Wij vinden het vervelend als mensen zich door deze straatnaambordjes of de huidige discussie gekwetst voelen.” Dat is de reactie van de gemeente Eindhoven over een zaak die vorige week opnieuw oplaaide.
Wat is er aan de hand? Begin 2000 plaatste Eindhoven straatnaambordjes in de arbeiderswijk Vlokhoven, een wijk gebouwd in de jaren zestig. Zo zijn er de Taborstraat, de Sionstraat, is er een Jeruzalemlaan, een Tiberiasstraat en een Nazarethstraat. Al deze straten hebben het onderschrift ‘berg’ of ‘plaats in Palestina’ gekregen. Dit is feitelijk onjuist. In mei 2014, toen de zaak een rel veroorzaakte, beloofde de gemeente na protest van gemeenteraadsleden en zelfs Kamervragen, hier bij ‘reguliere vervanging’ van de straatnaambordjes verandering in te brengen. Maar dat is, zes jaar later, nog steeds niet gebeurd, zo bleek doordat oplettende burgers daar afgelopen week op sociale media opnieuw hun beklag over deden.
‘Weinig slijtage’
Dus nam het NIW contact op met de gemeente met de vraag waarom de bordjes nog steeds niet zijn veranderd. Zeker met in het achterhoofd de manier waarop steden als Amsterdam en Rotterdam sinds kort alles in hun macht doen om straten vernoemd naar zeventiende-eeuwse historische, Nederlandse helden onder het straatnaambordje te nuanceren, vanwege bijvoorbeeld betrokkenheid bij de slavenhandel. De reden die de gemeente geeft, is: “Straatnaambordjes slijten niet snel en gaan lange tijd mee.” En: “We hebben voor deze wijk nog geen planning,” waarmee gedoeld wordt op vervanging. Maar ook, zo zegt de gemeente, zou het ‘hier gaan om een verwijzing naar het Bijbelse Palestina.’
Hoewel daar historisch gezien veel op valt af te dingen, is er een belangrijkere reden om toch bezwaar te blijven maken: want dat stáát er namelijk niet. Er staat: ‘plaats’ of ‘berg in Palestina’. Net zoals de berg Nebu, in huidig Jordanië, ook als ‘berg in Palestina’ wordt aangegeven. Nergens op de naambordjes wordt vermeld dat het hier om ‘Bijbels Palestina’ zou gaan, waardoor iedere bezoeker of bewoner van deze wijk een verkeerde conclusie zou kunnen trekken.
Nepnieuws
In deze tijd waarin geschiedvervalsing en nepnieuws schering en inslag is, is het kwalijk dat de gemeente Eindhoven blijft meedoen en blijft volharden in het in stand houden van deze feitelijke onjuistheid. VVD’er John Jorritsma, sinds 2016 burgemeester van de lichtstad, werd hierover ook door diverse verontwaardigden op sociale media aangesproken, maar hult zich in stilzwijgen. Tjerk Langman, lid van de Eindhovense Raad voor de LPF, wil zich opnieuw inzetten om deze omissie recht te zetten: “Ik heb hierover gesproken met de verantwoordelijke wethouder, Rik Thijs van GroenLinks, die blijft bij het oorspronkelijke plan ondanks mijn waarschuwing dat deze internationale discussie niet zal stoppen.” Ook The Jerusalem Post heeft de discussie inmiddels opgepikt.
Precair voor de gemeente Eindhoven is ongetwijfeld dat de wijk veel Nederlanders kent die van Turkse of Marokkaanse afkomst zijn. Valt de houding van de gemeente te vergelijken met die van veel leerkrachten die ‘onwelgevallige waarheden’, zoals de Shoa, niet durven te benoemen? Je zou het bijna gaan denken. Want het vervangen van plaatsnaambordjes zonder verder onderschrift, waarmee deze hele zaak zou kunnen worden vermeden, zou de gemeente Eindhoven financieel niet de kop kosten. Het gaat om een bedrag van honderd tot tweehonderd euro per bordje.
Tot slot nog even de reactie van de gemeente Eindhoven waarmee we begonnen: “Wij vinden het vervelend als mensen zich door deze straatnaambordjes of de huidige discussie gekwetst voelen.” Een typische reactie van woordvoerders die niet begrijpen waar de zaak om draait. Dit gaat niet om een groep gekwetsten. Dit gaat om mensen die, heel zakelijk, graag zouden zien dat feitelijke onjuistheden worden gecorrigeerd. Niet over twintig jaar, maar nu. Met gekwetst zijn heeft het niets te maken. Geen wonder dat diverse personen al hebben gezegd: we gaan wel even met een spuitbus langs.