Ongetwijfeld hadden velen zich met mij het 75-jarig bestaan van de staat Israël anders voorgesteld. Dit zou een jaar zijn waarin bij Jom Hazikaron en Jom Haätsmaoet gepast en groots kon worden stilgestaan. Oorlogen kregen Israël niet klein. Het land ontwikkelde zich ondanks de dreiging tot een zeer diverse, economische speler van betekenis. Heel veel dus om trots op en dankbaar voor te zijn.
Het liep anders. Door de interne crisis waarin het land zich nu bevindt, is bij velen de lust om een feestje te vieren vergaan. Israël is zijn eigen ergste vijand geworden. Nooit eerder was de polarisatie zo groot. Dat werd nog eens duidelijk tijdens Jom Hazikaron. Want daar stond hij, de grote held die zelf nog geen dag in het leger heeft gezeten. Zijn naam: Itamar Ben-Gvir. Plaats van handeling: Beër Sjeva. De ultraorthodoxie besloot in deze polariserende tijden zich op Jom Hazikaron maar even rustig te houden. Die stroming heeft inderdaad eigenlijk niets te zoeken bij de herdenkingen van de soldaten die het leven lieten voor de verdediging van de staat en diezelfde ultraorthodoxe staatsburgers. Immers, ultraorthodoxen gaan zelf niet in dienst. Ze genieten van alle voordelen van het wonen in Israël, maar weigeren het leger in te gaan. Maar goed, ze hadden tenminste de tegenwoordigheid van geest geen olie op het vuur te gooien.
Je nu afwenden van Israël zou laf, te gemakkelijk en verraderlijk zijn tegenover al die gevallenen die hun leven gaven voor haärets
Ben-Gvir dacht daar anders over. Met een stalen gezicht hield deze minister in het schandekabinet van Netanyahu op een herdenkingsbijeenkomst stoïcijns zijn riedeltje. Ook Ben-Gvir heeft nooit in het leger gezeten. Omdat de leiding hem een gevaar voor de natie vond en trouwens terecht nog steeds vindt. Nu stond hij daar met uitgestreken gezicht. Hij kreeg wat hij verdiende: luid protest en publiek dat hem de rug toedraaide. Hij reageerde op die afwijzing door te brullen dat hij zelf toch ook een patriot was. Het is om te janken.
Nu is het gemakkelijk je als Jood in de diaspora af te wenden van Israël. Het land niet meer te verdedigen, omdat het zo moeilijk uit te leggen is.
Dat zou laf, te gemakkelijk en verraderlijk zijn tegenover al die gevallenen die hun leven gaven voor haärets. Want wat in de afgelopen 75 jaar ondanks alles tot stand is gebracht, is een wonder. Daarom roep ik: van harte mazzel tov, Israël!