Na de langste formatie in de Nederlandse geschiedenis ligt er eindelijk een regeerakkoord. Het NIW analyseert de voor de Joodse gemeenschap relevante passages en dan zijn er natuurlijk ook nog ‘de poppetjes’.
“In het Midden-Oosten draagt Nederland bij aan vrede en veiligheid. Nederland benut de goede betrekkingen met Israël en de Palestijnse Autoriteit voor het behoud en de verwezenlijking van de tweestatenoplossing: een onafhankelijke, democratische en levensvatbare Palestijnse staat naast een veilig en internationaal erkend Israël. Nederland zet zich tevens in voor verbetering van de onderlinge relaties tussen Israëliers en Palestijnen.”
Dit is de passage die in het regeerakkoord staat over wat Frans Timmermans ooit het ‘meest binnenlandse buitenland’ noemde. Al tijdens de allereerste coalitiebesprekingen bleek dat het Israëlisch-Arabisch conflict een belangrijk onderwerp bij de (in)formatie zou worden. D66, vertegenwoordigd door Alexander Pechtold en Sjoerd Sjoerdsma (een voormalig, in Ramallah gestationeerd diplomaat en nu buitenlandwoordvoerder van de partij) legde meteen keiharde eisen op tafel richting CU-onderhandelaar Gert-Jan Segers. Terwijl er allerlei hete hangijzers waren die voor de gemiddelde Nederlander toch veel urgenter lijken, beschouwde D66 de toekomstige Nederlandse opstelling in het conflict als één van de belangrijkste prioriteiten. Bronnen in Den Haag meldden het NIW dat Segers na dit eerste gesprek ‘wit om zijn neus’ de besprekingen verliet. Ook NRC-commentator Tom Jan Meeus sprak bij een optreden in De wereld draait door zijn verbazing uit over de lange tijd die het had gekost om de partijen tot bovenstaande passage te laten komen.
D66 legde meteen keiharde eisen op tafel richting CU-onderhandelaar Gert-Jan Segers
Hoewel op het eerste gezicht niet veel bijzonders in deze alinea lijkt te staan, is het toch de moeite waard deze onder de loep te nemen. En dan gaat het vooral om de woorden: ‘een onafhankelijke, democratische en levensvatbare Palestijnse staat naast een veilig en internationaal erkend Israël’. Want iedere kenner van het conflict weet dat de Palestijnen op dit moment worden geregeerd door de dictatoriale Palestijnse Autoriteit en dat er zowel in Gaza als op de Westbank in geen jaren verkiezingen zijn gehouden. Als er al sprake zou zijn van een toekomstige staat, dan kunnen we gevoeglijk aannemen dat die zeker niet democratisch zal zijn, het recente ‘verzoeningsakkoord’ dat Fatah en Hamas in Caïro tekenden ten spijt.
Overigens moet daarbij worden aangemerkt dat die partijen elkaar na die ondertekening alweer in de haren zijn gevlogen. Daarnaast kunnen grote vraagtekens worden gezet bij het woord ‘levensvatbaar’ omdat vriend en vijand het erover eens is dat de Palestijnse economie alleen overeind wordt gehouden door miljarden subsidie die vanuit Westerse en Arabische landen op de rekening van de Palestijnse Autoriteit worden gestort.
Verre droom
Een Palestijnse staat moet volgens het akkoord naast Israël komen te liggen, en niet erin. De lezer mag verwachten dat daarbij een grens wordt bedoeld die zo ongeveer gelijk moet liggen aan de bekende ‘groene lijn’ van het bestand van 1967, maar dat staat er niet expliciet. Ook wordt met geen woord gerept over het nederzettingenbeleid dat toch wordt gezien als obstakel voor een toekomstige grens langs die lijn. Kortom, de kundige lezer weet dat de werkelijkheid ‘op de grond’ leert dat de uitgesproken wens in het akkoord een verre, onrealistische droom is. Datzelfde geldt voor de zinsnede: ‘een veilig en internationaal erkend’ Israël. Hamas erkent het bestaansrecht van Israël nog steeds niet en hoewel er sprake is van een ‘lente’ in de houding van soennitische Arabische landen ten opzichte van de Joodse staat is er beslist nog geen sprake van ‘erkenning’. En dan hebben we het nog niet over de dreigementen uit Iran, waar een Nederlandse Kamerdelegatie binnenkort op bezoek gaat.
Kortom, de passage is een papieren tijger, woorden ‘voor de bühne’. Dit moet pijn doen bij D66, bij Sjoerd Sjoerdsma in het bijzonder. De partij stemde tijdens de vorige kabinetsperiode onder aanvoering van de buitenlandwoordvoerder meer dan eens vóór het onmiddellijk erkennen van een Palestijnse staat en ook was D66 voorstander van het opschorten van het associatieverdrag met de EU als Israël zou doorgaan met het nederzettingenbeleid. Van de oorspronkelijke eisen die zo dwingend op tafel werden gelegd en waarover weken werd onderhandeld, blijkt niets meer over. Een prestatie van formaat die, zo meldt politiek Den Haag, vooral op het conto kan worden geschreven van de buitenlandexperts Han ten Broeke (VVD) en Joël Voordewind (CU). Het CDA bleef hierbij op de achtergrond, ook omdat die partij zelf tot op het bot verdeeld is over het dossier, denk aan Dries van Agt die binnen die partij de zaak voortdurend op scherp zet.
Wantrouwen
Dan de poppetjes of beter gezegd: het poppetje. VVD’er Halbe Zijlstra wordt naar verluidt minister van Buitenlandse Zaken. Lang werden namen uit D66-gelederen genoemd: Alexander Pechtold zou de functie hebben geambieerd, maar ook D66-coryfeeën Petra Stienen en met name Sigrid Kaag deden de ronde. Laatstgenoemden deden bij pro-Israëlische groepen de wenkbrauwen fronsen. Stienen legde tijdens een uitzending van de documentaireserie ‘Israël 65 jaar geliefd en gehaat’ van Frits Barend en Hans Knoop enige jaren geleden een verbluffende onkunde over het conflict aan de dag. Dat kan over Sigrid Kaag niet gezegd worden, maar de Speciale VN-Coördinator voor Libanon wordt gewantrouwd omdat zij al in 1996 bij het tv-programma Buitenhof fel de ‘Palestijnse zaak’ verdedigde. Kaag is gehuwd met Anis al-Qaq, een voormalig Palestijns ambassadeur. De VVD vond het belangrijk een partijlid op BuZa te hebben. Het was in Den Haag een publiek geheim dat defensieminister Jeanine Hennis de post ambieerde, maar haar aftreden naar aanleiding van de ‘Mali-affaire’ kwam te kort voor de vorming van het nieuwe kabinet.
Sigrid Kaag wordt gewantrouwd omdat ze al in 1996 bij Buitenhof fel de ‘Palestijnse zaak’ verdedigde
Influisteren
Het zou logisch zijn geweest als de VVD vervolgens het oog had laten vallen op Han ten Broeke, defensie- en buitenlandspecialist van de partij en bij vriend en vijand bekend om zijn dossierkennis. Het was Ten Broeke die zich achyter de schermen tomeloos inzette voor vredesbesprekingen tussen de Israëli’s en Palestijnen voordat de voormalig Amerikaanse minister John Kerry zich er mee ging bemoeien. Ten Broeke wordt door beide partijen vertrouwd, een grote pré als je de passage in het regeerakkoord terugleest. Nu klinkt echter de naam van Halbe Zijlstra, een Kamerlid dat Israël weliswaar bezocht maar van wie insiders ook weten dat hij ‘weinig’ met deze specifieke regio heeft. Zijlstra heeft op het gebied van Buitenlandse Zaken geen enkele ervaring. Te hopen is dat hij zich door Ten Broeke nader laat informeren en vooral influisteren.
Bron van antisemitisme
Dan, tot slot, een ander onderwerp dat door Nederlandse Joden van groot belang wordt geacht: antisemitisme. Daaraan maakt het akkoord vrijwel geen woorden vuil. De plek waar het woord wordt gebruikt is wel interessant, namelijk onder het hoofdstuk ‘integratie’. Voor antisemitisme is geen plek in onze samenleving, zo is te lezen, en daarnaast de zin: ‘Een democratische samenleving kan alleen functioneren als we een grens trekken als vrijheden van de ander worden bedreigd, als iedereen meedoet en als discriminatie wordt bestreden.’ Klaarblijkelijk is volgens de ondertekenende partijen vooral de achterblijvende integratie een belangrijke bron van antisemitisme. Teleurstellend is dat de toekomstige regering, in tegenstelling tot bijvoorbeeld het Verenigd Koninkrijk en Duitsland, niet voornemens blijkt de belangrijke Europese werkdefinitie antisemitisme op te nemen in de Nederlandse wet. Ook rept het akkoord met geen enkel woord over extra inspanningen in het onderwijs om antisemitisme tegen te gaan.