegt hierover: “Echt belangrijke christelijke onderwerpen vind je in zijn werk niet terug. Hij gebruikt de christelijke liturgie, maar altijd op een niveau waarop een Jood het nog aanvaardbaar kon vinden.” Toch is Mendelssohn nog iedere kerst in veel Britse kerken te horen. De melodie van de hymne Hark! The herald angels sing (Hoor de eng’len zingen d’eer) is gebaseerd op zijn Festgesang uit 1840.

Natuurlijk is het negentiende-eeuwse Duitsland niet vrij van virulent antisemitisme en Felix komt ermee in aanraking. Richard Wagner is in zijn jonge jaren nog geïmponeerd door de componist. Hij stuurt Felix zelfs een van zijn eerste werken op ter beoordeling. Felix, omkomend in het werk, verzuimt hem te antwoorden. Zijn zwijgen draagt bij aan het antisemitisme van de schepper van de Ring des Nibelungen. Maar ook is Felix slachtoffer van fysieke aanvallen. Hij is veertien jaar oud als hij in 1823 slachtoffer wordt van risjes op een strand in de buurt van Rostock: “Ik werd uitgescholden en er werden stenen naar me gegooid door straatjongens op het strand. Ik reageerde stoer, maar toen ik thuiskwam, stortte ik in. Ik heb heel wat traantjes gelaten. Mijn zuster, wat was dit een verachtelijke ervaring,” schrijft hij Fanny. We vinden een verslag van het gebeuren terug in Fanny’s dagboek: “Mijn broer is erg ongelukkig over iets naars dat hem is overkomen met betrekking tot onze religieuze traditie. Hij werd uitgescholden voor ‘vieze Jood’. Hij was er wanhopig door en ik heb geprobeerd hem ermee te helpen. In Berlijn heerst er zoals we weten nog steeds veel wantrouwen tegen Joodse families en we zijn niet zelden slachtoffer van spot en verdachtmakingen.”

____________________

In 1843 vat Mendelssohn het plan op een standbeeld voor Bach op te richten. Het wordt geplaatst bij de Thomaskerk in Leipzig, waar Bach lang werkte. In hetzelfde jaar opent hij een conservatorium in de stad, de oudste muziekschool van Duitsland, bijgestaan door de Joodse muziekpedagoog Ignaz Moscheles en componist Robert Schumann. Het instituut bestaat nog steeds en is omgedoopt tot de Hochschule für Musik und Theater Felix Mendelssohn Bartholdy. Op een steenworp afstand van Bachs standbeeld staat bij de Thomaskerk een beeltenis van Felix zelf, onthuld in 2008. Het oorspronkelijke kunstwerk uit 1892 werd in 1936 door de nazi’s verwijderd, omdat zijn muziek als entartete Kunst beschouwd werd. Het is nooit teruggevonden.

Het beeld van Mendelssohn bij de Thomaskerk in Leipzig Wikimedia Commons

____________________

Wonderkind

Op zijn veertiende heeft Felix al een heel leven achter de rug. Vanaf zijn zesde heeft hij samen met Fanny pianolessen van zijn moeder en hoewel Abraham eerst nog denkt dat Fanny de meest getalenteerde van de twee is, blijkt Felix al snel een wonderkind. Muzikaliteit zit in de familie. Tante Sarah Levy krijgt bijvoorbeeld les van de nazaten van Johann Sebastian Bach. Zij beveelt voor de kinderen de mentor Carl Friedrich Zelter aan, die van groot belang is voor de ontwikkeling van zowel Fanny als Felix.

Als het gaat om wonderkinderen, steekt Felix Mozart naar de kroon

Stond Mozart bekend als wonderkind, Felix steekt hem in dat opzicht naar de kroon. Kenners die de jeugdwerken van de twee componisten vergelijken, onder wie Johann Wolfgang von Goethe die Mendelssohn meermalen ontmoet, vinden dat Mendelssohn al veel eerder volwassenheid in zijn composities bereikt dan zijn illustere voorganger.

De eerste keer dat Felix de beroemde schrijver bezoekt, in november 1821, is hij twaalf jaar oud en heeft hij al vier sonates en zeven symfonieën voor strijkorkest op zijn naam staan. Goethe herinnert zich later hoe de verlegen en fragiele jongen improvisaties op Bach voor hem speelt: ‘zo mooi dat ik er duizelig van werd’. In de bagage van de jonge virtuoos vindt Goethe een briefje van moeder Lea. Ze maant haar zoon vooral voor de eerste kennismaking zijn haren goed te kammen omdat zijn weerbarstige krullen alle kanten op schieten.

De componist zal diverse gedichten van Goethe op muziek zetten. De jaren na die eerste ontmoeting schrijft Mendelssohn in een razend tempo kamermuziek, symfonieën voor strijkorkest, werken voor piano en strijkorkest en op zijn vijftiende zijn eerste symfonie voor orkest. Als hij op zijn zestiende zijn Strijkoctet in E majeur componeert, is vriend en vijand het erover eens: Mendelssohn is een volwassen componist geworden. Een jaar later componeert hij een van zijn bekendste vroege werken: de ouverture van Een midzomernachtsdroom, naar de komedie van Shakespeare. Het hele werk zal hij in 1843 voltooien, inclusief de beroemde bruiloftsmars die koningin Victoria na zijn dood laat spelen bij het huwelijk van een van haar dochters in 1858 en daardoor wereldberoemd zal worden.

Mendelssohn blijkt over een fotografisch geheugen te beschikken. Hij speelt al zijn werk uit zijn hoofd, en niet alleen dat van hemzelf. Hij staat erom bekend dat hij, zodra hij een bepaalde melodie eenmaal heeft gehoord, die tien jaar later nog feilloos kan naspelen.

____________________

Niet weggelegd voor Fanny

Naast koningin Victoria spelen drie vrouwen een belangrijke rol in Mendelssohns leven: zijn vrouw Cécile Jeanrenaud, de sopraan Jenny Lind en zijn zuster Fanny, van wie de laatste verreweg de belangrijkste is. Fanny is vier jaar ouder dan Felix en van jongs af aan zijn ze beiden gegrepen door muziek. Het is al snel duidelijk dat zij over een groot muzikaal talent beschikt. Hoewel ook zij uitermate productief is – haar oeuvre telt onder meer 125 pianowerken en 250 liederen – wordt er maar weinig werk van haar gepubliceerd en is dat wel het geval, dan onder Felix’ naam. Een carrière is voor Fanny niet weggelegd.

Fanny Mendelssohn, getekend door haar echtgenoot Wilhelm Hensel

Vrouwelijke componisten zijn schaars in de negentiende eeuw. Er zijn wel beroemde schrijfsters en dichteressen, maar schrijven is een solitaire bezigheid. De muziekwereld is gecompliceerder, omdat er mannen nodig zijn om een compositie uit te voeren. Toch mag Fanny op jonge leeftijd met Felix mee voor pianolessen van de vermaarde Marie Bigot in Parijs en Carl Zelter lijkt zelfs meer gecharmeerd van Fanny dan van Felix, wanneer hij aan Goethe schrijft: “Dat kind is écht bijzonder.” Jonge vrouwen, zeker in de hogere klasse, werden geacht hun aandacht vooral te richten op het gezinsleven. Fanny trouwt in 1829 met kunstenaar Wilhelm Hensel en het echtpaar krijgt één kind: Sebastian. Als Fanny zes maanden na diens geboorte bij haar broer om raad vraagt omdat ze vastloopt bij een van haar composities, geeft Felix haar er genadeloos van langs. Componeren? “Daar is geen plaats voor,” schrijft hij haar, “of wil je een harteloze moeder worden?”

Toch blijft de hechte band tussen broer en zus bestaan. Zij is de enige die hem ongezouten kritiek lijkt te kunnen geven. Hoewel hij soms woedend reageert, accepteert hij haar feedback uiteindelijk wel. Voor Fanny’s echtgenoot Hensel is de band moeilijk te accepteren. Hij kan nooit tussen broer en zus in komen, wat emotionele spanningen in het huwelijk meebrengt.

Pas in de jaren tachtig van de vorige eeuw is het werk van de begenadigde pianiste en componiste herontdekt. Dan verschijnt ook een bundel met haar verzamelde brieven aan Felix. In 2018 opent een museum in Hamburg dat niet alleen aan Felix, maar ook aan Fanny is gewijd.

____________________

Herontdekking van ‘de Matthäus’

1829 is een belangrijk jaar voor Mendelssohn. Twintig jaar oud maakt hij niet alleen zijn grote reis door Groot-Brittannië, ook durft hij zich te wagen aan een meesterwerk dat bijna tachtig jaar lang stof heeft liggen vergaren. Felix is een groot bewonderaar van Johann Sebastian Bach, wiens invloed in veel van zijn werken is terug te horen. Op zijn zestiende heeft hij van zijn grootmoeder Bella Salomon een meesterwerk van Bach in handen gekregen dat volledig in de vergetelheid is geraakt. Het is de Matthäus-Passion. Felix bewerkt het, simplificeert het hier en daar en dan gaat het vier jaar later, in 1829, in Berlijn in première. Het is meteen een doorslaand succes. Niet alleen in Duitsland, maar in heel Europa. Mendelssohn zegt daar zelf over, refererend aan zijn afkomst: “Te bedenken dat het de zoon van een Jood moest zijn die de grootste christelijke muziek opnieuw tot leven zou wekken.”

Mendelssohn Bartholdy is een workaholic en fervent brievenschrijver: er zijn er zevenduizend van hem bekend. Hij reist heel Europa door en componeert in de jaren na zijn uitvoering van de Matthäus-Passion onder meer zijn Schotse symfonie, geïnspireerd op de Holyrood Abbey in Edinburgh. Koningin Victoria geeft in 1842 persoonlijk toestemming aan de componist het werk aan haar op te dragen. Het succes ervan is zo groot dat Schotland in die dagen bekend komt te staan als het meest romantische land van Europa. Zelfs Victoria lijkt geïnspireerd. Drie maanden na de première besluit ze Schotland zelf voor het eerst met een bezoek te vereren.

Meer dan duizend woorden

Na Felix’ reis langs Venetië, Rome, Napels en Florence, volgt zijn Italiaanse symfonie. Maar ondanks zijn grote succes blijft hij een twijfelaar. Zo is bekend dat hij in zijn – nog steeds bijzonder populaire – vioolconcert in e-mineur jarenlang aanpassingen maakt. Hij overlegt veel met zijn vaste violist en jeugdvriend Ferdinand David. Het wordt het eerste vioolconcert dat in samenwerking met een violist is gecomponeerd. Maar het is niet David die het voor het eerst ten gehore brengt. Hij is ziek en daarom is het op de première op 10 november 1845 de 14-jarige Joodse Joseph Joachim die het beroemd geworden concert speelt.

De muziekcritici omschrijven Elias als ‘het mooiste oratorium ooit’

In 1846 is Mendelssohn opnieuw in Engeland, in Birmingham om precies te zijn. In het neoclassicistische stadhuis van de bruisende stad – de industrialisatie heeft haar intrede gedaan – gaat zijn oratorium Elias (Elia) in première. De inwoners zijn lyrisch. Honderden verdringen zich voor de deuren van het uitverkochte stadhuis. De critici omschrijven het werk als ‘het mooiste oratorium ooit’. Mendelssohn heeft met het stuk een missie: de verheffing van de mensheid, van ieder mens, hoe arm ook, en volgens hem kan dat het beste door muziek. Hij lijkt daarin op Beethoven. Vaak vindt hij woorden verwarrend, vandaar ook zijn omvangrijke reeks pianowerken Lieder ohne Worte. Muziek vindt hij duidelijker spreken dan duizend woorden.

Maar zijn tomeloze werkdrang, slapeloze nachten en het vele reizen eisen hun tol. De Mendelssohns staan bekend om hun zwakke gezondheid; diverse familieleden overlijden jong aan een hartinfarct. Onder hen zijn vader Abraham, Fanny en moeder Lea. Felix kruipt een paar keer door het oog van de naald, weigert het echter rustiger aan te doen, en op 4 november 1847 overlijdt hij na een ernstig infarct, zes maanden na zijn geliefde zuster Fanny die aan dezelfde aandoening overlijdt. Hij is 38 jaar oud. Hij wordt begraven in een speciaal deel van het Dreifaltigkeitsfriedhof, gereserveerd voor ‘nieuwe christenen’, naast zijn ouders en Fanny.

____________________

Mendelssohn en de liefde

In 1837 trouwt Mendelssohn met Cécile Jeanrenaud, dochter van een protestante geestelijke. Ze krijgen vijf kinderen, van wie Felix August na een mazelenbesmetting een zeer zwakke gezondheid houdt. Zoon Carl wordt later hoogleraar geschiedenis aan de universiteiten van Freiburg en Heidelberg.

In oktober 1844 ontmoet Mendelssohn een begaafde, ambitieuze Zweedse operazangeres, de sopraan Jenny Lind, met wie hij een diepere relatie dan alleen een vriendschappelijke onderhoudt. Ze werken samen aan diverse composities, zoals de onvoltooide opera Lorelei. Jarenlang is over de aard van hun relatie gespeculeerd. Pas in 2013 verklaart het comité dat een deel van Mendelssohns nalatenschap beheert dat hij gepassioneerde liefdesbrieven aan Lind zou hebben geschreven. Hij blijkt tot over zijn oren verliefd en dreigt zelfs met zelfmoord als zij niet op zijn avances ingaat. Na zijn dood schrijft Lind dat Mendelssohn “de enige persoon was die mijn geest vervulde, maar ik had hem nog niet gevonden of ik had hem al verloren.” Zij richtte in 1849, twee jaar na zijn dood, de Mendelssohn Scholarship Foundation op voor jonge Britse componisten.

Jenny Lind

____________________

Nalatenschap

Mendelssohn laat honderden werken na. Er worden nog steeds nieuwe ontdekt en vele zijn onafgemaakt. Hoewel hij bij leven groot succes heeft, vervaagt zijn roem in de jaren daarna, mede door toedoen van de machtige Richard Wagner. Die erkent zijn talent weliswaar , maar hekelt hem omdat Felix niet vernieuwend genoeg zou zijn geweest, wat wil je ook van een Jood. In zijn pamflet Het jodendom in de muziek laat hij zich negatief over Mendelssohn uit. Naast zijn antisemitisme speelt bij de narcistische Wagner mee dat hij zelf nummer één wil zijn. Ook wordt Mendelssohn kitsch verweten, maar kenner Charles Rosen denkt daar anders over: “Als je hem bestudeert, zul je erachter komen dat hij veel beter was dan je dacht toen je aan zijn werk begon.”

Pianist Lang Lang is een bewonderaar: “Ik vind het altijd heerlijk om hem te spelen, omdat zijn werk de energie van frisheid uitstraalt, van het zoete in het leven.” En hoewel hij bekend staat om zijn werken die vrolijkheid en optimisme uitstralen, componeert Mendelssohn volgens dirigent Kurt Masur ook stukken die donker, dramatisch en melancholisch van aard zijn. De Duitser Masur kwam op zijn twaalfde al in aanraking met de Lieder ohne Worte, toen Felix’ muziek tijdens het nazitijdperk verboden was.

‘Hij was Joods, Duits en gedoopt. Er was niemand die zei: deze man is van ons’

In de documentaire Portrait of composer, pianist and conductor Felix Mendelssohn uit 2009 zegt hij: “Mendelssohn was Duits, dus kreeg hij te maken met de vijanden van Duitsland. Hij was ook Joods en kreeg dus te maken met de vijanden van de Joden, en dan was hij ook nog gedoopt. Hij zat tussen drie stoelen. Er was niemand die zei: ‘Deze man is van ons’. Zijn verhouding tot God stond in het teken van de vraag: hoe kunnen we in u geloven als u ons niet helpt? Dat was revolutionair. En zijn eerste Lied zonder woorden in E-groot is absoluut een nieuw genre in de muziek.” Masur vertelt hoe de nazi’s Mendelssohns Midzomernachtdroom wilden laten herschrijven. Nazicomponist Carl Orff, bekend van zijn Carmina Burana, krijgt de opdracht. Hij faalt echter deerlijk. Het is Mendelssohns naam die voor altijd met het werk zal worden geassocieerd.

Architect Paolo Portoghesi, een groot bewonderaar van Mendelssohn, vergelijkt de componist met de geniale architect Andrea Palladio. “Zoals Palladio met zijn ontwerpen in dialoog met de mens wil treden, zo doet Mendelssohn dat met zijn composities. Volgens mij waren zij hetzelfde type mens.” De componist dankt zijn populariteit bij de Britten mede aan een maatschappelijke ontwikkeling. Door de industrialisatie ontwikkelt zich een middenstand. De aanschaf van een piano is niet meer alleen voorbehouden aan de superrijken en in steeds meer victoriaanse huishoudens draait het avondleven om de piano. Halverwege de negentiende eeuw is de Londense pianomaker Broadword & Sons zelfs een van de twaalf bedrijven met de meeste werknemers in dienst. Meest populaire bladmuziek in al die huizen? Mendelssohns Lieder ohne Worte. En zo dringt hij door in het muzikale geheugen van de Britten.

Na zijn dood doen Felix’ erfgenamen er alles aan om een positief beeld van de componist te schetsen, als een vrolijke man vol levenslust. De waarheid ligt echter genuanceerder. Hij kon heel ontevreden zijn, zeer moeilijk kritiek verdragen en had enorme driftbuien. Maar ook had hij humor, zoals blijkt uit zijn brieven en zelfs sommige teksten in zijn muziekstukken, zoals in Elias. Bovenal lijkt hij met zijn muziek rechtstreeks tot het hart te willen spreken. En wie goed luistert, weet dat zijn muziek aan zeggingskracht niet heeft ingeboet.

Deze serie is mede mogelijk gemaakt door Maror

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Meer Gerelateerde Berichten

Componisten deel 1

Deel 7: Een levenslange worsteling