Met de koning in de Snoge

PIG Snoge 350 jaar

Donderdag hebben we acht uur gevaren, van Harwich naar Hoek van Holland. Vanwege de bar mitswa van onze kleinzoon waren we in Londen. Een geweldig feest en ook fantastisch om even weg te zijn. Maar ja, wat betekent vandaag de dag ‘even weg’ als de e-mails en whatsapps gewoon doorgaan en maar weinigen weten dat je ‘even weg’ bent? Omdat het op de boot nogal rustig was, had de ober in de lounge weinig te doen en dus benaderde hij mij voor een praatje. Hij is veertig jaar, heeft twee dochtertjes, een van zeven en een van negen jaar. Als hij op zee zit zorgt zijn echtgenote voor de kinderen. So far so good. Niets bijzonders. Maar: de beste man komt uit de Filipijnen, werkt zes maanden achter elkaar, heeft dan twee maanden vrij om met zijn vrouw en kinderen te kunnen zijn, en dan weer zes maanden op zee. Af en toe, gedurende die zes maanden, gaat hij voor een paar uurtjes aan land. Zijn loon is ver onder de Europese maat, maar voor hem is het in verhouding tot de Filipijnen een hoge salariëring. Al bijna twaalf jaar is hij zo in dienst. Hij is tevreden met zijn baan, maar wellicht waren in de tijden van de slavernij er ook slaven die dankbaar hun lot aanvaardden. Het ver-weg-slavenverleden kwam voor mij met die ontmoeting erg dichtbij. Wat zijn wij Nederlanders dan rijk!

Ver weg was het ook vandaag, zondag. En ik bedoel dan met ver weg het aantal gespendeerde uren en het aantal afgelegde kilometers. Eerst van mijn huis naar de 350-jarige Snoge in Amsterdam, daarna van het Mr. Visserplein naar de sjoel van Maastricht en vervolgens weer terug naar huis. Antal gespendeerde uren: elf uur en dertig minuten.  Aantal afgelegde kilometers: 428. Omdat ik werd gereden, waren de uren en kilometers niet verkwist, maar welbesteed.

Overigens voelden we ons bevoorrecht dat we uitgenodigd waren om de bijzondere bijeenkomst in de jarige Snoge, in aanwezigheid van Zijne Majesteit de Koning, bij te wonen. Zo geweldig goed georganiseerd, een fantastisch programma, op elkaar afgestemde inhoudsvolle toespraken, prachtige en toepasselijke muziek, in één woord: fantastisch! Voeg daar nog aan toe de buitengewoon vriendelijke wijze waarop we werden verwelkomd door een vertegenwoordiging van het bestuur, het historische verhaal van hoogleraar Bart Wallet en de catering na afloop … en zo werd het voor ons een onvergetelijk historisch festijn.

En toen, na afloop van het Mr. Visserplein, op naar de sjoel van Maastricht. Mijn vriend en leermeester Benoit Wesly had enige weken geleden de leeftijd der sterken bereikt, tachtig jaar, en daarom werd hem door de Joodse Gemeente Limburg, door zijn collega Roger van Oordt (honorair consul van Israël) en door zijn vriend (ik dus) een receptie aangeboden. Rabbijn Awremmi Cohen benadrukte in zijn toespraak dat Mozes zijn carrière als leider van het Joodse volk op zijn tachtigste begonnen was. Met andere woorden: Benoit Wesly, deze receptie is absoluut geen eind, maar een begin. Moge de Allerhoogste je nog vele goede, gezonde en productieve jaren schenken met allen die je dierbaar zijn. Omdat ik in Maastricht was, heb ik van de gelegenheid gebruikgemaakt voor een kort rabbinaal overleg over een tweetal hekelige kwesties die weliswaar ook per videoverbinding afgehandeld hadden kunnen worden, maar een lijfelijke aanwezigheid praat toch makkelijker. 

In mijn toespraakje prees ik Benoit voor zijn sjofar-opstelling. Maimonides legt uit dat het sjofarblazen op Rosj Hasjana geen rationele reden heeft. We blazen omdat de Tora dat gebiedt. En vervolgens geeft diezelfde Maimonides wel een reden: word wakker, kom tot inkeer. Anders uitgedrukt: aanvaard, maar leun niet achterover. En dat is Benoit Wesly uit-en-te-na. Nemen zoals het is, maar nooit berusten. En dus heeft hij na de oorlog de Joodse Gemeente die niet meer was, desondanks nieuw leven ingeblazen. Hierna een brief van Flory Neter aan Wesley:

“Beste Benoit,

Namens het VBV (Verbond Belangenbehartiging Vervolgingsslachtoffers) de stichting die dus de belangen behartigt van holocaust overlevenden, wil ik je complimenteren voor al het werk dat je jarenlang en onvermoeibaar hebt verricht voor ons allen, voor onze Nederlandse Joodse gemeenschap en voor Israël.  

Van opperrabbijn Jacobs had ik al jaren geleden gehoord dat in het hartje van jouw Maastricht voor de deur van jouw kantoor de Israëlische vlag trots en fier wappert. Daar was en is moed voor nodig, niet alleen sinds de moordpartij van 7 oktober 2023. Al veel eerder steeg het aantal antisemitische incidenten in Nederland schrikbarend, zoals je zelf schreef, dat uit onderzoek was gebleken dat zelfs in jouw Limburg het antisemitisme een terugkerend fenomeen is. Maar desondanks heb jij je Joodse identiteit en je liefde voor Israël nooit onder stoelen of banken willen steken.

De laatste tijd staan onze media bol over Israël en wordt Israël van alles en nog wat verweten, waaronder een systematisch gebrek aan menselijke en dus aan Joodse waarden. Door de Israëlische vlag tros te laten wapperen, geef je een signaal af dat Israël zo intens nodig heeft. Blijf doen wat je altijd deed, blijf jezelf en blijf gezond. Tot 120.” 

Mij was verzocht om bovenstaand epistel van Neter als onderdeel van mijn toespraak voor te lezen. En aldus geschiedde.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Meer Gerelateerde Berichten

Dagboek

Met de koning in de Snoge