Abonneer op het NIW

Het opinietijdschrift en cultureel magazine in één, voor iedereen geïnteresseerd in de Joodse wereld. Abonneer nu »

Dossiers

Prinsessen van de Nijl

De Egyptische Laila en Lamia Jamal veroverden in de jaren vijftig de wereld met hun sensationele buikdansact, maar hun Joodse identiteit hielden ze angstvallig verborgen. Pas nu hun privéarchief aan de Nationale Bibliotheek van Israël is geschonken, wordt hun echte verhaal verteld.

Jaron Beekes 11 oktober 2020, 10:00
Prinsessen van de Nijl

Het klinkt als een sprookje. Met een beetje goede wil kun je er zelfs elementen uit de Bijbelverhalen over Mozes of Esther in herkennen: De Joodse zussen Laila en Lamia Jamal zijn uitzonderlijk mooi en getalenteerd en worden de lievelingen van het Egyptische hof. Ze groeien uit tot internationale sterren, maar hun Joodse achtergrond houden ze verborgen, uit angst voor vervolging. Die angst blijkt gegrond; het hof keert zich tegen hen en ze vluchten naar het ‘beloofde land’ Amerika, waar ze nog lang en gelukkig leven.

Toch is dit het waargebeurde verhaal van twee zusters die eigenlijk Helena en Berta Alpert heetten. Anno 2018 zullen die namen, of hun diverse artiestennamen, bij weinigen nog een belletje doen rinkelen. Maar in de jaren vijftig van de vorige eeuw was dit buikdansduo een wereldwijde sensatie. De Egyptische koning Farouk en de latere Amerikaanse president Nixon behoorden tot hun fans, ze schitterden in tientallen films en hun foto’s sierden tijdschriftomslagen en jongenskamers over de hele wereld. Hun ware verhaal werd pas wereldkundig toen onlangs hun privéarchief in handen kwam van de Nationale Bibliotheek van Israël.

Onnavolgbaar
Het succesverhaal begint in de jaren veertig in Egypte. Tijdens en vlak na de Tweede Wereldoorlog werden in grote steden nachtclubs geopend om de vele buitenlandse soldaten die er gelegerd waren van vermaak te voorzien. Een van de bekendste was Helmieh Palace, in een buitenwijk van Caïro.

De club bood een bijzonder programma. Met optredens van de populairste artiesten, extravagante kostuums en nauwgezette choreografieën werd Helmieh Palace een broedplaats van een nieuwe Midden-Oosterse cultuur.

Hun toegewijde moeder vergezelde ze bij iedere show, ook om hun onschuld te bewaken

De grootste publiekstrekkers waren de Jamal Twins, twee buikdanseressen die de eeuwenoude sensuele dans in een modern jasje staken. Laila en Lamia groeiden in een mum van tijd uit tot de top van de Egyptische entertainmentwereld. Hun show, waarin zij gebruik maakten van een scala aan attributen, was niet zomaar een buikdansact. Voor hun optredens waren volledige toewijding en dagelijkse repetities vereist. Het duo was even dynamisch als inventief, met een perfect samenspel onderling en met hun muzikanten. 

Wurgslangen
Helmieh Palace bleek slechts een springplank op weg naar wereldfaam. Hun rollen in ruim dertig films bezorgden hen sterrenstatus in de hele Arabische wereld en ver daarbuiten. Maar hun fans konden niet vermoeden dat de ware identiteit van hun idolen een heel andere was dan die zij zagen: ze waren geen tweeling, ze waren niet Arabisch en ze heetten niet Jamal. In werkelijkheid bestond het buikdansduo uit de Joodse Helena en Berta, dochters van Fishel Alpert uit Oost-Europa.

Publiciteitsfoto van de Jamal Twins. Foto: Nationale bibliotheek Israël

Dat geheim wordt onthuld in hun privéarchief, dat recentelijk werd verworven door de Nationale Bibliotheek van Israël in Jeruzalem. De honderden foto’s en vergeelde krantenknipsels zijn een vreemde eend in de bijt van de Nationale Bibliotheek. Het instituut laat zich er weliswaar op voorstaan documentatie van elke mogelijke vorm van Joodse cultuur te verzamelen, het gebeurt niet elke dag dat het in het bezit komt van een collectie foto’s van schaars geklede vrouwen die door wurgslangen worden omringd of bevallig achteroverleunen op een tijgervel.

“Het is niet enkel een rariteit,” zegt Gil Weissblei, curator van de fotocollectie van de Nationale Bibliotheek, op de website van het instituut. “Dit vertelt het verhaal van een Joodse migrantenfamilie uit Oost-Europa die zich vestigde in Egypte, integreerde in de cultuur en een nieuwe, Midden-Oosterse identiteit aannam.”

Europees milieu
Het muzikale talent van de zusters kwam niet uit de lucht vallen. Helena en Berta Alpert werden respectievelijk in 1930 en 1932 geboren in het Egyptische Alexandrië, als dochters van een muzikantenechtpaar. Hun vader Fishel kwam uit Tsjernivtsi, nu in Oekraïne gelegen, destijds in Oostenrijk-Hongarije. Hij verhuisde naar Wenen, waar hij violist werd in een symfonieorkest. Eind twintiger jaren emigreerde Fishel om onbekende redenen naar Egypte. In Alexandrië ontmoette hij zijn latere vrouw Jini, een ravissant uitziende operazangeres, eveneens kind van Joodse immigranten uit Oost-Europa.

Publiciteitsfoto van de Jamal Twins. Foto: Nationale bibliotheek Israël

De familie was zionistisch ingesteld, maar liep niet met zijn Joods-zijn te koop. Helena en Berta groeiden op in een Europees milieu, waar Frans de voertaal was. In hun jeugd waren ze omringd door muziek. “Vader hoopte dat we violisten zouden worden, maar al op vijfjarige leeftijd gingen we op balletles,” herinnerde Berta zich later in een interview, in een van de knipsels in de collectie. Al snel kregen ze behalve in klassiek ballet ook les in Midden-Oosterse dans, en ontdekten daarin een bijzonder talent. “We dansten op feestjes, op benefietavonden en later in films,” vertelde Berta. Fishel en Jini Alpert waren bezorgd om hun dochters van slechts twaalf en veertien jaar, en hun toekomst in wat zij zagen als een wereld van losbandig vermaak. Toch was de verleiding groot hen vaker te laten optreden; vader was zijn bron van inkomsten verloren en het gezin gleed af in een financiële crisis. Aanvankelijk hielden de meisjes hun buikdansshows geheim voor hun vader. Hun toegewijde moeder vergezelde ze bij ieder optreden. Niet alleen om hen te ondersteunen, ook om hun onschuld te bewaken. Dat zou ze nog jaren volhouden, ook op hun internationale tournees.

Ze traden op onder de artiestennamen Laila en Lamia, of soms Lyn en Liz. Ze voegden er de verzonnen achternaam Jamal en een achtergrondverhaal aan toe, om zich nog meer allure te geven. De dochters van Fishel Alpert uit Tsjernivtsi veranderden zo in de Jamal Twins uit Caïro.

‘Onzedige bewegingen’
Het leeftijdsverschil tussen de twee was niet te zien, het publiek dacht te kijken naar een eeneiige tweeling. Ook deden ze niets om alle broodje-aapverhalen over hen te weerspreken. Tijdens hun carrière hebben de zussen nooit ontkend dat ze Joods waren, maar ze slaagden er wonderwel in het te verbergen. Door hun donkere haar en de speciaal voor hen ontworpen kostuums konden ze makkelijk voor Arabisch doorgaan. Zelfs toen ze in 1957 in de Indiase film Yahudi Ki Ladki (De dochter van de Jood) speelden, vertelden ze in een interview niet dat ze daadwerkelijk dochters van een Jood waren. In plaats daarvan benadrukten ze dat ze hun teksten helemaal in het Hindi hadden ingestudeerd.

De zussen hebben nooit ontkend dat ze Joods waren, maar ze slaagden er wonderwel in het te verbergen

De zussen ontvingen in de jaren vijftig steeds meer uitnodigingen om in het buitenland op te treden. Het meest geliefd waren ze in Singapore en India. Daarnaast maakten ze furore in China, Japan, de Filipijnen, Turkije, Thailand, Cambodja en Sri Lanka. In India doorstond een filmscène de plaatselijke censuur niet, wegens ‘onzedige bewegingen’, wat hen alleen maar populairder maakte.

Op hun omzwervingen door het Verre Oosten ontvingen ze bijzondere giften van hun bewonderaars. Volgens de zusters zelf kregen ze van een fan in Saigon vijf pythons en twee cobra’s, een tijger van een bewonderaar in Calcutta en een kitten uit Thailand. “We hebben de tijger en de slangen naar Caïro laten verschepen omdat andere hotelgasten begonnen te klagen,” zei Helena met gevoel voor drama.

Spionage
In 1948, toen de staat Israël gesticht werd, woonden er zo’n 42.000 Joden in Caïro. Met de opkomst van het Egyptisch nationalisme verloren veel van hen hun baan en kwamen er anti-Joodse rellen en arrestaties. Na de coup die in 1952 Gamal Abdel Nasser aan de macht bracht, vluchtten de meeste Egyptische Joden naar Israël. De Jamal Twins beleefden in deze jaren juist hun hoogtijdagen, en dat bleef niet onopgemerkt bij het nieuwe regime. De vele buitenlandse trips van het tweetal maakten hen verdacht bij de militaire autoriteiten, die mogelijk ook op de hoogte waren van hun Joodse afkomst. Eind 1957, midden in een succesvolle tournee door Azië, ontvingen de zussen in Bombay een telegram van hun vader in Caïro, terwijl hun moeder zoals gebruikelijk met hen meereisde. Hij waarschuwde hen niet terug te keren naar Egypte. De politie verdacht hen van spionageactiviteiten, er zou zelfs een arrestatiebevel voor hen klaarliggen.

De Jamal Twins op de cover van Mirror Magazine in 1958

De zussen besloten hierop direct naar Amerika te emigreren. Er was alleen één probleem: hoe kwamen ze zo snel aan een inreisvisum? Volgens een van de wilde verhalen over de ‘tweeling’ was diezelfde avond toevallig een afvaardiging van het Amerikaanse Congres aanwezig in de nachtclub in Bombay waar zij dansten. De diplomaten waren overweldigd door het optreden en de volgende ochtend waren de begeerde reisdocumenten geregeld.

Frisse wind
Aanvankelijk zetten de zussen hun zegetocht voort in de VS. Ze begonnen een tournee in Washington, waar vicepresident Richard Nixon in de zaal zat. “Hij zei dat hij van de show had genoten en voorspelde dat we triomfen zouden vieren in zijn land,” vertelde Berta aan een plaatselijke krant. Daarna reisden ze door naar Miami, Chicago en New York. De frisse wind die de danseressen uit het Oosten meebrachten sloot aan bij trends in de Amerikaanse entertainmentindustrie. De pers was vol lof over deze sister act. Naast hun danskwaliteiten, schreef een krant, spraken ze vijf talen: Engels, Frans, Duits, Italiaans en Arabisch. In werkelijkheid was hun Arabisch gebrekkig. Ze hadden het voornamelijk gebruikt als ze de bedienden in hun ouderlijk huis aanspraken. Wat ze wel vloeiend spraken was Jiddisch, maar dat hielden ze voor de media verborgen, ook in de VS.

De vele buitenlandse trips van het tweetal maakten hen verdacht bij het militaire regime

Kort na die eerste Amerikaanse tournee kwam hun carrière tot een abrupt einde, voordat hun grote droom, in een Hollywoodfilm spelen, zou uitkomen. Naar de reden daarvoor blijft het gissen. Mogelijk was het omdat variétéacts als de Jamal Twins werden overschaduwd door de opkomst van rock-‘n’-rollsterren als Elvis Presley en even later The Beatles. Daarnaast besloten beide zusters te trouwen met degelijke zakenmannen, die blijkbaar hun beroep in de ‘onzedige’ showbusiness niet op prijs stelden. In plaats van op te treden richtten ze zich nu op dansonderwijs.

Uitzicht op de piramides
Helena (oftewel Lyn, oftewel Lamia) overleed in New York in 1992. Haar zus Berta (Lys, Laila), die in Connecticut woonde, stierf in 2016. Geen van beiden had kinderen. Berta’s echtgenoot David Marks was een Auschwitzoverlevende die kort na de stichting van Israël alia had gemaakt. Enkele jaren later, nadat hij had gestreden in de Onafhankelijkheidsoorlog, verhuisde hij naar de Verenigde Staten en werd een succesvol meubelmaker. Volgens Shelly Abrahami, Marks’ dochter uit zijn eerste huwelijk, ‘leefde Berta de laatste jaren in het verleden.’ “Ze wilde alleen nog maar over vroeger praten.” Ze leed aan dementie, vertelde Abrahami in een recent interview in Haaretz. Toch liet ze geen gelegenheid om te dansen onbenut. “Zelfs in die toestand leefde ze op als ze ten dans werd gevraagd. Dan stond ze plotseling op en danste als een jong meisje.”

Berta vertelde vaak over haar jeugd in Alexandrië, de geur van de zee en het uitzicht op de piramides in Caïro. Tijdens een bezoek aan Israël sloeg ze een uitnodiging om ook Egypte te bezoeken echter af. “Ze had er goede herinneringen liggen, maar ze was bang geworden van Egypte. Ze vreesde dat ze na al die jaren alsnog gearresteerd zou worden,” herinnert Abrahami zich. Vorig jaar besloot Berta’s weduwnaar David Marks de koffer met daarin de fotoalbums, de souvenirs en de verhalen uit Berta’s gloriejaren aan de Nationale Bibliotheek in Jeruzalem te schenken. Curator Gil Weissblei: “Aangezien David Marks zelf de pieken en dalen van het Joodse volk in de twintigste eeuw heeft meegemaakt, vond hij dat het archief van zijn vrouw een plek verdient in ons rijkgeschakeerde mozaïek van verhalen van het Joodse volk.”

Dit artikel verscheen eerder in NIW 01, 5779.

Abonneer op het NIW

Abonneer nu!
Opmerkingen (0)
Plaats opmerking

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *