In het najaar komen van oudsher veel kookboeken uit, anticiperend op de koopwoede die uitbreekt zodra de decemberfeesten aan de horizon verschijnen. Kookboeken zijn goed voor liefst 6 procent van alle boekenverkopen, las ik laatst in de krant. Het zal mij niet verbazen als dat percentage in december nog hoger ligt. Aan de Stichting Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek (SCPN) zal het niet liggen. De boekenpromotor organiseerde afgelopen week de Kookboeken7daagse. De winnaar van het Gouden Kookboek 2017 werd bekendgemaakt (Souq van Nadia Zerouali en Merijn Tol) en kookmastodonten Nigella, Yotam en Jamie werden ingevlogen voor persdiners, televisieoptredens en signeersessies.
Veel kookboeken die recentelijk het licht zagen lijken in te spelen op het openhaardgevoel dat hoort bij de feestdagen. Met Sinterklaas, Kerst en in ons geval Chanoeka gaan we niet uit eten, maar tafelen we gezellig thuis met vrienden en familie. Dat thuis eten en koken lijkt een verplicht thema dit najaar, afgaand op drie van de recentste (onder)titels: Home Sweet Home (Yvette van Boven), Het geluk van thuiskoken (Nigella Lawson) en We eten thuis (Samuel Levie). Toeval? Op de cover van de nieuwe Allerhande staat te lezen: ‘Thuis uit eten’. Eigen keuken eerst, is dus het devies. Wat mij betreft een nogal overbodige aansporing bij een verzameling recepten. Waar anders kan ik die klaarmaken dan thuis?
De drie genoemde boeken zijn stuk voor stuk geweldige cadeaus voor Chanoeka, maar omdat Yvette en Nigella het prima afkunnen zonder bijstand van het NIW, bespreek ik hier Samuel Levies We eten thuis; 100 recepten uit de keuken van Levie. De auteur zou je kunnen kennen van zijn wekelijkse kookrubriek in Het Parool, zijn maatschappelijke initiatieven of van Brandt & Levie, een producent van naar verluidt smakelijke, maar treife worstjes. Ook Samuels kookboek is niet kosjer en met een rivierkreeft pontificaal op het omslag zal het niet snel als cadeau onder de chanoekia belanden. Dat is zonde, want niet alleen is ruim driekwart van de receptuur in We eten thuis kosjer, ook zijn veel recepten geïnspireerd door de Joodse keuken: viskoekjes, kalfstong met chrain en lam uit de Joodse keuken.
“Levie is een Joodse naam en er wordt mij regelmatig gevraagd of ik kosjer eet,” begint Samuel een van de vermakelijke intermezzo’s in het boek. “Een rare vraag aan iemand die varkensworsten maakt en om eerlijk te zijn kan ik maar nauwelijks uitleggen wat de Joodse spijswetten zijn. Wij groeiden thuis niet op met Joodse feesten en de gebruiken waar andere Joodse families juist zo aan vasthielden (…) Steeds vaker vind ik het jammer dat ik zo weinig van de Joodse ge-schiedenis weet en ik heb al jaren het voornemen me er verder in te verdiepen. Een aantal keren vierde ik Pesach met andere Joodse families. (…) Langzamerhand praten we in onze familie weer wat vaker over het jodendom en onze familiegeschiedenis. Soms gaat dat gepaard met een klassiek Joods gerecht.”
Voor 4 personen
- 5 el zonnebloemolie
- 500 g gepelde verse zilveruitjes of sjalotjes
- 1 kg uitgebeende lamsschouder
- 1/4 tl saffraan
- 3/4 tl gemberpoeder
- 1 rode peper
- 200 g rozijnen
- 1 tl kaneel
- 1 el honing
- 100 g blanke amandelen
- 1 handje peterselie
Bereiding
Pel de uitjes en snijd het lamsvlees in blokjes. Verhit de olie en bak de uitjes en het vlees tot het vlees bruin kleurt. Voeg zout, peper, saffraan, gember en de optionele rode peper toe. Zet het vlees net onder heet water en stoof ruim anderhalf uur. Voeg de rozijnen en kaneel toe en stoof nog 15 minuten.
Voeg de honing toe en stoof weer 15 minuten. Bak tot slot de amandelen in een droge pan goudbruin en hak ze fijn. Check op smaak en serveer het vlees. Bestrooi met de amandelen en eventueel wat gehakte peterselie.