Mijn computer geeft aan in de balk onderaan het scherm: -11 °C en lichte sneeuw. U begrijpt dus dat ik waarschijnlijk niet in ons natte kikkerlandje ben. Klopt! Vandaag vliegen we terug naar Nederland na een kleine Montrealweek. bar mitswa van de oudste zoon van onze jongste dochter.
Maar ja, afstanden bestaan niet echt meer, want de whatsappen en videoboodschappen vliegen letterlijk de hele wereld over. En dus kon ik, ondanks afwezigheid, gewoon mijn werk doen, mee vergaderen en e-mails die zich van afstanden niets aantrekken, gewoon beantwoorden. De twee whatsapps uit Nieuw-Zeeland getuigen hier wel van. Overigens interessant dat Nederlanders die zo ontzettend ver weg wonen, toch trouw mijn dagboek blijven volgen. Geeft me wel een goed gevoel (en dat kan ik af en toe erg goed gebruiken!). Maar ondanks de 24/6 bereikbaarheid hebben we toch ook een stukje vakantie genomen en genoten, zoals donderdag met de kleinkinderen naar Mount Royal, een soort Amsterdamse Bos maar dan met bergen, heuvels, sneeuw en een paar sleeën.
Maar naast de mooie momenten waren twee van mijn goede vrienden en supporters redelijk teleurgesteld in mijn anti-Van Agtcolumn. Een van hen gaf mij aan dat als iemand anti-Israël is dat niet per definitie betekent dat hij antisemiet is. Klopt helemaal! Alleen het lastige is dat voor de overgrote meerderheid der Nederlanders Israël en Joden in elkaars verlengde liggen. Antisemitisme = antizionisme. En als dat niet zo zou zijn: waarom word ik dan na 7 oktober veel vaker nagescholden met “From the river to the sea …” ? Het lijkt me geen toeval. Maar toch ben ik me gaan verdiepen in Van Agt, omdat intelligente trouwe vrienden mijn mening als zou hij een notoire antisemiet zijn, keihard naar het land der fabelen verwijzen.
Het lastige is dat voor de overgrote meerderheid der Nederlanders Israël en Joden in elkaars verlengde liggen
Bij de kroning van koning Willem-Alexander zat ik in dezelfde groep genodigden als Dries van Agt. Van Agt kwam naar mij toe, nam mijn hand en zei: “Beste opperrabbijn, ik ben geen antisemiet.” Het feit dat hij dat zegt, kan duiden op het tegendeel. Maar het kan ook een hartenkreet zijn van iemand die zich meent te moeten verdedigen tegen onterechte veroordeling. Zijn inzet bijvoorbeeld voor de vrijlating van de Drie van Breda vond ik meer dan walgelijk. Maar maakt hem dat een notoire antisemiet?
Ik herinner mij een orthodox-Joodse functionaris die regelmatig gevoelloze opmerkingen plaatste met diep gekwetste gemeenteleden als resultaat. Words can be killing! Het juiste woord op het juiste moment is daarentegen meer waard dan de inname in één keer van een weekdosering kalmeringstabletten. Deze functionaris had een blinde vlek voor gevoelens. Hij was dus niet echt schuldig, maar sukkelig. Gelukkig was hij geen echte rabbijn, anders had hij nog meer schade aangericht, want als een (opper)rabbijn de fout ingaat …
Van Agt, een briljante jurist en kamergeleerde, heeft heel wat schade aangericht, speciaal met de Drie van Breda. Maar toch is de Drie van Breda geen zwart-witverhaal. Willy Lages, een van de Vier van Breda, was al door zijn voorganger, de Joodse minister Samkalden, naar huis gestuurd en Van Agts andere Joodse voorganger, Karel Polak, had ook al bekendgemaakt voornemens te zijn op enig moment de overige drie als ongewenste vreemdelingen over de grens te willen zetten. Dit alles volgens het rechtsfilosofische principe dat een straf dient te worden beëindigd als hij geen redelijk doel meer dient.
Van Agt richtte met zijn Drie van Breda pijnlijke emotionele schade aan binnen de Joodse gemeenschap en in kringen van het voormalig verzet. Maar beschadigde hij doelbewust of was dit het gevolg van zijn gebrek aan gevoel voor gevoelens, gelijk die Joods orthodoxe functionaris? Joodse intimi van Dries van Agt (h)erkennen zijn blinde vlek, maar ze geven aan dat ze honderd procent geloven dat hij geen antisemiet was! En dus weet ik het ook niet meer.
Van Agt richtte met zijn actie voor de Drie van Breda pijnlijke emotionele schade aan binnen de Joodse gemeenschap
Wat ik wel weet, is dat mijn fysieke afwezigheid in Nederland ertoe heeft geleid dat ik bij de lewaje van Leo Berg, een van de belangrijke leden van de Joodse Gemeente Twente, niet aanwezig kon zijn. Ja, Blouma en ik gaan bijna direct na aankomst, maandag rond het middaguur, naar Enschede waar een sjivve-bijeenkomst in de sjoel zal zijn. En toch voel ik me schuldig. Ik had er voor mijn gevoel fysiek toch moeten zijn.
Mijn schuldgevoel werd gecompenseerd door de opa van Ofir Engel, de Israëlische jongen die 18 was geworden tijdens zijn gevangenschap in Gaza. Ik mocht een schakeltje zijn in het verkrijgen van de Nederlandse nationaliteit zodat hij vanwege zijn NL-paspoort vrij zou kunnen komen. Dat lukte en uiteindelijk kon zijn Nederlandse opa hem geëmotioneerd in de armen sluiten. Via video-whatsapp bedankte opa mij voor mijn (piepkleine) bijdrage aan de bevrijding van zijn kleinzoon. Opa behoorde namelijk tot de groep Israëliërs die woensdag aanwezig was in Den Haag bij het Vredespaleis om Hamasleiders veroordeeld te krijgen. Of dat zal lukken, betwijfel ik.
De bar mitswa was geweldig: wat een feest en wat zijn we trots op Sloimele. Hij hield een toespraak, heeft de hele sidra in sjoel gelajend en een lange, moeilijke filosofische verhandeling helemaal uit zijn hoofd foutloos voorgedragen. Sloimele is vernoemd naar mijn vader, zijn overgrootvader, hetgeen een extra bijzonder gevoel gaf.
Blouma heeft al gepakt, mijn schoonzoon gaat zijn auto halen en dan rijden we richting het vliegveld. Einde vakantie!