Abonneer op het NIW

Het opinietijdschrift en cultureel magazine in één, voor iedereen geïnteresseerd in de Joodse wereld. Abonneer nu »

Binnenland

Jom Haätsmaoet in den vreemde

Redactie 04 mei 2014, 00:00
Jom Haätsmaoet in den vreemde

.In Nederland wonen naar schatting tienduizend Israëli’s. Hoe ervaren zij Jom Haätsmaoet? En hoe geven ze de traditie van de feestdag door aan volgende generaties? 

Elke 5 ijar is het in Israël feest. Israëlische vlaggetjes, barbecues en parades staan synoniem voor Jom Haätsmaoet. In Nederland hebben we niet echt iets vergelijkbaars. Misschien dat Koningsdag of Bevrijdingsdag er lichtelijk tegenaan schuren, maar het heeft niet de lading van Jom Haätsmaoet. Voor Israëli’s die in Nederland wonen, blijft het een bijzondere dag. Het NIW sprak met drie van hen, die ieder hun land voor de liefde verlieten. Hier in Nederland realiseren zij zich extra goed wat Jom Haätsmaoet voor hen betekent. Want, zo vertelt bijvoorbeeld de 34-jarige Roi Frey: ‘als je in Israël bent geboren en getogen, dan is Jom Haätsmaoet heel normaal. Het hoort erbij. Nu ben ik me veel meer bewust van de bijzondere emotionele betekenis van die dag.’

Gal Efron (42) is geboren in Nahariya, in het noorden van Israël. Tegenwoordig woont hij met zijn Nederlandse vrouw en twee kinderen in Weesp en is hij gids voor veelal Israëlische toeristen. 

Het is altijd een rare feestdag geweest voor mij. Eerst begin je de dag ervoor met rouwen. Iedereen kent wel iemand die stierf in een oorlog. In mijn geval is dat een goede vriend uit de kibboets waar ik woonde. Hij is omgekomen in de laatste Libanonoorlog. Het doet je beseffen dat we veel hebben moeten opofferen voor ons land. Toen ik nog in Israël woonde maakte Jom Hazikaron veel meer indruk op mij. De sirenes, de herdenkingen. En Jom Haätsmaoet, ja dat was gewoon een feestje. In 2001 hebben mijn vrouw en ik besloten om Israël te verlaten, dat was vlak na de Tweede Intifada. We woonden in een kibboets bij de Dode Zee, waar we beiden in het toerisme werkten. Door de onrust was er geen werk meer te vinden. Eenmaal in Nederland deed ik eigenlijk niks aan Jom Haätsmaoet. Maar sinds wij twee kinderen hebben, ben ik meer bezig met mijn eigen cultuur, mijn eigen identiteit. Je wilt toch iets overdragen. Mijn kinderen zijn Nederlands. Ze zijn hier geboren, ze gaan hier naar school, maar ze zijn ook voor een deel Israëlisch. Daarom vind ik het bijvoorbeeld belangrijk dat mijn zoon van vijf naar Hebreeuwse les gaat. Jom Haätsmaoet hoort ook bij die opvoeding. Een paar jaar geleden zijn we samen met andere Israëlische families begonnen met het organiseren van evenementen rondom alle Joodse feestdagen. Wat begon met zes families, is uitgegroeid tot een club van zestig gezinnen. We noemen onszelf Kehila Ivriet. Vorig jaar hadden we een groot Jom Haätsmaoet-feest op het strand, met een grote barbecue, echt Israeli-style.

Lees de rest van het artikel in NIW 31

Abonneer op het NIW

Abonneer nu!
Tags dit artikel heeft geen tags
Opmerkingen (0)
Plaats opmerking

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *