Een hooggeplaatste delegatie heeft in de Saoedische hoofdstad Riad de voorwaarden van de Palestijnse Autoriteit gesteld voor een akkoord over formele betrekkingen tussen Saoedi-Arabië en Israël. De Palestijnen willen dat: 1. Delen van de Westelijke Jordaanoever van Israëlisch naar P.A.-gezag worden overgedragen; 2. Een stop van de groei van Joodse nederzettingen in datzelfde gebied; 3. Herstel van de Saoedische financiële hulp aan de P.A. van ongeveer 180 miljoen euro per jaar; 4. Heropening van het door president Trump gesloten Amerikaanse consulaat voor Palestijnen in Jeruzalem; 5. Hervatting van de in 2014 gestaakte onderhandelingen tussen Israël en de Palestijnse Autoriteit.
Als aan deze voorwaarden wordt voldaan, zou de P.A. akkoord gaan met normalisering van de betrekkingen tussen de Saoedi’s en Israël, de hoofdprijs van de zg. Abrahamakkoorden. De Amerikaanse regering probeert dit te bewerkstelligen, mede omdat het een enorme overwinning voor president Biden op het gebied van buitenlandse zaken zou betekenen in aanloop naar de verkiezingen eind volgend jaar. Op hun beurt stellen ook de Saoedi’s eisen: levering van moderne Amerikaanse wapens en een nucleair programma, inclusief het verrijken van uranium – een noodzakelijke stap in het proces van het produceren van atoomwapens.
Premier Benjamin Netanyahu wil niets liever dan formele betrekkingen met het koninkrijk. Het zou het grootste politieke succes van zijn loopbaan en een enorme stimulans voor de Israëlische economie betekenen. Maar de vraag is of Netanyahu’s extreemrechtse coalitiepartners akkoord zullen gaan met concessies op de Westbank, waar een groot deel van hun aanhang woont in wat internationaal wordt beschouwd als illegale nederzettingen. Extremistische ministers als Bezalel Smotrich (Financiën) en Itamar Ben-Gvir (Veiligheid) zijn mordicus tegen elke concessie aan de Palestijnen en dreigen de regering ten val te brengen. Het is niet ondenkbaar dat Netanyahu in dat geval zijn extreemrechtse partners loost en met de oppositie in zee gaat, maar dan zal hij wel zijn pogingen de rechterlijke macht onder regeringscontrole te brengen, op moeten geven.