De mogelijkheid bestaat dat de wereld eindelijk achter de waarheid komt rond het grote zwijgen van paus Pius XII over de Holocaust. De Duitse historicus Hubert Wolf mag sinds deze week met een team assistenten de archieven van het Vaticaan induiken, inclusief het privésecretariaat van de omstreden kerkvorst. Eerder had Wolf al geconcludeerd dat er ‘geen twijfel’ over bestaat dat Pius XII – 1876 in Rome geboren als Eugenio Pacelli – wist van de genocide op het Joodse volk. Maar de paus noemde deze nooit: in een radiotoespraak in december 1942 sprak hij slechts over ‘honderdduizenden (…) die enkel om hun nationaliteit of ras gedoemd waren te sterven of langzaam uitgeroeid te worden’.
De paus weigerde in de oorlogsjaren steevast het woord ‘Jood’ te gebruiken en ook na de oorlog sprak hij nooit over de Shoa. Wolf hoop nu via de correspondentie van de paus achter de motieven van zijn zwijgen te komen. Met name briefwisselingen met pauselijke ambassadeurs in door de nazi’s bezette landen moeten een tipje van de sluier lichten. Verdedigers van Pius XII wijzen erop dat de katholieke kerk duizenden Joden redde van de nazi’s, maar anderen zien in zijn zwijgen een angstig wegkijken of zelfs een impliciete goedkeuring. Deze theorie wordt versterkt door de hulp die de kerk na de oorlog verleende bij het ontsnappen van nazioorlogsmisdadigers uit Europa. De paus weigerde in 1948 de stichting van de staat Israël te erkennen. Pius XII overleed tien jaar later, op 9 oktober 1958.