Joden en Groningers zijn vijanden van de nazaten van de slaven. Dat klinkt krankjorum, maar in de doorlopende wedstrijd slachtofferschap in dit gepolariseerde land zijn zulke onzinnige en kwalijke associaties aan de orde van de dag.
Rond de viering van 150 jaar sinds de afschaffing van de slavernij zijn vileine uitspraken gedaan over Groningers die op compensatie wachten. Zij zouden als geprivilegieerde groep de nazaten van de slaven benadelen, want de overheid ‘geeft ze geld omdat ze niet zwart zijn’. Eerst kwam rapper, media- en vastgoedexploitant -Akwasi ermee, een zelfverklaarde trotse nazaat van de Ghanese Ashanti: een etnische groep die rijkdom vergaarde met slavenhandel.
De omstreden Akwasi, die eerder een demonstrerende massa op de Dam opruide met geweldsfantasieën en die journalisten bedreigde en chanteerde, mocht de Anton de Kom-lezing houden. De Kom was, zoals bekend, van Surinaamse afkomst en in de oorlog actief in het communistische verzet. Hij werd opgepakt en overleed in 1945 in een buitenkamp van Neuengamme. De Kom was een oorlogsheld.
Misselijkmakend
Zijn nagedachtenis wordt nu bezoedeld door een activist die De Kom in zijn lezing vraagt of hij zich niet in z’n graf omdraait vanwege de Groningers. Akwasi: “Voor de compensaties van de slavernij heeft het kabinet na een hoop gesteggel 200 miljoen euro met lichte moeite weten vrij te maken. Voor de compensaties van de gaswinning in Groningen is er maar liefst 20 miljard beschikbaar gemaakt. […] Meneer De Kom, bent u niet aan het tollen?’
Zo ordinair gaan sommigen aan de haal met andermans leed. Akwasi spant de kroon
De associatie met Groningers is rancuneus en gebaseerd op onvergelijkbare politieke besluiten voor onvergelijkbare schade, in onvergelijkbare tijden en contexten. Ik moest denken aan de boeren die op 4 mei hun vlaggen niet wilden omdraaien en beweerden dat de slachtoffers van de Holocaust aan hun kant zouden hebben gestaan. Ook dacht ik aan de onbenullige AD-columniste Debby Gerritsen die vond dat de Holocaust verbleekt bij het slavernij-leed. Zo ordinair gaan sommigen aan de haal met andermans leed. Akwasi spant de kroon: hij roept de geest van een oorlogsheld aan met de suggestie dat hij woest moet zijn over Groningers. De man die zijn leven gaf in de strijd tegen de nazibezetting wordt ingezet voor racistische stemmingmakerij. Misselijkmakend.
Helaas is dat geen incident. Meer slachtofferschapsracisme ontsierde de rubriek ‘De tien geboden’ in dagblad Trouw. Daar ging antropologe Roline Redmond tekeer. Eerst riep ze ‘racisme zit in het DNA van de witte Nederlander’ om daarna gericht te stoken: “Als het gaat tussen Groningers en zwarten weet ik wel welke keuze de overheid en het volk zullen maken.” Het volk? Voor zulke breinen is er geen verzoening en gelijkwaardigheid mogelijk.
Cultuurgoed
Deze jij-wel-en-ik-nietretoriek is niet nieuw. Jarenlang klonk het verwijt: “Als dit over Joden zou worden gezegd, als dit een Jood overkwam, dan was het land te klein.” Het is cultuurgoed geworden: Joden als verdachte ‘controlegroep’, als opruiend vergelijkingsmateriaal, afgedaan als abusievelijk geprivilegieerd ten koste van anderen. In deze fase van de slavernijdiscussie worden de Groningers verdacht gemaakt. Extreemrechts haakt daarbij aan met de teksten die Joden als slavenhandelaren en blanken als verlossers aanmerken. Waar de ideologische rassenoorlog begonnen is, gaan alle hooligans tekeer. De een gebruikt het slavernijleed voor Jodenhaat, de ander vernielt daags na Ketikoti slavernijmonumenten. De haat is onbeteugeld. En intellectuelen zijn medeplichtig aan deze ramp, zolang ze het ene racisme afkeuren en het andere koesteren in hun salons.
Maar de overheid, de culturele instellingen en maatschappelijke instituten kunnen daar iets aan doen. Wat dacht je van een cordon sanitaire om personen die niet het fatsoen kunnen opbrengen benadeelde en (historisch) bedreigde groepen met rust te laten in plaats van ze tegen elkaar op te zetten? Geen lezingen, podia, opdrachten en campagneschijnwerpers voor zulke lui, al zijn ze BN’er, wetenschapper, schrijver of wat dan ook. Durf ze uit te sluiten en durf te vertellen waarom: omdat ze onverzoenlijk en racistisch op oorlogspad zijn, omdat ze wat ons nog met elkaar verbindt bewust stukslaan.