Abonneer op het NIW

Het opinietijdschrift en cultureel magazine in één, voor iedereen geïnteresseerd in de Joodse wereld. Abonneer nu »

Buitenland

Ik heb geen ander land

Simon Soesan, woonachtig in Haifa, vluchtte tijdens de bosbranden in Israël door een vuurzee de stad uit. Een getuigenverslag. [...]

Redactie 02 december 2016, 00:00
Ik heb geen ander land
Foto: Meir Vaknin/FLASH 90

Foto: Meir Vaknin/FLASH 90

Simon Soesan, woonachtig in Haifa, vluchtte tijdens de bosbranden in Israël door een vuurzee de stad uit. Een getuigenverslag.

Door Simon Soesan

Wij wonen in Haifa, boven op de Carmelberg. Opeens was daar, donderdag 24 november, een vlam op de heuvel tegenover ons. En die sloeg door, onze kant op. Even later waren er elf brandmeldingen om ons heen. Vuur sloeg aan alle kanten naar boven, grote vlammen, rode, oranje, gele, bruine vlammen. Ik belde mijn dochter, die even niet wist hoe ze haar drie kleine jongens snel uit de kleuterschool kon halen. Ze woont een straat verderop. Samen renden we naar de school, waar de paniek groot was. Ik vertelde de jongens dat we op avontuur gingen en zette ze in de kinderstoeltjes in de auto.
De vlammen waren nu overal. Het werd donker van de rook. We stonden in een file in onze eigen wijk, iedereen wilde weg. Even verderop botsten twee wagens tegen elkaar. Ik vertelde de kleintjes dat we nu echt botsautootje gingen spelen en gaf gas. Over het trottoir, door de vlammen heen. Om de jongens van vijf, drie en één jaar rustig te houden maakte ik grapjes over een pretpark en zongen we liedjes, terwijl we ons door zware rook en vlammen een weg baanden. Waarheen was nog onduidelijk. Wegwezen, daar ging het om, en ik zal aardig wat verkeersovertredingen hebben gemaakt. Na een half uurtje waren we dan toch door de chaos van de berg af en de stad uit. Om ons heen zagen we de paniek, de angst, politie, ambulances en brandweer. Mensen die stomverbaasd naar de taferelen om zich heen keken. Je zag de vraag op hun gezicht: waar komen in godsnaam al die vuurbronnen tegelijkertijd vandaan?

Liedjes zingen
Het mobiele netwerk was overbelast. Ik kon mijn vrouw, die een school leidt, niet aan de lijn krijgen. Diverse scenario’s speelden zich in mijn hoofd af, maar ik moest rijden en liedjes zingen voor mijn kleinkinderen, die met grote ogen naar de vlammen keken. Ik vertelde dat het een soort film was. Op het strand wilden we even stoppen, daar zouden we toch wel veilig zijn? Maar half verbrande stukjes materiaal vlogen door de lucht, met de harde wind om ons heen. Ik besloot door te rijden naar Atliet, waar geen branden waren. Daar wachtten we in een restaurantje op mijn vrouw, met wie we op de een of andere manier toch contact hadden weten te krijgen.
Vrienden belden en stuurden mededelingen. De nacht brachten we door bij onze andere dochter, op 40 minuten van Haifa, maar we kregen weinig slaap. De kleinkinderen hadden een slaapfeestje, terwijl wij volwassenen met ongeloof het nieuws volgden. Er werden brandstichters gepakt. Sommigen hadden gedrukte instructies bij zich, hoorden we. Haifa brandde de hele nacht.

In de as
Vrijdagmiddag, na enkele vergeefse pogingen, mochten we onze wijk weer in. Twee straten bleken bijna compleet vernietigd. De speeltuin van de kleinkinderen was verbrand. Een kleuterschool lag in de as. Ons huis was ongedeerd. Nog steeds hingen vliegtuigen in de lucht om andere branden te blussen. Ook het appartementencomplex van onze dochter bleef gespaard. We namen een douche en mijn vrouw viel in een diepe slaap, uitgeput. Ik ging snel naar de kleinkinderen. De oudste van vijf zei: “We hebben het overleefd, hè sabba?” Ik las ze een verhaaltje voor en ook zij vielen in slaap.
In Haifa zijn meer dan tweeduizend huizen beschadigd, waarvan zo’n 580 nu onbewoonbaar zijn. De brandstichters worden aangehouden. En wij? Wij gaan door met leven in dit prachtland. Een bekend liedje hier zegt: ‘Ik heb geen ander land, ook al staat de grond in brand.’ Ons krijgen ze hier niet weg.

Abonneer op het NIW

Abonneer nu!
Tags dit artikel heeft geen tags
Opmerkingen (0)
Plaats opmerking

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *