Door Jaron Beekes
Wil je wel geloven dat ik tien jaar van mijn leven wilde geven als ik hier voor dit schilderij veertien dagen kon blijven zitten met een korst droog brood als voedsel?” Een citaat van niemand minder dan Vincent van Gogh, over Rembrandts Joodse bruidje.
Het is een intrigerend beeld: Van Gogh die, dan nog met twee oren, door het pas geopende Rijksmuseum dwaalt en vol bewondering stilstaat voor zijn grote voorbeeld van zo’n tweeënhalve eeuw vóór hem. Het Joodse bruidje is inderdaad een fenomenaal schilderij. Veel is gezegd over de dikke verfklodders, typisch voor de late Rembrandt. Beroemd is de glinstering op het goudbrokaat van de mouw, alsof dat niet is geschilderd, maar geboetseerd met verf. Evenveel is geschreven over wat zich afspeelt tussen de twee figuren. De dromerige, naar binnen gekeerde blikken. De hand die de man op de linkerborst van de vrouw legt omschrijft historicus Simon Schama als een teder, beschermend gebaar. Haar hand op de zijne als een liefdevolle acceptatie van haar lot.
Als ik voor Het Joodse bruidje sta, kan ik niet nalaten terug te denken aan mijn eigen bruiloft, twee jaar geleden. Als ik onder de choepa, ten overstaan van de rabbijn en alle gasten, mijn hand op de borst van mijn vrouw had gelegd, hoe teder en beschermend ook, had mijn eigen Joodse bruidje mij waarschijnlijk met haar Joodse bruidsboeketje in mijn Joodse bruidegommengezichtje geslagen. Vanwaar eigenlijk dit nogal vrijpostige gebaar op het schilderij?
Toneelstukje
Rembrandt woonde in zijn hoogtijdagen midden in de Joodse buurt van Amsterdam. Veel van zijn modellen, zeker in zijn bijbelse voorstellingen, waren Joods, maar laat dat nou net bij Het Joodse bruidje niet het geval zijn. De titel is dan ook niet van de schilder zelf, maar is bedacht door de negentiende-eeuwse kunstverzamelaar Adriaan van der Hoop, die het werk beschreef als ‘eene voorstelling van de Joodsche bruid, die door den Vader versierd wordt met eene halsketting’. De man op het schilderij lijkt inderdaad beduidend ouder, maar haar vader? Dat zou die hand op de borst nog ongepaster maken, om niet te zeggen lichtelijk incestueus. Deze interpretatie werd dus snel van tafel geschoven, maar de titel is gebleven.
De meeste kunsthistorici zijn het erover eens dat we kijken naar een toneelstukje: een vooraanstaand Amsterdams echtpaar heeft zich voor een portret uitgedost als de bijbelse Isaak en Rebekka. De hand op de borst verbeeldt de stiekeme ‘liefkozing’ (volgens Rasji de liefdesdaad zelf) beschreven in Genesis 26:8, waardoor de Filistijnse koning Abimelech erachter komt dat Rebekka niet Isaaks zus is, zoals hij de koning had wijsgemaakt (dus toch een incestueus element in het verhaal!).
De meeste kunsthistorici zijn het erover eens dat we kijken naar een toneelstukje: een vooraanstaand Amsterdams echtpaar heeft zich voor een portret uitgedost als de bijbelse Isaak en Rebekka. De hand op de borst verbeeldt de stiekeme ‘liefkozing’ (volgens Rasji de liefdesdaad zelf) beschreven in Genesis 26:8, waardoor de Filistijnse koning Abimelech erachter komt dat Rebekka niet Isaaks zus is, zoals hij de koning had wijsgemaakt (dus toch een incestueus element in het verhaal!).
Net als Rembrandt ga ik zelf een goede verkleedpartij nooit uit de weg. Ik kon mijn geluk dan ook niet op toen ik in Jeruzalem, nota bene op een steenworp afstand van de Klaagmuur, fotostudio Live the Bible ontdekte. De inspiratie kwam uit Volendam, vertelde eigenaar Moti. Alleen de kostuums waren hier geen visserskielen en kanten mutsjes, maar bijbelse gewaden, compleet met passende attributen en achtergronden. Graag had ik me, naar zeventiende-eeuws voorbeeld, als Isaak met zijn Rebekka laten portretteren, maar die outfits waren helaas niet beschikbaar, dus kozen we voor Ruth en Boaz. Met tulbanden op, rieten manden onder de arm en een tweedimensionaal korenveld als achtergrond. We staan er mooi op, mijn Joodse bruidje en ik.