Wie zijn er voor jou?

theodor holman
Theodor Holman

De geleerde opvoeder van onze kinderen, universitair docent aan de Radboud Universiteit Harry G. Pettit, schreef laatst op X nadat ons kabinet was gevallen: “Fascistische Nederlandse parlementsleden hebben gisteravond besloten om de Holocaust in Gaza te blijven steunen en letterlijk geen enkele actie te ondernemen tegen de genocidale zionistische staat. Ik ben blij dat deze demonen zich tenminste nergens kunnen verstoppen wanneer het moment van verantwoording komt. En dat moment komt snel.”

Daarna schreef hij: “Hamas (en andere groeperingen) zijn de enige die schade toebrengen aan de genocidale entiteit en voorkomen dat deze Gaza gemakkelijk kan overnemen. Ze moeten ondubbelzinnig worden gesteund, zowel met woorden als met wapens.” Is er iemand die het NIW leest en dit geen antisemitisme vindt?

Wat is het wonderlijke aan deze berichten? Dat zijn een paar zaken. Ten eerste baren zij geen opzien meer. Geen grote stukken in de krant, niks op Radio 1 (integendeel) of op de televisie (integendeel). Terwijl Harry toch vele duizenden mensen bereikt, vooral studenten. Bovendien is antisemitisme kennelijk een aanvaardbaar ‘isme’ geworden, een ideaal waarachter steeds meer mensen zich scharen.

Vocabulaire

En ten derde illustreren Harry’s opmerkingen een merkwaardig fenomeen waardoor die grove beschuldigingen aanvaardbaar worden: gebruik het vocabulaire van je tegenstander en beschuldig ze van de misdaden die je zelf pleegt. Socialisten waren tegen de nazi’s, en dus noemden nazi’s zich nationaalsocialisten. Zogenaamd opgeschoten jongeren werden door criminoloog Wouter Buikhuisen ‘provo’s’ genoemd en dus werd provo een eretitel voor jongeren die de maatschappij wilden veranderen. Vieze kunstenaars kregen het etiket bohemien opgeplakt, naar zigeuners die uit Bohemen zouden komen, en thans is dat de aanduiding voor een vrijgevochten kunstenaar.

Antisemitisme is kennelijk aanvaardbaar geworden, een ideaal waarachter steeds meer mensen zich scharen

Oké, Israël is dus verantwoordelijk voor de ‘Holocaust’ in Gaza en wordt geholpen door de ‘fascistische Nederlandse staat’ onder leiding van de ‘fascist’ Dick Schoof. Het doet, zoals we weten, ook Joden pijn. Maar wie doet het nog meer pijn? Zijn er, behalve een handjevol niet-Joden – en echt, meer zijn het er niet – intellectuelen die hier woedend om worden? Arend Jan Boekestijn is het met Pettit eens, al zou hij het anders formuleren, Rob de Wijk idem dito, en Sander Schimmelpenninck ziet geloof ik Wierd Duk van De Telegraaf als de verpersoonlijking van Seyss Inquart met een bloksnor. En dan noem ik niet eens de ministers, de Kamerleden en de ambtenaren.

Gefluister

Daar sta je dan als Jood. Wie zijn er voor jou?

Al heb je een hekel aan de politiek van Netanyahu, het is toch alsof iedereen het je kwalijk neemt dat je Jood bent. Want het is nogal wat, als zelfs het achtuurjournaal spreekt van genocide. Dat gevoel dat je extra bekeken wordt, het boze gefluister van de maatschappij dat je ouders van vroeger kenden en de harde woorden waarin je zaken worden kwalijk genomen die je misschien ook wel erg vindt, maar waaraan je part noch deel hebt.

Wie zijn er voor jou? Ik vrees het antwoord.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Meer Gerelateerde Berichten

Column

Wie zijn er voor jou?