Abonneer op het NIW

Het opinietijdschrift en cultureel magazine in één, voor iedereen geïnteresseerd in de Joodse wereld. Abonneer nu »

Dagboek

Op mijn eigen-wijze

Opperrabbijn Jacobs schrijft een dagboek over maatschappelijke en religieuze zaken. Het NIW publiceert deze stukken twee keer per week.

Opperrabbijn Binyomin Jacobs 23 oktober 2022, 08:00
Op mijn eigen-wijze

Afgelopen sjabbat was het sjabbat Beresjiet. We zijn de Thora weer vanaf het begin, Genesis, begonnen. Aan het eind van Simchat Thora bestaat de gewoonte om te zeggen “Jacov halag ledarko” hetgeen zeer vrij vertaald betekent: we gaan het gewone leven weer oppakken. Na alle Feestdagen terug naar normaal. Wij dus ook, want na sjabbat in Nijmegen, de eerste dagen Soekot in Maastricht bevinden/bevonden we ons in Montreal en vandaag vliegen we terug naar normaal.

Zo’n tien jaar geleden waren we echt weg toen we weg waren. Maar die tijd bestaat niet meer. De bereikbaarheid via WhatsApp en e-mail maakt dat er nauwelijks nog verschil bestaat tussen wel-weggeweest en niet-weggeweest. Wel is er natuurlijk zes uur verschil in tijd, maar voor mijn persoontje, die aan vier of vijf uur slaap (helaas?) genoeg heeft, is dat tijdsverschil meer theorie dan praktijk. We hadden een prachtige jomtov en speciaal gisteren, Sjabbat Beresjiet, was bijzonder, ook vanwege de kidoesj die mijn schoonzoon had aangeboden in de sjoel vanwege de geboorte van zijn dochtertje, dus ons kleindochtertje. Maar na afloop kreeg ik toch wel een domper in de straat. Een Joodse vader met zijn zoon wisten ons te plaatsen als Nederlanders en meteen werd ik geconfronteerd met going Dutch. Dat betekent dat als ik iemand zou uitnodigen voor een etentje, ik niet betaal voor de ander, maar ieder voor zichzelf betaalt! Dat wordt hier als voorbeeld gebracht voor de gierigheid van de Nederlander. Of dat helemaal terecht is, kan ik niet bevestigen, maar als ik het niveau van een kidoesj hier na een gewone sjoeldienst vergelijk met de kidoesj in Amersfoort… maar laat ik het nieuwe jaar niet beginnen met een roddel.

We vliegen dadelijk naar Schiphol. Het is hier nu 12 uur Canadese tijd en dus 18 uur Nederlandse tijd. Ik ben ingecheckt en word vijf uur voor vertrek al op het vliegveld verwacht. Waarom? Het is me een raadsel, maar ik zal proberen vier uur eerder er te zijn. Op Schiphol kan me dat niet gebeuren, omdat ik daar niet vroeger dan vier uur voor vertrek aanwezig mag zijn. De reden vijf uur eerder aanwezig te zijn, blijkt een gebrek aan beveiligingspersoneel te zijn. Ik ben voornemens contact op te nemen met de afdeling beveiliging  van het Canadese vliegveld en ze te adviseren Schiphol te bellen, om van Nederland te leren hoe je op Schiphol maar vier uur voor vertrek mag/hoeft te komen. Toch een uur verschil. Dat hebben wij in Nederland dus duidelijk beter opgelost! Dus we mogen dan weliswaar wat gierig zijn, we zijn wel beter georganiseerd.

Maar naast het reguliere  Nederlandse rabbinale werk dat gewoon doorliep, heb ik me beziggehouden met Oekraïne en een dag Brussel ingepland op 1 november voor mijn werk voor RCE, Rabbinical Centre of Europe en EJA, de European Jewish Association. Mijn schoonzoon vroeg zich trouwens af of ik wel echt rabbinaal bezig ben. Hij kreeg de indruk dat ik me meer met overheden, interne en externe politiek bezighoud dan echt rabbinaal. Een rabbijn van de grote orthodox-Joodse gemeenschap in Montreal is begrijpelijkerwijs veel meer intern bezig dan dat hij contacten onderhoud met de niet-orthodoxe Joodse gemeenschap of met de niet-Joodse gemeenschap. Hij heeft gelijk, maar ook in Canada, als er een aanval is op sjechita of briet mila, zal er door de Joodse gemeenschap gecommuniceerd moeten worden met overheden. Dat contact zou ook door bestuurders gedaan kunnen worden, maar toch, mijns inziens, beter door rabbijnen vanwege hun kennis van sjechita en van briet mila. En ook de nog-niet-orthodoxe Joodse gemeenschap wil een rabbijn hebben die letterlijk en figuurlijk hun taal spreekt.

Dus ik ga maar gewoon verder op mijn eigen-wijze. Speciaal gesterkt door een mooie verklaring over de Ark van Noach, waarover aanstaande sjabbat in alle synagogen ter wereld wordt gelezen. Waarom heeft G’d aan Noach opdracht gegeven om bovenin de Ark een dakraampje te maken? Voor licht? Zo’n dakraam kan niet voldoende licht geven voor een uit compartimenten en drie verdiepingen bestaande Ark. Bovendien zal Noach de Ark uit zichzelf hebben voorzien van ramen en een deur, zonder specifieke opdracht. En los hiervan: de eerste veertig dagen zou het buiten de Ark pikdonker zijn, dus wat kan zo’n dakraampje helpen?

De diepere betekenis van de Ark die we ook nu in moeten gaan is: de woorden van de Thora. We moeten onszelf als er buiten van alles op ethisch gebied aan de hand is, veiligstellen binnen het Joodse denken, ons laten omringen door Thora en Traditie, gesymboliseerd door de Ark, niet meegaan met de alles-mag-en-alles-kanmentaliteit. Maar: ook als we ons doen en laten en ons denken veiligstellen, moeten we oog blijven houden voor de ons omringende samenleving, zelfs als die omgeving erg duister is. Dat is de boodschap van het dakraampje in de Ark.

Wat Oekraïne betreft ben ik hier in contact gekomen met een justitie-rabbijn die zich momenteel inzet voor Oekraïne. We gaan proberen samen te werken, elkaar aan te vullen en doublures voorkomen. En dus gaat er overmorgen een gesprek plaatsvinden per zoom tussen de diverse Joodse hulp organisaties om letterlijk levens te redden. Hij beschikt over een groep werkers in  Oekraïne, gelijk ook ik, via Koen Carlier. Mijn volgende dagboek gewoon weer vanuit Nederland per Facebook of niw.nl of via mijn blog. Maar wellicht ook treffen we elkaar fysiek bij een van de concerten van de Israëlische bekende en inspirerende zanger Yonatan Razel. 

Dit is een persoonlijk dagboek van de opperrabbijn en valt buiten de verantwoordelijkheid van de redactie.

Abonneer op het NIW

Abonneer nu!
Opmerkingen (0)
Plaats opmerking

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *