De afgelopen week was het weer genieten van de EK atletiek in München. Tussen de wedstrijden door werden prachtige luchtopnamen getoond van het olympisch stadion in de Beierse hoofdstad. De karakteristieke punten in het tentachtige dak staan in mijn geheugen gegrift. Niet zozeer vanwege de glorieus door Nederland gewonnen Europese finale voetbal in 1988, waar ik bij was, als wel om het drama dat zich ontspon tijdens de Olympische Spelen in 1972, waarvoor het stadion werd gebouwd.
Ik was destijds nog geen negen jaar oud, maar er zijn van die gebeurtenissen die je je herinnert als de dag van gisteren. Zo ook de afgrijselijke gijzeling van en moord op Israëlische sporters. Het is voor mij een bevroren moment in de tijd. En wie van respectabele leeftijd herinnert zich niet de woorden van toenmalig voorzitter van de IOC, Avery Brundage: “The games must go on.” Ja, ja … De ironie wil dat ik hier voor een volgende editie van het NIW een zeer leerzaam boekje van komiek en schrijver David Baddiel op m’n bureau heb liggen met de veelbetekenende titel Jews don’t count.
Waar de Duitse volksaard over het algemeen als zeer professioneel en gedegen wordt beschouwd, maakten de autoriteiten er in 1972 een onbeschrijfelijke puinhoop van. Dat is een understatement. November vorig jaar publiceerde het NIW al een uitgebreid interview met een van de weduwen van de vermoorde sporters, Ankie Spitzer-Rechess, over haar jarenlange strijd voor erkenning door de Duitse autoriteiten van die megafuck-up. Hoe diezelfde autoriteiten arrogant weigerden de aangeboden hulp van de Israëli’s bij het drama te accepteren. U vindt het interview terug op onze website.
Maar deze week, vijftig jaar na dato, werd daar nog een hoofdstuk aan toegevoegd. U leest het in de onthullingen die wij in deze editie van het NIW publiceren. Bijvoorbeeld hoe er door de autoriteiten een kaping in scène werd gezet om de drie overlevende terroristen maar niet in Duitsland te hoeven berechten. En hoe de Duitse overheid nog steeds de nabestaanden niet integer wenst te compenseren. Het is tenhemelschreiend. Logisch dus dat de nabestaanden niet als schaamlapje wensen te dienen voor de zielenrust van de Duitsers en de herdenking boycotten. De tijd dat Joden bedelden om een beetje erkenning, is voorbij.
Heeft u dit artikel met plezier gelezen? Met een abonnement op het NIW krijgt u toegang tot columns, opinies, analyses, nieuws – en achtergrondverhalen. Kies hier wat het beste bij u past.