Kinderen uit gemengde huwelijken, vooral die met alleen een Joodse vader, voelen zich meestal wel Joods, maar buitengesloten door de gemeenschap, zo blijkt uit onderzoek van JMW. „Zorg dat die mensen zich welkom voelen,” luidt het advies.
Al jarenlang vormen relaties tussen Joden en niet-Joden onderwerp tot heftige discussies. Toch was er tot voor kort nooit grondig onderzoek gedaan naar kinderen die uit gemengde huwelijken voortkomen. Hoe beleven zij het jodendom en wat betekent dat voor het voortzetten van Joodse tradities? Deze vragen waren aanleiding voor International Centre for Community Development van het Joint Distribution Committee (JDC-ICCD) voor onderzoek in drie landen: Frankrijk, Duitsland en Nederland.
Hier werd dat onderzoek – getiteld Jewish Feelings, Jewish Practice? – uitgevoerd door Joods Maatschappelijk Werk (JMW). In ons land hebben, volgens de gegevens van JMW, van de circa 52.000 Joden 25 procent alleen een Joodse moeder en 30 procent alleen een Joodse vader. Onderzoekers Barbara Tanenbaum en Riki Kooyman hielden onder begeleiding van JMW-onderzoekscoördinator Chris Kooyman diepte-interviews met vijftig personen tussen de 20 en 40 jaar, met slechts één Joodse ouder. Op die manier probeerden ze ‘inzicht te krijgen in de verbondenheid van de respondenten met het jodendom.’ Belangrijkste conclusie: kinderen uit gemengde huwelijken identificeren zich vrijwel allemaal met het jodendom, maar slechts een klein deel is actief binnen de Joodse gemeenschap. Vooral mensen met alleen een Joodse vader ervaren – niet geheel onverwacht – een te hoge drempel bij het benaderen van een gemeente. „Er is een kloof tussen identificatie en praktijk,” vertelt onderzoeker Barbara Tanenbaum. „Kinderen uit gemengde huwelijken zien zichzelf als Joods, maar doen er vaak niets mee.”
Steekproef
Met slechts vijftig personen in Nederland is het onderzoek eerder een steekproef dan een representatief onderzoek te noemen. Ook kun je je afvragen of opdrachtgever JDC, dat erop gericht is om de diversiteit binnen de Joodse gemeenschap kenbaar te maken, geheel objectief is. Tanenbaum: „Je weet van tevoren natuurlijk nooit wat er uit het onderzoek komt. Het is sowieso goed om de situatie in kaart te brengen. We hebben geprobeerd dat zo onafhankelijk en objectief mogelijk te doen. De vijftig respondenten hebben we via eerder onderzoek van het JMW bereikt. We hebben ook mensen met één Israëlische ouder in het onderzoek opgenomen, een grote groep in Nederland. Maar mensen die helemaal niets met het jodendom hebben, geven zich niet snel voor zo’n onderzoek op. Die blijven dus buiten beschouwing.”
Aanbevelingen
Aangezien er blijkbaar een grote groep is die zich wel betrokken bij het jodendom voelt, maar hoge drempels ervaart, pleiten de onderzoekers voor een meer open houding van Joodse gemeenten en instellingen. Tanenbaum: „Een van de respondenten vertelde dat hij werd uitgenodigd voor een bar mitswa en bij de ingang van de synagoge werd ondervraagd over wat hij kwam doen, waar hij vandaan kwam en wie zijn ouders zijn. Als je al je hele leven hoort dat je er niet echt bij hoort, en een drempel ervaart om ergens naartoe te gaan, is zo’n ervaring voor veel mensen een reden zich helemaal van het jodendom af te keren. Natuurlijk heeft dat bevragen ook met beveiliging te maken, maar Joodse gemeenten mogen best eens kritisch naar zichzelf kijken over hun houding ten opzichte van nieuwkomers.” Mogelijke verschillen tussen orthodoxe en liberale gemeenten hierin zijn door JMW niet onderzocht.
Het als volwaardig lid verwelkomen van mensen met alleen een Joodse vader zou een breuk met de traditionele halacha betekenen. Hoe realistisch is het dat Joodse gemeenten zich naar aanleiding van dit onderzoek gastvrijer gaan opstellen tegenover kinderen uit gemengde huwelijken? „Eerder heb ik in New York onderzoek gedaan naar jongeren met één Joodse en één christelijke ouder. Daar worden mensen met alleen een Joodse vader in de Reformbeweging volledig geaccepteerd. Het zou goed zijn als daar in Nederland ook meer discussie over zou ontstaan, naar aanleiding van deze resultaten.”