Job Cohen wordt voorzitter van de commissie die gaat onderzoeken hoe de Nederlandse Spoorwegen (NS) schadevergoedingen kan gaan betalen aan Nederlandse Shoa-slachtoffers die tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn gedeporteerd.
De nieuwe commissie heet voluit Individuele Tegemoetkoming Slachtoffers WO II-Transporten NS. Naast Cohen bestaat de commissie uit bestuurskundige en historica Ellen van der Waerden, jurist Lilian Gonçalves – Ho Kang You en advocaat Eva van Ingen.
Na het bekendmaken van zijn aanstelling zei Cohen dat hij de verwachting heeft dat het onderzoek naar wie aanspraak kunnen maken op de vergoedingen, minstens een half jaar zal duren. “Het kan ook een jaar worden, want we willen snel maar ook zorgvuldig zijn,” aldus de oud-burgemeester van Amsterdam.
De Vereniging Sinti, Roma en Woonwagenbewoners liet na de aanstelling van Cohen weten ontevreden te zijn over de gang van zaken. Volgens de vereniging heeft de NS in een eerder stadium aangegeven dat niemand van de betrokken doelgroepen in de nieuwe commissie plaats zou nemen. Volgens de groep is Job Cohen echter een Joodse vertegenwoordiger en daarom willen de Sinti en Roma nu ook aan tafel bij de komende gesprekken.
De toezegging van de NS om vergoedingen te gaan betalen aan Shoa-slachtoffers komt na een jarenlange strijd van Salo Muller. Hij overleefde de Shoa maar zijn ouders werden vermoord in Auschwitz. Muller verweet de NS dat het vervoersbedrijf miljoenen heeft verdiend aan het vervoeren van Joden naar concentratie en-vernietigingskampen tijdens de Tweede Wereldoorlog en eiste compensatie voor overlevenden en nabestaanden van deze kampen. Eind november 2018 kondigde de NS aan deze vergoedingen te gaan betalen.