Vorige week sprak ik in een internationaal panel op de AJC Conferentie in Washington over de invloed die social media hebben op de beeldvorming van Israël, antisemitisme en anti-zionisme.
De hausse van bedreigingen en scheldpartijen met een dergelijk karakter is niet meer bij te houden. Per uur worden er miljarden berichten op Twitter en Facebook geslingerd. Ook voor die bedrijven is goede monitoring vrijwel ondoenlijk. Vraag is dus: wat hiertegen te doen? Is er wel iets tegen te doen? Het simpele antwoord is: wellicht, misschien, maar eigenlijk gewoon ‘nee’. Op sociale media geldt ook het recht van de sterksten, dat vrijwel synoniem staat voor het recht van de meesten. Als er een paar antisemitisch beginnen te schelden, zie je de ‘fittie’ binnen een paar minuten uitgroeien tot ongekende proporties, waarbij het vooral gaat om met zo veel mogelijk mensen iemand zo snel mogelijk in de hoek te trappen.
Het kuddegedrag wordt nergens beeldender gedemonstreerd dan op Twitter. De manier waarop varieert van arrogant en vol dedain tot intimiderend en uiteindelijk puur dreigement. Ook de feitelijke kul die wordt verkondigd, is eerder regel dan uitzondering. Duidelijk is dat social media zich in een soort pubertijd bevinden. Er is een enorme vrijheid, maar de verantwoordelijkheid die daarbij hoort kennen we nog niet. Er is geen duidelijk kader, en ‘hoe je te gedragen op Twitter en Facebook’ is ook nog geen vak op school. Op websites zien we nog geen flikkerende Googlebanner die de lezer duidelijk waarschuwt te zijn beland op een site waarbij voor de inhoud een dikke duim is gebruikt.
Mijn eigen duim gebruik ik steeds vaker voor de blockknop, in het kader van tijdlijnhygiëne. Flagrant antisemitisme retweet ik meteen. Want de kudde kan ook de andere kant opwerken: voldoende volgers zijn bereid de afzender van het antisemitische berichtje even fijntjes op zijn of haar tekortkoming te wijzen. Verder is het beste advies: neem het allemaal vooral niet persoonlijk. Sommige mensen hebben social media nu eenmaal nodig als emotionele uitlaatklep voor al hun frustratietjes. Toch blijkt dat niet zo makkelijk. De afgelopen weken hoorde ik van een aantal gerespecteerde collega’s die zich ook mengen in het maatschappelijk debat, dat ze het wel welletjes vinden, die scheldpartijen, en dat ze hun account willen opschorten. Als ze dat echt doen, heeft de kudde gewonnen.