Paradiso gaat er prat op: de deuren van de poptempel gaan wagenwijd open voor antisemitische artiesten als Bob Vylan en Kneecap. Het popcentrum krijgt tot en met 2028 jaarlijks meer dan acht ton subsidie van de gemeente Amsterdam. Zou een telefoontje vanuit de Stopera kunnen helpen deze abjecte optredens tegen te houden? Het NIW peilt de meningen.
––––––––––––––––––––

Allon Kijl
‘Juridisch gezien handelt Femke Halsema verdedigbaar correct’
Allereerst had Paradiso deze treifenisten helemaal geen podium moeten bieden. Maar Paradiso boekt de chazzers wel en doet dat om te provoceren en/of uiting te geven aan de haat die het popcentrum koestert tegen de zionisten. Eh, Israël. Eh, de Joden.
Op Halsemaniveau ligt het ingewikkelder. Daar vindt een botsing plaats tussen het belang van vrijheid van meningsuiting en handhaving van de openbare orde. De burgemeester kan – kort gezegd – op grond van de wet optreden in dit soort situaties als zij aannemelijk kan maken dat er sprake is van een reële en ernstige bedreiging van de openbare orde. Daarvoor moet concreet bewijs bestaan van geweldsoproepen of serieuze veiligheidsrisico’s. Dat Bob Vylan kortgeleden dingen heeft geroepen, maakt nog niet dat zij concreet bewijs heeft van geweldsoproepen in de toekomst. U en ik weten dat dit wel zal gebeuren, alleen de burgemeester niet, zeg maar.
Juridisch gezien handelt Femke Halsema dus verdedigbaar correct door het optreden niet te verbieden, ook al zijn de uitingen van Bob Vylan politiek beladen en natuurlijk moreel verwerpelijk. Burgemeesters mogen alleen geen inhoudelijke censuur plegen; dat is voorbehouden aan de rechter.
Is mevrouw de burgemeester dan koosjer? Nee, dat zeker niet. Zij heeft al vaker laten blijken haar ‘andere electoraat’ liever te willen pleasen ten koste van de Joodse gemeenschap. Zo ook in dit geval. Als je als burgemeester ongevraagd de komst van Bob Vylan in de media loopt te verdedigen, dan ben je in mijn ogen fout.
Allon Kijl is media- en entertainmentadvocaat bij ABC Legal
––––––––––––––––––––

Nathan Bouscher
‘De selectieve inbreng van de burgemeester is wrang’
Burgemeesters kunnen geen optredens tegenhouden, tenzij er een risico is voor de openbare orde en veiligheid. Wel werpt burgemeester Halsema zich in deze zaak op als voorvechter van de vrijheid van meningsuiting voor Bob Vylan, terwijl ze dat niet deed toen de Israëlische komiek Yohay Sponder daadwerkelijk gecanceld werd na ernstige bedreigingen. Sponder maakt grappen, Bob Vylan roept op tot de dood aan elke Israelische soldaat. Dat maakt de selectieve inbreng van de burgemeester wrang, temeer omdat ze weloverwogen voorbijgaat aan de herhaalde haatzaaiende leuzen van het Britse duo en daarmee aan de zorgen van de Joodse, Israëlische en bredere gemeenschap.
Bovendien betaalt de belastingbetaler via het Amsterdams Fonds voor de Kunst het muziekcentrum, dat zich laat voorstaan op gemeenschapszin en verbinding. In de toekenning van de subsidie waardeert het Fonds dat ‘Paradiso erin slaagt avonden te programmeren waar bijvoorbeeld de queergemeenschap zich niet alleen veilig voelt, maar ook daadwerkelijk -muzikaal aangesproken wordt’. Zoals in de huidige maatschappij steeds vaker geldt, is -inclusiviteit voorbehouden aan alle minderheden behalve Joden.
Wie het optreden wel kan tegenhouden, alsmede dat van de terreurverheerlijkende Ierse band Kneecap, is de minister van Justitie en Veiligheid. De opruiende leuzen kunnen aanleiding geven de bands de toegang tot Nederland te weigeren. CIDI heeft de minister hiertoe opgeroepen. Buiten dit alles heeft Paradiso, alle ophef en annuleringen wereldwijd ten spijt, besloten Bob Vylan nu zelfs als hoofdact te programmeren. Aan ons allen om de organisatoren op hun bewuste keuze aan te spreken.
Nathan Bouscher is beleidsmedewerker van het CIDI
––––––––––––––––––––

Pascal Carlier
‘Dit is het moment om de regels te gebruiken waarvoor ze bedoeld zijn’
Niemand vraagt lichtvaardig om bestuurlijke censuur, maar als een artiest openlijk oproept tot geweld tegen een bevolkingsgroep mag je verwachten dat een burgemeester zich afvraagt: is dit nog verantwoord? Bob Vylan riep: “Death to every single IDF soldier out there!” In Israël betekent dat een doodswens voor álle jonge burgers – Joden, druzen, Arabieren – die op hun achttiende het volksleger dienen. Dat is geen kritiek, maar regelrechte ontmenselijking. En straks wellicht gebruld vanaf een Amsterdams podium, gesubsidieerd met publiek geld.
Je zou hopen dat Paradiso zelf morele grenzen stelt. Maar wie na duizenden klachten, een petitie met meer dan vijfduizend ondertekenaars, internationale ophef en afzeggingen op andere podia alsnog besluit dit duo als hoofdact te boeken, kiest bewust voor provocatie. Zo wordt een podium voor cultuur een uithangbord van haat en terreurverheerlijking.
Als Paradiso de concerten van Bob Vylan en Kneecap laat doorgaan, zal die smet nog heel lang herinnerd worden. De verantwoordelijkheid ligt bij het stadsbestuur. Artikel 174 van de Gemeentewet biedt de ruimte om in te grijpen bij dreigende ordeverstoring. Dat gebeurde eerder bij extremistische predikers of haat tegen moslims. Waarom zou het hier anders zijn? De burgemeester hoeft geen verbieder te zijn, maar wél een beschermer. Nu is het tijd verantwoordelijkheid te nemen. Dit is het moment de regels en wetten te gebruiken waarvoor ze bedoeld zijn: om burgers te beschermen – in dit geval vooral Amsterdammers met een Joodse of Israëlische achtergrond – tegen onveiligheid, uitsluiting en haat.
Pascal Carlier is initiatiefnemer van de petitie ‘Geen podium voor haat’, die groepen als Kneecap en Bob Vylan van gesubsidieerde Nederlandse podia wil weren
––––––––––––––––––––

Channa-Claire Judell
‘Stel je voor dat iemand ‘Bombardeer Gaza plat’ zou roepen’
Halsema zegt het ‘onacceptabel’ te vinden als een muziekcentrum wordt geïntimideerd vanwege het programmeren van bepaalde artiesten. Dat sloeg op het spandoek dat bij Paradiso was opgehangen: als Bob Vylan zou optreden, ‘Amsterdam would fight’ stond erop. In hetzelfde bericht neemt Halsema het nota bene op voor de artistieke vrijheid van de Britse band. Maar waar was Halsema tijdens de rel rond het optreden van Yohay Sponder? Ze heeft toen alleen benadrukt dat veiligheid geen argument mocht zijn en dat alle maatregelen getroffen zouden worden. Ze nam het niet op voor de artistieke vrijheid van Sponder en sprak zich niet uit tegen de bedreigingen, zoals nu.
Gevoelsmatig zeggen wij natuurlijk meteen dat je zo’n band niet op een podium moet willen, maar een optreden verbieden is in Nederland juridisch niet eenvoudig. Toch zijn de twee maten waarmee gemeten wordt, wel erg wrang. Als Joodse organisaties een onschuldig feestje willen organiseren, zijn er bijna geen locaties te vinden. Wie ons welkom heet, wordt gecanceld of bedreigd. We moeten locaties tot op het laatst geheimhouden en zijn aan allerlei veiligheidsrestricties gebonden. Maar Bob Vylan kan openbaar worden aangekondigd, het duo wordt met open armen ontvangen. Paradiso heeft het optreden zelfs gepromoveerd tot hoofdprogramma. Gemeenschapsgeld wordt dus gebruikt voor artiesten die oproepen tot geweld en haat aanmoedigt tegen een bepaald gedeelte van de bevolking. Dat is wat steekt. Ik ben benieuwd of Paradiso een pittige Israëlische band podium zou bieden. Stel je voor dat iemand ‘Dood aan Hamas’ of ‘Bombardeer Gaza plat’ vanaf het podium zou schreeuwen. De wereld zou te klein zijn.
Channa-Claire Judell is juriste en medeorganisator ‘We will dance again’