
Foto: privé-collectie Michael Bloemendal
Op 6 juni jongsleden nam directeur Michael Bloemendal officieel afscheid van Beth Shalom. Voor het eerst geeft hij zijn kijk op de crisis bij het zorgcentrum.
Auteur: Frank Kromer
Het laatste Beth Shalom bestuursjaar zal Michael Bloemendal niet snel vergeten. Met kwakkelende financiën en een verscherpt toezicht van de Inspectie Gezondheidszorg voor zes maanden bevond het Joods zorgcentrum zich in een zeer ernstige crisis. Bij zijn afscheid zei de oud-directeur dat ‘de combinatie van de omstandigheden, de mensen in en om Beth Shalom en mijn eigen persoonlijkheid’ ervoor gezorgd hebben dat zijn tijd nu voorbij is. „Bij Beth Shalom waren ze het vertrouwen in mij kwijt. Deels misschien terecht, maar ook voor een groot deel ten onrechte. Ik vel daar geen oordeel over. Er moest iets gebeuren, het rapport was buitengewoon negatief. Ik had heel graag de klus afgemaakt, waar nodig met extra ondersteuning,” vertelt Michael Bloemendal op een dinsdagochtend in het rustige Concertgebouwcafé. „Toen ik in 2000 het directeursstokje overnam, was er erg veel onvrede bij het personeel. De zorg kwam in het geding door een bezuinigingsronde. Mijn eerste echte taak was om daar een betere balans in te vinden. De financiering was primair in alle beslissingen; ik wilde daar vanaf. De zorg, de cliënt en het Joodse karakter moesten weer centraal staan. Ook moest het personeelsbeleid, dat soms als mager en negatief ervaren werd, aangepakt worden. Onder mijn leiding hebben we succes geboekt. In 2007 stonden we boven aan de lijst van beste verpleegtehuizen in de Volkskrant. Een jaar later kregen we een HKZ (Harmonisatie Kwaliteitsbeoordeling in de Zorgsector)-certificering met goede cijfers. Internationaal werd een van onze projecten bekroond en de inspectierapporten waren positief.”
Lees de rest van het artikel in NIW#38