Ik ben dus, zoals u al uit mijn vorige dagboek hebt kunnen begrijpen, in een soort semiretraite. Gewoon even een paar weekjes wel en niet aan het werk. Maar dat ‘wel en niet’ gaat me niet zo goed af. Met andere woorden: “Even weg … maar niet heus!” Wat extra wandelen, meer tijd aan Torastudie wijden en daarnaast de e-mails, post en relevante whatsapps beantwoorden. Maar niet alle berichten die ik ontvang behoeven een antwoord.
Neem nou die foto van twee rabbijnen die aan weerszijden van een ziekenhuisbed staan waarin een oude man ligt. Het lijkt of beide rabbijnen/artsen de patiënt in het bed hebben geopereerd. Deze foto is mij vanuit de meest onverwachte hoeken toegestuurd: door een demissionair minister, een voormalige rechter en een tiental mensen die in mijn contactgegevens zitten, maar met wie ik al jarenlang geen contact meer heb gehad. Ik vroeg mezelf af of ikzelf wellicht de verspreider was, mede gezien ik de laatste dagen nogal hoest. Hoewel het een met het ander niets van doen heeft, weet je het trouwens echt niet meer. Als intelligentie kunstmatig kan zijn, waarom zou dan een gewoon fysiek virus niet kunnen overslaan op een computer?
Een van mijn fanatieke volgelingen dacht dat de foto van mij was en ik in dat ziekenhuisbed lag. Ik ben de foto nader gaan bekijken, zag mezelf niet in dat ziekenhuisbed liggen en herkende de orthodoxe ‘arts’ die achter het bed stond, als mijn vriend rabbijn Mendel Cohen, de held uit Marioepol in Oekraïne! Honderden heeft hij uit zijn stad weten te redden. Hij woont nu in Israël, maar bevindt zich om de haverklap weer in Oekraïne om als moheel, ritueel besnijder, pasgeboren baby’s op de achtste dag, conform de wet van de Tora, binnen het verbond met Abraham te brengen. Maar stel dat een Joodse man/jongen niet op de achtste dag wordt besneden, dan kan het altijd nog. En zo zien we dat vele Joden die vanwege assimilatie geen briet mila kregen, op latere leeftijd dit alsnog wilden en willen ondergaan. Juist door de oorlog (Rusland-Oekraïne bestaat nog in alle hevigheid!) is er een onverwachte vraag ontstaan om deze mitswa, dit gebod, alsnog op latere leeftijd te vervullen. En dus gaat rabbijn Mendel met een collega-moheel, die ook uroloog is, regelmatig terug naar zijn Oekraïne. En dat is die foto.
Zo zien we dat veel Joden die vanwege assimilatie geen briet mila kregen, op latere leeftijd dit alsnog willen ondergaan
Helaas, ik vermoed dat deze wijdverspreide foto niet als doel had om dit mooie tafereel te benadrukken, maar om de indruk te wekken dat Joden wreed zijn … Want zonder de wetenschap waarover deze foto gaat, kun je er ieder willekeurig bloedsprookje aan vastkoppelen. Diep nadenken en dan tot een oordeel komen, is bij velen een onbekende eigenschap. Nee, het zijn de krantenkoppen en het oppervlakkig denken die de publieke opinie bepalen. De twaalf verspieders, waarover deze week in de Tora wordt gelezen, gingen de fout in door op een onjuiste manier het Heilige Land, waarvan G’d wilde dat de Joden het zouden innemen, te bekijken. Geen onwaarheid hadden ze gesproken, maar de wijze waarop ze ernaar keken was oppervlakkig, onjuist en misleidend. Ik ben bang dat de mooie foto verspreid is om Joden in een verkeerd daglicht te plaatsen, want met een beetje antizionistische visie en een groot arsenaal aan Jodenhaat, kan uit dit beeld een vernietigend bloedsprookje worden gedistilleerd.
De geluiden uit Israël zijn verre van positief. De Joodse Israëli’s, de Arabische, de christelijke, allen willen rust en sjalom, zo lieten mijn Israëlische kleinkinderen mij weten. Een vriend van mij, met keppel en tsietsiet, die toevallig in Los Angeles was, werd door de politie gesommeerd zo snel mogelijk de Pico Boulevard te verlaten, want een grote en gewelddadige anti-Israëldemonstratie was in aantocht. En langs de snelwegen had hij reclameborden zien staan waarop te lezen stond dat antisemieten per definitie ook haters zijn van de Verenigde Staten. Dat is dus positief tussen de vele negatieve, gillende en anti-Joodse kreten. Maar dat deze pro-Joodse hartenkreet uitgegild wordt, spreekt vele boekdelen.
Ik ga weer even proberen niets te doen, in retraite. Maar hoe lang me dit zal lukken weet ik niet, want ook ogenschijnlijk onbelangrijke vragen die me per e-mail en WhatsApp bereiken, kunnen voor de vraagsteller juist heel waardevol zijn en verre van onnozel. Als ik dat weiger te accepteren, behoor ook ik tot de oppervlakkige krantenkoppenlezers. En dat wil ik niet, ook niet in mijn semiretraite.