De voormalige leider van de Britser Labourpartij Jeremy Corbyn mag zich van zijn opvolger Keir Starmer niet langer verkiesbaar stellen voor zijn Londense kieskring Islington. Corbyn kwam in opspraak doordat hij antisemitisme binnen zijn partij gedoogde. In 2020 werd hij geschorst na zijn opmerking dat de conclusies van een onderzoek naar antisemitisme in Labour onder zijn leiderschap zwaar overdreven waren en ingegeven door politieke motieven. Later mocht hij zijn zetel in het Lagerhuis weer innemen, maar bleef hij van de fractie uitgesloten.
Niet zozeer de Jodenhaat was reden voor de partij om Corbyn te passeren, als wel de verwachte tegenvallende verkiezingsresultaten. De nog steeds substantiële aanhang van de oud-leider heeft met verontwaardiging gereageerd op het ‘dictatoriale Poetinachtige optreden’ van Starmer. Corbyn kondigde aan als onafhankelijk kandidaat verder te gaan.
Ook de broer van komiek Sacha Baron Cohen, Amnon, is uit de Labourpartij gezet vanwege zijn activiteiten voor de trotskistische Socialist Party. Amnon Baron Cohen ondertekende de steunverklaring van Jewish Voice for Labour, een pro-Corbynclub in de partij. Baron Cohen liet weten blij toe te zijn: “Hoef ik niet meer die ellenlange saaie partijbijeenkomsten bij te wonen.”