Zelfs de Russen en de Chinezen waren verbaasd over de Iraanse opstelling bij de hervatting van – indirecte – onderhandelingen met de VS over het nucleaire programma van de Islamitische Republiek. Alle voorzichtige toezeggingen die Teheran had gedaan om met name de Amerikanen weer naar de gesprekstafel te lokken, werden na de zevende onderhandelingsronde, vorige week in Wenen, in één keer van tafel geveegd door de Iraanse delegatie. Teheran heeft verklaard dat het onder geen enkele voorwaarde akkoord zal gaan met een interim-akkoord of met een stapsgewijze toenadering. Economische sancties tegen het land moeten helemaal van tafel of onderhandelingen over het beëindigen van het Iraanse kernwapenprogramma zijn zinloos.
Met deze alles-of-nietstactiek speelt Teheran hoog spel, maar het lijkt alle troeven in hand te hebben. Aan de ene kant zien de haviken in het Iraanse regime het spaak lopen van onderhandelingen als tijdwinst om nog dichter bij het fabriceren van een atoombom te raken. Experts schatten dat de Islamitische Republiek na het versneld verrijken van uranium in de afgelopen drie jaar daar nog slechts enkele maanden van verwijderd is, al zal het nog wel een jaar of twee duren voordat een kernraket Israël kan bereiken. Hoe dichter bij dit einddoel, hoe groter de kans op concessies van het Westen, lijkt de denkwijze in Teheran. En als er helemaal geen akkoord komt, staat niets Iran in de weg de langgekoesterde wens van nucleair wapenbezit te realiseren.
Het Westen lijkt immers geen alternatief te hebben. Europa heeft de politieke wil noch de militaire middelen de Iraanse nucleaire ambities te beteugelen. Die laatste heeft de Verenigde Staten natuurlijk wel, maar niemand – zeker niet in Israël – kan zich de illusie veroorloven dat de Amerikanen wel even een militaire aanval op de Iraanse nucleaire installaties zullen uitvoeren. De reden: het risico van een geopolitiek quid pro quo. Als president Biden Iran aanvalt, wat zal dan Vladimir Poetin ervan weerhouden Oekraïne binnen te vallen? En op dit moment misschien nog belangrijker: waarom zou de Communistische Partij in China zich dan laten tegenhouden bij het inlijven van het democratische Taiwan? Welk moreel recht heeft Biden tegen deze twee mogelijkheden op te treden, als hij zelf eenzijdig een land aanvalt?
Naïef
Zijn er andere opties voor het Westen? Niet echt. De ayatollahs hebben de afgelopen jaren getoond zich niets van economische sancties aan te trekken. Ja, de Iraanse bevolking lijdt, maar dat is aan vaardbaar voor het regime in Teheran. Als de ontwikkelingen in de Islamitische Republiek sinds de revolutie in 1979 iets hebben geleerd, is het dat de theocratische dictatuur er geen enkel probleem mee heeft elke uiting van ontevredenheid onder de eigen bevolking met grof geweld de kop in te drukken. Dat gebeurde bijvoorbeeld vorige week nog bij protesten tegen waterschaarste in de stad Isfahan. Wie erop hoopt dat het regime van de ayatollahs van binnenuit ten val zal worden gebracht, is even naïef als wie erop hoopt dat de Amerikanen wel even met een bliksemactie het Iraanse kernwapenprogramma de nek om zullen draaien.
Israël kan niets anders doen dan in opperste frustratie toekijken naar hoe het powerplay van de Iraniërs in Wenen zich ontvouwt. De secondewijzer op de atoomklok tikt voor geen enkel land zo snel weg als voor de Joodse staat. Een Iraans kernwapen zou niet alleen een directe bedreiging voor het voortbestaan van Israël en zijn bevolking betekenen. Teheran zal zich – ondanks zijn genocidale retoriek tegenover de Joodse staat – echt wel ettelijke malen achter de oren krabben voor het zelfs maar durft te overwegen zo’n wapen in te zetten tegen kernmacht Israël. De Iraniërs zijn soms onvoorspelbaar, maar zij zijn allesbehalve suïcidaal.
Voordat Israël zijn eigen opties tegen de Islamitische Republiek overweegt, moet het zich kritisch durven afvragen hoe het zover heeft kunnen komen. In de Joodse staat begint het besef te groeien dat de crisis voorkomen had kunnen worden. De in 2015 gesloten overeenkomst tussen het Westen (plus de twee wereldmachten die traditioneel wat Iranvriendelijker zijn: Rusland en China) en Teheran was misschien niet perfect, maar werkte wel. Zeg wat je wilt over president Obama’s buitenlandse politiek, grosso modo leek Iran zich te houden aan de deal die bepaalde dat sancties werden afgebouwd in ruil voor het stilleggen van het kernwapenprogramma. Totdat Donald Trump, aangemoedigd door premier Benjamin Netanyahu, in 2018 de overeenkomst verscheurde.
Kolossale blunder
De vraag is waarom Trump dat deed en een nog belangrijkere is waarom Netanyahu hem daarin steunde. Bij die tweede vraag zijn de recente uitspraken van Danny Citrinowicz van groot belang. Hij was het hoofd van de met Iran belaste onderzoeksafdeling van de Israëlische Militaire Inlichtingendienst, en dé expert als het om Iran ging. Citrinowicz waarschuwde zijn superieuren en de regering-Netanyahu al in 2013 voor een ‘kolossale’ blunder als zij de confrontatie met Iran op zouden zoeken, terwijl het regime juist voorzichtige openingen naar het Westen zocht. Netanyahu trok zich er niets van aan en ageerde van het begin af aan fel tegen de nucleaire overeenkomst die de regering-Obama had ontworpen. Volgens Citrinowicz had Netanyahu geen plan B in gedachten als Trump daadwerkelijk het nucleaire akkoord zou opzeggen, anders dan de hoop op een Amerikaanse militaire aanval op Iran.
Daarna liep alles mis. Trump, geobsedeerd door het afschaffen van zoveel mogelijk Obamabeleid, veegde de overeenkomst van tafel en gaf daarmee de Iraanse hardliners het perfecte excuus de gematigden opzij te schuiven en – versneld – het kernwapenprogramma weer op te pakken. Natuurlijk bleek Trump niet bereid zijn land in een nieuw militair avontuur in het Midden-Oosten te storten. Netanyahu stond met lege handen, zeker na Trumps verkiezingsnederlaag in november 2020. Het gevolg: Iran is dichter bij nucleaire wapens dan ooit. De moraal van het verhaal: ego, hoop op een goede uitkomst en een harde lijn zonder stok achter de deur zijn geen alternatieven voor intelligente diplomatie. Een levensles waarvoor Israël weleens een dure prijs zal moeten betalen.
Zelfs al zal Iran een kernwapen niet (snel) gebruiken, alleen al het bezit daarvan zal de machtsverhoudingen in het Midden-Oosten volledig door elkaar gooien. Wie denkt dat Teheran nu een destabiliserende factor in het gebied is met zijn militaire bemoeienis in Irak, Jemen, Libanon en de Palestijnse Autoriteit, moet zich hetzelfde bewind eens voorstellen met de zekerheid van nucleaire afschrikking achter de hand. Kernwapens als het geopolitieke equivalent van anabole steroïden in de sport. Wie houdt Iran dan nog tegen? Misschien de Saoedi’s, maar alleen als die ook een nucleair arsenaal verkrijgen – iets waar het niet minder fanatieke en repressieve regime in Riaad in zo’n scenario zeker naar zal streven. Niet echt een geruststellende gedachte.

Wensdenken
Wat voor opties heeft Israël nog? Weinig, want het is maar helemaal de vraag of er in Washington nog wel geluisterd wordt naar de kleine bondgenoot. Dat blijkt bijvoorbeeld al uit het feit dat het Witte Huis vorige week aan de New York Times lekte dat het de Israëlische sabotagepogingen van het Iraanse kernwapenprogramma als ‘contraproductief’ beschouwt. De boodschap: pas op de plaats, Israël, het is tijd voor diplomatie. Iran weet dit, weet dat de Amerikanen geen oorlog willen en dat Israël alleen simpelweg niet de militaire capaciteiten heeft zijn nucleaire programma te vernietigen.
Want ook de gedachte dat de IDF dit klusje wel even klaart, zoals in Irak in 1981 en in Syrië in 2007, is een voorbeeld van levensgevaarlijk wensdenken. De Israëli’s hebben noch de soort bommen die de ondergrondse Iraanse nucleaire installaties kunnen penetreren, noch de vliegtuigen die deze naar hun doelen te brengen. Als de Amerikanen al bereid zouden zijn die aan Israël te leveren, zullen daar strikte voorwaarden aan verbonden worden – een vetorecht over operaties vanuit Washington bijvoorbeeld. En zelfs dan is de uitkomst van zo’n solo-operatie uiterst onzeker, evenals de nasleep. Het lijkt een zekerheid dat Hezbollah zijn rakettenarsenaal tegen de Joodse staat zal inzetten als de Iraanse broodheren van de Libanees-sjiitische terreurorganisatie doelwit van een Israëlische aanval worden.
Capitulatie?
Momenteel doet nog een ander scenario de ronde: Israël zou proberen de regering-Biden ervan te overtuigen een beperkte militaire actie uit te voeren tegen een Iraanse bondgenoot buiten het grondgebied van de Islamitische Republiek. Jemen lijkt de meest voor de hand liggende optie voor zo’n ‘laatste waarschuwing’. Maar ook dan geldt: wat als Teheran niet met de ogen knippert? Is Biden dan bereid b te zeggen en alsnog all-in te gaan tegen de ayatollahs? Het lijkt zeer onwaarschijnlijk.
Zo lijkt Iran alle troeven in handen te hebben en is er uiteindelijk misschien slechts één mogelijke manier om de Islamitische Republiek van een nucleair arsenaal af te houden: totale capitulatie. Waarbij alle sancties tegen het regime in Teheran worden afgeschaft en er misschien nog wel meer concessies gedaan moeten worden – een vrije hand voor Iran in bepaalde buurlanden bijvoorbeeld – in ruil voor het stopzetten van het kernwapenprogramma.
Het zou een enorme overwinning betekenen voor de ayatollahs en een catastrofaal gezichtsverlies voor Washington en vooral Jeruzalem. Niet bepaald een uitkomst waar je vrolijk van wordt, maar zijn er andere opties om een nucleair bewapend Iran te voorkomen? Er is immers geen prijs te hoog om de veiligheid van de Israëlische bevolking en het voortbestaan van de Joodse staat te garanderen.