De afgelopen zondag overleden superster Whitney Houston wordt in Israël niet alleen herinnerd vanwege haar geweldige stem. De zangeres, die een zestal Grammy’s in de wacht sleepte, bracht in 2003 een eerste en laatste bezoek aan Israël. In dat jaar was de diva al over het hoogtepunt van haar carrière heen. Ze was nog wel getrouwd met Bobby Brown. Het echtpaar bezocht de ‘Black Hebrew Israelites’ in Dimona, een groep mensen van Afrikaans-Amerikaanse origine die geloven dat zij afstammen van Joden.
Tijdens haar toer door het land sprak de zangeres nauwelijks met lokale media. Wel ontmoette ze toenmalig premier Sharon, maar zorgde ervoor dat ze hem niet de hand hoefde te schudden. In plaats daarvan duwde ze haar man Bobby naar voren, zodat die Sharons hand wel moest schudden. Sharon merkte op dat het haar eerste bezoek aan het land was, en zei te hopen dat het het eerste van vele zou zijn. Houston antwoordde met: ‘ja’. Door Sharon gevraagd hoe ze het vond in Israël, zei ze: ‘het is thuis, het is thuis’. Het vreemde bezoek was kenmerkend voor de laatste fase van haar carrière, gevuld met problemen rondom drugsgebruik en haar gewelddadige huwelijk met Bobby Brown.