Het is een onderbelichte geschiedenis: de etnische zuivering van ruim 850.000 Joden uit Arabische landen. Activist en ervaringsdeskundige Edwin Shuker was in Nederland om aandacht te vragen voor de vergeten vluchteling.Door: Jaron Beekes
Edwin Shuker (1955) groeide op in een Joodse enclave in Bagdad. De Iraakse hoofdstad, waar ooit de Talmoed en de Gemara werden geschreven, was eeuwenlang een welvarend centrum van Joods leven geweest. In 1920 was meer dan een kwart van de inwoners Joods. “Het was het New York van het Midden-Oosten,” zegt Shuker nu. Toen hij acht was, kwam de Baathpartij, gestoeld op Arabisch nationalisme, aan de macht. Al snel kregen Joden een aparte, gele identiteitskaart, mochten ze thuis geen telefoons meer hebben en werden ze uitgesloten van het universiteits- en verenigingsleven, niet veel later werden Joden openlijk vervolgd. In 1971 besloot de familie te vluchten. “Als criminelen werden we opgejaagd,” herinnert Shuker zich. Via de bergen in het Koerdische gebied in Noord-Irak vluchtten ze de Iraanse grens over en vroegen uiteindelijk asiel aan in Groot-Brittannië, waar Shuker sinds zijn zestiende woont.
Joodse nakba
Inmiddels bekleedt hij een indrukwekkende reeks functies binnen internationale Joodse organisaties. Zo is hij vicepresident van het European Jewish Congress, Raadslid van de Board of Deputies of British Jews, bestuurslid van Sephardic Voices en tot voor kort voorzitter van Justice for Jews from Arab Countries (JJAC). Op 30 november was hij in Amsterdam om twee lezingen te geven, een voor het CIDI en een voor leerlingen van JSG Maimonides, over de etnische zuivering van Joden in Arabische landen, die plaatsvond in de jaren na de Israëlische Onafhankelijkheidsoorlog. Die datum, 30 november, is niet toevallig gekozen: sinds vorig jaar is het een internationale herdenkingsdag voor wat wel de ‘Joodse nakba’ wordt genoemd. De cijfers van Joodse vluchtelingen uit Arabische landen lopen uiteen, van enkele honderdduizenden tot een miljoen. Om hoeveel mensen gaat het? “Voor 1949 woonden er 856.000 Joden in de regio, inclusief Iran. Ik rond het meestal af naar ‘bijna een miljoen’. Laten we nu eens een rekensommetje doen. In een VN-rapport van enkele weken geleden staat dat er in de jaren 40 maximaal 780.000 Palestijnen waren. Dat aantal is inmiddels En dan hebben we het nog niet eens over het land dat ons is afgenomen. Alleen al in Irak bezaten Joden land dat tien keer de oppervlakte van Israël beslaat. Het was veruit de meest welvarende gemeenschap van Irak.” Was die vervolging overal even rigide? “Zeker niet. In Marokko waren bijvoorbeeld geen wetten expliciet tegen Joden gericht, hun bezittingen werden niet afgenomen. Maar feit blijft dat 99 procent van de drie- tot vierhonderdduizend Marokkaanse Joden vertrokken is, vrijwillig of niet. Irak ging waarschijnlijk het verst in de discriminatie van hun Joodse inwoners. Joden hebben daar 2600 jaar gewoond, en zijn altijd loyaal aan het land geweest. We hebben nooit iets gedaan om die massale vervolging te verdienen.” Hoe komt het dat dit verhaal relatief zo weinig aandacht krijgt? “Toen onze grootouders massaal in Israël aankwamen, hoorden zij voor het eerst over de verschrikkingen van de Sjoa. Daar stak hun verhaal bleekjes bij af. Uit respect voor de slachtoffers van de Sjoa hebben ze hun persoonlijke tragedies nooit gedocumenteerd. Maar het gaat om millennia-oude gemeenschappen, die nooit meer terugkomen. Terwijl, hoe verschrikkelijk de Sjoa ook was, Berlijn nu een van de snelst groeiende Joodse centra ter wereld is.” Sinds vorig jaar is 30 november een internationale herdenkingsdag. Wat is er veranderd, dat er nu wel aandacht voor het onderwerp is? “Dat is te danken aan een groep zeer betrokken en doelgerichte individuen van over de hele wereld, die zo’n tien jaar geleden Justice for Jews from Arab Countries (JJAC) vormden. Iedereen kent het verhaal van de Palestijnse vluchtelingen. Het woord ‘nakba’ is Europees vocabulaire geworden. Maar er is ook een etnische zuivering van Joden in het Midden-Oosten geweest. En als mijn generatie er niet meer is, is er vrijwel niemand meer die daarover kan vertellen. We voelden heel sterk dat het een race tegen de klok is. En dit gaat niet alleen over het verleden, over een paar Jemenieten die nog steeds huilen omdat ze hun land moesten verlaten. No sir! Dit gaat over Joden en hun plek in de wereld. Dit gaat over Ahmedinejad, die een paar jaar geleden Israël een koloniale macht in het hart van de Arabische wereld noemde. Maar zo zit het niet. Joden waren hier lang voordat de Arabieren kwamen. Dit gaat om de legitimiteit van Israël.”
‘Het gaat om millennia-oude gemeenschappen, die nooit meer terugkomen’
Doorbraak
Ironisch genoeg is er ook in Israël ruim zestig jaar lang weinig aandacht geweest voor vluchtelingen uit de Arabische wereld. De JJAC-beweging is dan ook in de diaspora begonnen. Shuker: “We hebben er in de VS en Canada een resolutie doorheen gekregen. Daardoor is er sinds een jaar een wet die zegt dat wanneer het woord ‘vluchteling’ wordt gebruikt in de internationale arena, met betrekking tot Palestijnen, dat de Amerikaanse of Canadese afgevaardigde verplicht is om ook de Joodse vluchtelingen te benoemen. Dat was een doorbraak, een grote overwinning voor ons. Begrijp me niet verkeerd. We zijn hier niet om een wedstrijdje te doen wie er meer heeft geleden. We erkennen het leed van de Palestijnen. Maar kijk eens hoe de internationale gemeenschap de verschillende groepen behandelt. Er zijn ruim 170 VN-resoluties geweest waarin het expliciet over Palestijnse vluchtelingen gaat. Niet één benoemt de Joodse vluchtelingen. Dat willen we veranderen. Vertel beide kanten van het verhaal. En daarvoor hoeven we niet het wiel opnieuw uit te vinden. Als precedent kunnen we de VN-commissie nemen die aan het eind van de Golfoorlog in 1991 werd opgezet om de slachtoffers van de Irakese agressie te compenseren. Daarbij werd geen onderscheid gemaakt tussen Koeweiti’s, Irakezen, Israëli’s of wie dan ook. Ieder geval werd apart bekeken. Israëlische particulieren hebben meer dan 4 miljoen dollar compensatie uit dat fonds ontvangen. Een soortgelijke, eerlijke en gelijkwaardige behandeling willen we voor Joodse en Arabische vluchtelingen.” Er wordt vaak gezegd dat antisemitisme in de Arabische wereld het gevolg is van het Israëlisch- Palestijnse conflict. Volgens anderen is Jodenhaat een intrinsiek onderdeel van de Arabische cultuur. Hoe ziet u dat? “Ik denk dat antisemitisme, in de betekenis van een Jood haten omdát hij een Jood is, vanuit Europa is geïmporteerd naar de Arabische wereld. Als er al die tijd antisemitisme was geweest zoals we dat sinds halverwege de 20e eeuw zien in Arabische landen, hadden Joden er nooit zo lang kunnen leven. De stichter van de Moslimbroederschap heeft al zijn antisemitische opvattingen op Hitlers Mein Kampf gebaseerd. Niet op duizenden jaren van coëxistentie.” Is er een parallel tussen uw verdrijving toen, en de vluchtelingencrisis die nu aan de gang is? Shuker twijfelt. Dan: “Ja, je kunt de situaties vergelijken. Ook wij kwamen in Groot-Brittannië aan als asielzoekers. We werden toegelaten, we kregen de kans om in vrijheid te leven. De mensen die nu uit Syrië vluchten, zijn volledig terecht op zoek naar een beter leven. Maar iedere poging om de huidige vluchtelingencrisis te verbinden aan de Joden die massaal de gaskamers in zijn gedwongen, zoals je ook wel hoort, is misplaatst en beledigend.”
Hoopvol
Na de lezingen stapt Edwin Shuker in het vliegtuig om zijn werk in Engeland voort te zetten. Onvermoeibaar blijft hij zich inspannen om aandacht en gerechtigheid te vragen voor zijn honderdduizenden lotgenoten. Ondanks alles ziet hij ook lichtpuntjes. “Er bestaat een enorm gevoel van nostalgie in Irak. Veel Irakezen hebben het idee dat toen de Joden er waren, alles beter was. Een Arabisch gezegde luidt: ‘Toen de Jood vertrok, nam hij de zegen met zich mee’. Ze missen ons. Vooral onder de jongere generatie worden de jaren 30 geïdealiseerd. Er was een parlement, er was beschaving, er waren ziekenhuizen, bejaardenhuizen, allemaal door Joden opgezet. En dat weten ze. Aan de andere kant zijn er Iraakse Joden die in Israël zijn geboren en getogen, die heimwee hebben naar Irak. Terwijl ze nooit een voet over de grens hebben gezet. Er is een Facebookpagina met meer dan 19.000 volgers, waar Iraakse Israëli’s recepten uitwisselen, de taal bespreken, de cultuur, noem maar op. Die hang naar vreedzame coëxistentie, met behoud van eigen identiteit, dat stemt hoopvol. En daar probeer ik aan vast te houden. Niet aan het vertekende beeld dat we eeuwenlang zouden zijn vervolgd. Want voor het overgrote deel van de geschiedenis hebben Joden en Arabieren respectvol zij aan zij geleefd.”